Het Nederlands elftal.
OIL
Goede reis en veel succes 1
't gaat gesmeerd
- -
met 1
7IDP7PlN[C
I
voor auto
en motor
4
Wij willen ook in deze uitgave de nationale voetbalploeg even een hartelijk
goede reis en veel succes toewensen. Op zulk een ogenblik zet men alle locale
en regionale gevoelens ter zijde en gevoelt men zich Nederlands sportman, res
pectievelijk sportliefhebber. De elf, door de heren Herberts, Triebei en Verlegh
aangewezen, is thans onze vertegenwoordigende ploeg. En het is derhalve logisch,
dat onze beste wensen haar mee gegeven worden op de reis naar het hoge
Noorden, waar wel zeer in het bijzonder in Stockholm een zware strijd gestreden
moet worden.
Het is onze gewoonte, vóór de samenstelling van een Nederlands elftal een
critisch oordeel uit te spreken, doch eveneens om nadat de keuze gedaan is, die
keuze te aanvaarden en slechts van harte te hopen, dat het een gelukkige keuze
mag blijken te zijn.
Het simpele feit, dat nu weer terug gegrepen is naar Clavan, die men toch
bewust eerst uitgelaten heeft, bewijst, hoe slecht we in ons land in de vleugel
spelers zitten. Clavan dankt zijn benoeming aan die omstandigheid en aan het
toeval, dat de Heerenveners voor de oefenwedstrijd te Utrecht bedankt hebben.
Of dat bedanken van Lenstra en Hofma wel juist was? Natuurlijk valt er niets
op aan te merken. Een amateur moet onder alle omstandigheden kunnen bedan
ken als hij wil. Alleen achten we het minder juist, als ,,een club" bedankt en dus
clubbelangen boven nationale sportbelangen gesteld worden. Dit is echter een
persoonlijke visie, we respecteren een tegenovergestelde mening volkomen. We
juichen het toe, dat niet alle clubs er precies zo over dachten als Heerenveen,
want zonder de Heerenveners werd het voor de aanval al een niet volkomen
rationele oefening, doch wat zou er van deze oefenwedstrijd (die toch zéér nodig
was) terecht gekomen zijn, wanneer de vereniging Ajax haar vijf spelers even
eens verzocht had voor de eer te bedanken. Waar ook Terlouw weer eens
ontbrak, daar zou het dan een willekeurige wedstrijd van een lichtelijk versterkte
B.-ploeg geworden zijn, doch van de zo zeer gewenste en in elk geval ook be
doelde training en laatste selectie van het Nederlands elftal zou niets terecht
gekomen zijn.
Een zo lange en zo late kampioenscompetitie is trouwens, hoe bijzonder interes
sant deze kampioenswedstrijden trouwens ook zijn, wel voor meer factoren on
gunstig. Zo komt bijvoorbeeld het district Amsterdam van de K.N.V.B. in het
geheel niet aan bod in dit voorjaar, waarin nu reeds zo veel eigenlijk te veel!
van onze amateurs, tenminste van de spelers van de kampioensploegen, ge
vergd wordt. En tóch betreur ik het, dat we het Amsterdamse elftal niet eens
weer in actie kunnen zien, want zulk een ploeg mag er zijn en zou al heel
weinig onderdoen voor de nationale ploeg. Een elftal met Van Raalte, Potharst
en Wilders (of één van de twee jonge backs der Zebra's), met de middenlinie van
Ajax en vóór naast Michels, Koekebakker en Lakenberg en de beste twee
vleugelspelers van het ogenblik, zulk een ploeg kan elke tegenpartij weerstaan
en waarborgt een prima wedstrijd tegen een sterke tegenstander. Misschien dat
men de oude A.V.B. toch nog een kans kan geven!
Maar we zijn even afgedwaald van ons Nederlands elftal, dat nu één van de
zwaarste wedstrijden gaat spelen, die men zich maar denken kan. De Zweden in
eigen huis en dan bovendien nog geïnspireerd door de revanche-gedachte, dat
wordt een veel zwaardere krachtproef dan die, welke Engeland-B. vermocht te
geven. Dit Zweedse spel zal productiever zijn, dan het fraaie Britse voetbal in
de breedte, dat het beslissende schot miste en toch óók nog wel een beetje de
extra energie, die men straks in Stockholm van de Zweden verwachten kan. De
vraag is nu maar: is onze ploeg opnieuw tot zulk een spel, als in de wedstrijd in
het Olympisch Stadion tegen Engeland-B. vertoond, in staat te achten? We
hopen het allen tezamen, die het goed menen met het Nederlandse voetbal.
J. HOVEN.