Van wereldkampioen in Tokio naar toptale
AjaxJeugd
Een van de hoedanigheden waarin Ronald de Boer zich, naast zijn televisiewerk bij onder meer FOX Sports, tegenwoordig bij Ajax manifesteert
is die van ambassadeur. De voormalige jeugd- en eerste-elftalspeler treedt bijvoorbeeld op als gastheer bij thuiswedstrijden in The Tunnel Club.
De jeugdopleiding van Ajax is altijd in ontwikkeling. Op de
Toekomst is alleen het allerbeste goed genoeg. Wereldtop.
25 jaar na Ajax' Wereldbekerwinst in 1995 belichaamt Ajax-
ambassadeur en -jeugdtrainer Ronald de Boer de mondiale
klasse van toen en de vooruitstrevendheid van 2020.
Ronald, vertel eens over jouw werk bij Ajax.
'Ik heb verschillende rollen bij Ajax. Zo ben ik ambassadeur, niet alleen
op het veld maar ook bij activiteiten en activaties. Bijvoorbeeld als
host in The Tunnel Club. Ajax werkt ook samen met buitenlandse
clubs, dan reis ik vaak mee als ambassadeur.
Op dinsdag en donderdag sta ik op het veld bij Onder 17 en 18. In
samenspraak met de trainers Yuri Rose en John Heitinga ben ik
assistent-trainer of skills coach. Daarbij ben ik mentor van vier topta
lenten. Sinds vorig jaar heeft iedere speler in de bovenbouw een men
tor. In die rol bespreek je de ene keer videobeelden van wedstrijden,
terwijl je een andere keer praat over het dagelijkse leven. De jongens
kunnen bij mij en de trainer aankloppen. Ook als het mentaal even
niet gaat.
Zo doen we er alles aan om jongens klaar te stomen voor het eerste
elftal. Als een speler door die individuele aandacht één, twee of drie
procent beter wordt en de top daardoor wél haalt... Uiteindelijk ligt
het voor 99 procent aan jezelf. Als het goed gaat, kan de trainer niet
om je heen.
Gesprekken gaan uiteraard ook over voetbal. Daarbij praat ik ook uit
eigen ervaring. Ik heb zelf redelijk wat ervaring als middenvelder en
spits. Al was ik meer aangever dan afmaker. Ik kan het nog aardig
voordoen. Soms doe je een oefening mee en win je ook nog met je
oude lichaam, haha.'
Had je vroeger, als opgroeiend Ajax-talent, zelf baat gehad bij zulke begelei
ding?
'Ik denk het wel. Nu staan er vijf of zes trainers op het veld. Een
enorme luxe. Vroeger was er maar één trainer, Dick de Groot. Hij
had alleen bij de wedstrijden een teamleider plus fysiotherapeut. Nu
is Guillaume Elmont bijvoorbeeld onze mental coach. Ik had op dat
vlak vroeger ook advies kunnen gebruiken. Misschien had ik dan mijn
tussenstap bij FC Twente niet hoeven maken. Mental coaching had mij
kunnen helpen, denk ik.'
Wat neem je bij Onder 17 en 18 mee van de trainers waaronder je zelf
hebt gespeeld?
'Als speler heb je ervaren wat beviel of juist niet. Waar heb je zelf
veel baat bij gehad? Louis van Gaal en Guus Hiddink waren allebei
8
goede, maar verschillende trainers. Met allebei een andere
benadering. Toch werkte het bij beiden goed. Zo neem je
van alle trainers het goede mee.
Daarbij steekt elke groep natuurlijk anders in elkaar. Bij
sommige spelers werkt een armpje om de schouders
goed, bij anderen moet je juist heel duidelijk zijn. Uitein
delijk sta je de meeste tijd op het trainingsveld, daar
wordt je beter. Louis hamerde daar altijd op: elke training
hard werken en beter worden.'
Sprong Louis van Gaal er voor jou als trainer uit?
'Ja. Als jeugdspeler reden Frank en ik al met hem mee
vanuit Avenhorn. In dat halve uur naar Amsterdam werd
van alles besproken. En het was echt niet alleen rozen
geur en maneschijn. Louis spaarde niemand. Hij keek als
trainer sec wat je bracht. En als dat niet genoeg was dan
pakte hij je ook keihard aan.'
Terug naar 2020. Maakt de coronacrisis het individueel wer
ken met spelers veel moeilijker?
'Je mist de wedstrijdspanning en de weerstand van een
tegenstander. Jongens spelen nu onderlinge partijen. De
onderlinge rivaliteit blijft. We geven daarbij ook meer
speciale opdrachten aan spelers. Je probeert meer scena
rio's uit. Na een "rode kaart" met een man meer of min
der spelen bijvoorbeeld.