jwBËI!^°SW
öHSSf
Peter Nederlof is er
nog wel bij
Rij van rode ruggen
Langs de Zijlijn
Ik mag mijn handen
dicht knijpen dat ik
nog bij Jong Ajax
aanwezig mag zijn
Het was een pijnlijk moment toen bekend werd dat André Onana na een dopingtest positief was bevonden. De UEFA schorste de
doelman die voorlopig niet in actie mag komen. Fans, club en collega'strachtten Onana op diverse wijzen een hart onder de riem te steken.
Peter Nederlof (48) is een jaren
lange vrijwilliger bij Ajax en de
UEFA en in het dagelijkse leven
accountmanager. Hij verricht
hand- en spandiensten voor de
wedstrijdorganisatie bij Jong Ajax
en Ajax I. Voorheen deed hij dit
ook bij Ajax Vrouwen.Voor de
UEFA is Peter vrijwilliger tijdens
de Champions League en Europa
League-wedstrijden. Naast Ajax
heeft Peter een liefde voor de
Schotse voetbalclub Kilmarnock.
Deze is ontstaan na de wedstrijd
van Ajax tegen Glasgow Rangers
in oktober 1996.
Hoe beleef je het voetbal op dit
moment
'Ik ben aanwezig bij de wedstrij
den van Jong Ajax en ondersteun
bij de pers. Ik registreer de aan
wezige fotografen en journalisten,
geef ze een versnapering en kof
fie of thee en deel de hesjes uit.
In de pauze loop ik met warme
koffie voor de fotografen langs
het veld en dat wordt erg
gewaardeerd. Alles gebeurt op
grote afstand en veilig volgens
de coronaregels.'
Wat zijn je verwachtingen van dit
seizoen?
'Ik verwacht dat Ajax I kampioen
gaat worden en de beker pakt.
Ik hoop dat we dat volgend jaar
groots kunnen vieren. Ik mis de
uitwedstrijden, de contacten
met de andere vrijwilligers en
de sfeer.'
Wat is jouw mooiste herinnering tot
nu toe?
'Allereerst: de staande ovatie van
de Real Madrid-supporters na
de briljante wedstrijd in Madrid
tegen Ajax, vóórdat we de
wereldbekerwedstrijd in Tokio
speelden (november I995). Dat
was een bevestiging een echte
Europese topclub te zijn. Ook
koester ik het moment dat de
spelers het veld op kwamen na
de wedstrijd in de finale van de
UEFA Cup in Turijn in I992 in
het Delle Alpi-stadion. De saam
horigheid, het één zijn met het
team en de supporters deed
me veel. Ik heb zoveel mooie
momenten meegemaakt.'
Tamara Schellekens
David Endt meldde het bijna terloops, even geleden: Ajax stopt
met het uitgeven van het officiële Ajax Jaarboek. Mijn Ajax-hart
bloedde toen ik het las. Die rij rode ruggen, fier naast elkaar in
mijn boekenkast... dat kan toch niet ineens stoppen? Het Ajax
Jaarboek moet altijd blijven bestaan, net als het Clubnieuws!
Gelukkig bleken er meer Ajax-harten te bloeden. David Endt was
al plannen aan het smeden; ik had het kunnen weten. Ik klauterde
aan boord zodra de gelegenheid zich voordeed en trof daar louter
goed volk aan.
De fiere slotsom luidt dat het Ajax Jaarboek blijft bestaan. Dat van
seizoen 2020-202I zal kort na het einde van de voetbaljaargang
verschijnen via Uitgeverij Brandt, in opdracht van de Supporters
vereniging Ajax. De vier auteurs zijn David Endt, Rodney Rijsdijk,
Finn Dekker en ikzelf. Evert Vermeer levert de statistieken, net als
vroeger.
Ook fijn: Ajax is vanaf het begin op de hoogte geweest van de
plannen en geeft zijn zegen. Dat is mooi en voelt goed.
De overname van de fakkel biedt ons de gelegenheid om terug te
keren naar de jaarboekstructuur die we allemaal het mooist en
plezierigst vonden. Hoe mooi de recente edities ook waren: we
vonden de koppeling met een 'historisch deel' (elk jaar een nieuw
deel van een 'encyclopedie' als tweelingzusje van her jaarboek)
niet zo gelukkig en de steeds vrijere indeling wat onoverzichtelijk.
Wij keren terug naar wat volgens ons allemaal de gouden tijd van
het Ajax Jaarboek was: de periode kort na 2000. Wél in kleur (in
de jaren negentig waren de uitgaven zwart-wit), maar nog met de
'ouderwetse', strakke indeling van twee pagina's voor elke wed
strijd, uniform, met links de statistieken en rechts een verslag dat
speciaal voor het boek werd geschreven.
De uitgave van het Ajax Jaarboek werd sinds I993 heen door
verschillende makers en uitgevers verzorgd, maar toch bleef het
ondanks koerswijzigingen altijd een uniforme reeks. Wij sluiten
met trots aan bij de traditie: het formaat blijft hetzelfde en altijd
zal er die heilige rode rug zijn.
We werken eraan. Met trots. Met liefde voor onze club. Waar
schijnlijk levert het ons geen mallemoer op, maar daar is het niet
om begonnen. We vonden gewoon dat het Ajax Jaarboek moest
blijven.
En blijven zal het.
Menno Pot
CREW