Geschiedenisles DAVID J $|jp\ X Erfgoed Filantropie en verantwoordelijkheid IÉ Tot de vaste tradities binnen de Ajax-sferen hoort ook het Sinterklaasfeest. Ook de zaterdagafdeling van onze club liet zich, onder veel hilariteit, op de Toekomst verrassen door de goedheiligman. De sfeer was, zoals het hoort, Ajax-waardig. We weten dat de Ajax een van de beste jeugdopleidingen ter wereld heeft of eigenlijk de beste. Daarom is het leidmotief van deze editie van het Ajax Club nieuws 'Studie'. Er zijn onnoemelijk veel boeken geschreven over voetbal en Ajax in het bijzonder. Ook zijn er veel scripties, boekverslagen en spreekbeurten gemaakt, over voetballers, over de club, over de jeugd en ga zo maar door. Het erfgoed krijgt zo nu en dan vragen van scholieren over nog meer informatie. Vroeger kwa men deze vragen standaard binnen bij meneer Schoevaart., die er speciaal een 'lesbrief' voor had opgesteld. Het grappige is dat ondergetekende tijdens mijn afstudeerstage grote stapels van deze brieven tegenkwam bij het ordenen van de 'Schoevaartkast'. Tegenwoordig komen de meeste vragen van kinderen of familiele den van zogenaamde oud-spelers of commissieleden: of het erfgoed kan uitzoeken of vader dan wel grootvader in Ajax I speelde of zich langdurig zich heeft ingezet in een commissie. Vaak wil men dan ook beeldmateriaal ontvan- DIPLOMA RONDER SEIZOEN 1956-1957 TOECHHC OVEHDEKIE IBiaur^ VAK A OF 0 OVtaPIKT» OMA ONTVANGEN van ÖfilHtrti" jf gen. Helaas blijft het in de meeste gevallen bij de bescheiden vermel ding in een Ajax Clubnieuws dat de gezochte persoon een keer heeft mogen voorspelen. Van een echte carrière is meestal geen sprake. Een ander object dat hoort bij het thema 'school en studie' is natuurlijk een diploma. Ajax hanteerde als voorloper op de seizoenkaart een zogeheten Diploma. Dit was niet, zoals de naam doet vermoeden, een diploma van voetbal-bekwaam heid maar meer een soort strip penkaart om wedstrijden van Ajax I te bezoeken. Wellicht heeft u als lid van de vereniging nog wel zo'n diploma in de kast liggen. Het Ajax-archief heeft in elk geval vele diploma's, van jeugd spelers, ondersteunende leden en ook de dameskaart. Op de bijgaande foto ziet u dat er op het diploma ook de tribune werd vermeld. Bij de ingang van het stadion werd er een knipje in het desbetreffende vakje van de speeldag geponst. Nu heb ik begrepen dat sommige kaartjes bewust of onbewust niet geheel nauwkeurig werden afgeknipt waardoor men wat vaker naar een wedstrijd konDit hoorde er natuurlijk allemaal bij, net zoals de kwajongens die over het slootje sprongen en stiekem het stadion binnendrongen. Natuurlijk viel er wel eens iemand in de sloot maar daar leerden de jongens van: een volgende keer gewoon netjes het diploma laten knippen bij de ingang. Rianne van de Wetering Toen ik lang geleden bij Ajax in de junioren terechtkwam, was er een elftalleider die het later tot bestuurslid van de club zou schop pen. Op het eerste gezicht was hij niet het prototype van de club bestuurder, de man was namelijk onderwijzer op een school in Buitenveldert. Zijn onderwijsachtergrond wekte de verwachting dat hij in de voetbalwereld een rol van zorger zou vervullen, dat hij zijn peda gogische basis zou gebruiken om bijvoorbeeld ons, jonge, gretige en ambitieuze jongens, te helpen onze weg te vinden. Dat was niet het geval. Was de tijd niet rijp voor meer dan alleen aandacht voor wat er op het veld gebeurde? Was het te vroeg om vanuit de club aandacht te besteden aan bijvoorbeeld het sociale en studie-aspect van de junioren? Met de wetenschap van nu kun je daar over discussiëren en zelfs je mening over geven, feit is dat Ajax (en met Ajax alle clubs) het element van begeleiding niet structureel aandacht gaf. Het was zelfs zo dat de elftalleider-met-onderwijs-achtergrond regelmatig op niet mis te verstane manier een motto verkondigde dat wij, junioren, vanzelfsprekend oppikten als 'de positionering van Ajax'. 'Wij (Ajax) zijn géén filantropische instelling', sprak de leider. Dat was Ajax natuurlijk ook niet en dat is het nu nog steeds niet. Ajax hoeft ook helemaal geen filantropische instelling te zijn, maar het klonk ijzig, ver weg van verantwoordelijkheid. Op twee manieren knoopte ik de tekst in mijn oren. Enerzijds als bewustzijn van de eerlijke realiteit: verwacht niet dat Ajax er is om je dromen te ver wezenlijken, dat ligt namelijk helemaal aan jezelf. Anderzijds dacht ik er ook aan dat je als club best oog mag hebben, moet hebben, voor een zekere mede-verantwoordelijkheid jegens de jonge voet ballers. Ik wist: verwacht niet teveel, en ik dacht: het kan, zonder een filantropische instelling te worden, toch ook anders. Ronduit blij en zelfs trots op mijn club was ik, toen een kleine tien jaar later bezielde geesten van binnen Ajax de Studie- en Begelei dingscommissie in het leven riepen. Ajax nam mede-verantwoor delijkheid voor de maatschappelijke kant van het opleiden van jong talent. Die start is nooit gesmoord, is geen vroege en stille dood gestorven, zoals best mogelijk zou zijn geweest. De begeleiding van jonge Ajacieden op het gebied van school en studie is juist uitge groeid tot een heuse academie met formidabele faciliteiten en met op divers gebied zeer kundige begeleiding. Zonder filantropisch oogmerk levert Ajax daarin een voorbeeldige topprestatie.

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 2018 | | pagina 16