Chef vaan en de Milan-vaan DAVID Erfgoed 16 Vijftig jaar juichende jongetjes In een zaal van het Amsterdamse Artis werd het eerste exemplaar van het boek 'Rood en Wit wordt kampioen' gepresenteerd. Hierin komen alle 33 landstitels van Ajax, vanaf 1918 tot nu, aan bod. Frank de Boer en Danny Blind namen de eerste exemplaren in ontvangst. Het seizoen is van start gegaan en hopelijk heeft u tijdens de korte zomerstop reikhalzend uit gekeken naar wat komen gaat. De trouwe lezers weten dat we in deze rubriek vaak terugblikken op de historie die onze club rijk is. Welnu, in het seizoen dat nu voor ons ligt, is het vijftig jaar geleden dat Ajax voor het eerst in een Europacupfinale kwam te staan. (Elders in ons Clubnieuws wordt daar door Evert Vermeer uitgebreid bij stilgestaan, red). De tegenstander was AC Milan. Vóór de aanvang van de wedstrijd wisselden de aanvoerders de zogeheten wed strijdvaan uit. Deze vaan is een van de belangrijkste relik wieën die herinne ren aan deze finale, die Ajax helaas met 4-1 verloor. Inmiddels kan het erfgoed putten uit een flinke collectie wedstrijdvanen van grote en min der grote clubs. Vooral die van AC Milan, Barcelona en Manchester zijn qua ontwerp en uitvoering van een uitmuntende kwaliteit. Onze 'chef vaan' Jack Spijkerman brengt alle vanen zoveel mogelijk bij elkaar en sorteert ze op for maat en materiaal. Vervolgens beschrijft hij de conditie van de vaan, de wedstrijd die op de vaan vermeld staat en krijgt de vaan een uniek nummer zodat deze altijd terug te vinden is in het registratieprogramma. Tot slot wordt de vaan netjes verpakt in zuurvrij papier waarna zij in een zuurvrije doos wordt opgeslagen in de archiefkast. Soms zijn de vanen ietwat aan getast door de tand des tijds. Denk hierbij aan slijtage van de stof (rafelen) of een afgebroken ophangstokje. In de meeste geval len kan Jack deze kleine schade gevallen zelf oplappen. Bij ernstige schade wendt het Erfgoed zich tot een restaurateur. Een ander object uit de collectie dat herinnert aan de verloren finale is het clubcadeau. AC Milan schonkAjax een zilveren schaal. Het is een simpele, maar gracieuze schaal, met een inscriptie met de namen van de beide clubs en de datum. Naast de zichtbare herinnering door de wedstrijdvaan en het clubcadeau werd deze histori sche wedstrijd ook nog op schrift vastgelegd. Op I juni 1969 ver scheen er een speciale uitgave van het Ajax Clubnieuws, die geheel in het teken van deze verloren finale stond, met fraaie foto's, een tekst als: 'vrij van kop-, sorry: cup-zorgen' en een dramatisch getint gedicht. Laten we hopen dat er in de nabije toekomst weer zulke spe ciale Clubnieuwsen kunnen wor den uitgebracht, waarbij we dan natuurlijk stilletjes hopen op een mooie prijs. Rianne van de Wetering Vijftig jaar geleden begon Ajax aan een seizoen dat voor een uniek hoogtepunt binnen het vaderlandse voetbal zou zorgen: Ajax bereikte als eerste de finale van de Europacup. 'Europacup'? Ik hoor het de jongere garde vragen, jongemannen en -meisjes die het voet bal met ogen van nu bekijken en beleven. Ja, de Europacup, voluit en officieel de 'Europacup voor Landskampioenen". De voorloper van de huidige UEFA Champions League. In I969, aan het eind van een alleen daarom al sensationeel seizoen, bereikte ons Ajax de eind strijd. Het toernooi der landskampioenen, anders dus dan vandaag, waar van verscheidene landen ook de nummers vier mogen deelne men. Die misschien wel winnaar van de UEFA Champions League kunnen worden. Hoe devaluerend eigenlijk. De fascinatie van die Europacup van een halve eeuw geleden was gigantisch. Ik was jongetje, nog geen lid van Ajax maar wel hevig fan. Dankzij de grootst mogelijke rijkdom denkbaar, een wedstrijdkaartje, stond ik met mijn buurtvriendjes op vak Dubbel T van het Olym pisch Stadion. Juichend zagen we de kampioen van Duitsland verplet terd worden, we schreeuwden ons schor bij de verlossende 2-0 van Bennie Muller tegen Fenerbahpe, onze hoop bevroor bij Ajax- Benfica, we waanden ons op een schoolvrije woensdagmiddag in Parijs en verrezen samen met Ajax uit de dood, we dansten op het Olympisch beton na de 3-0 zege over Trnava. Ajax had geschiedenis geschreven, we zouden de Europacup gaan winnen, de finale in Madrid! Zover kwam het niet. Milan was te sterk, we waren niet genoeg bewapend. We bevonden ons nog in een leerfase, onderwees Meester Michels. En zo was het. Maar dat seizoen, vijftig jaar geleden, was de bevestiging dat Ajax (en vervolgens het Nederlandse voetbal) iets voorstelde, dat we meetelden. Het dansen en springen op het beton van het Stadion zou niet stoppen en op de fundamenten van dat seizoen zou Ajax later de wereld veroveren en tot het instituut uitgroeien dat het onveranderd is. Na I968-I969 werd de naam Ajax niet langer gewoontjes of met een zweem van nieuwsgierigheid, maar met respect uitgesproken. Het was onuitsprekelijk fantastisch om dat als vrijelijk dromende, springende en juichend dansende jongetjes mee te maken. De dan sende juichende jongetjes van toen zijn nu oude kerels, maar de glas heldere herinnering aan dat seizoen maakt ze weer jongetjes. Alleen al daarom verdient de mijlpaal in dit jubileumseizoen op grootse wijze extra aandacht en luister. Dat is Ajax aan zijn historie verplicht.

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 2018 | | pagina 16