De liefde ontlook op een Ajax klaverjasavond OStadionplein Langs de Zijlijn IflüJp'ïii. :«i j De wijzigingen in de technische staf en de aangevulde selectie maakten het noodzakelijk een nieuwe teamfoto te maken. De fotosessie werd, zoals te doen gebruikelijk, gemaakt in het thuis- en uittenue. In de rubriek Langs de Zijlijn interviewen we supporters die wekelijks zijn te vinden op sportpark de Toekomst. Jan Nieberg (80 jaar) is al meer dan 36 jaar vrijwilliger bij Ajax. Hij was al in de Meer actief als lid van de parkeer- commissie. Zijn vrouw, Mia Uriot (75), is sinds de komst van de Ajax Vrouwen iedere wedstrijd aanwezig als lid van de parkeercommissie. Hoe hebben jullie elkaar leren kennen? Mia: 'Mijn vader deed altijd mee aan de klaverjasdrive bij Ajax. Op 19 mei 1961 ging ik met mijn vader en zusje mee om ook te klaverjassen. De mensen die niet konden klaverjassen, gingen andere spelletjes doen en Jan Nieberg begeleidde die spelletjes. Na afloop waagden we een dansje. Ik had al een vriendje en zei tegen Jan: ik bel wel een keer. Zo is het begonnen. Daarna zijn we verloofd en in 1963 getrouwd.' Wat deden jullie voordat jullie zo actief werden bij Ajax? Mia: 'In Weesp zijn we ooit begonnen met een bloemenzaak aan de Vecht. Daarna hebben we een dierenspeciaalzaak gehad en als laatste een winkel in huishou delijke artikelen. In 2000 zijn we gestopt met werken. We hebben twee kinderen, een jongen en een meisje. We hebben regelmatig op onze kleinkinderen gepast, maar als Ajax speelde, ging Ajax voor!' Wat doen jullie nu bij Ajax? Mia en Jan: 'Na de komst van de Ajax Vrouwen had de parkeer- commissie meer leden nodig om alle taken te vervullen en toen ben ik samen met Jan ingestapt. Daarnaast ondersteunen we als vrijwilliger bij speciale evenemen ten, zoals de Talentendagen, het Jany van der Veen toernooi en de ABN AMRO Future Cup. Zo blij ven we actief. Tijdens de zomer periode gaan we lekker weg met de caravan'. Hoe kijken jullie aan tegen het huidige Ajax 1? 'Het gaat momenteel matig. Als we Siem de Jong bij de doorlaat post krijgen, vragen we ons af of we hem moeten doorlaten (met een knipoog)!' Tamara Schellekens Weinig Amsterdammers realiseren zich dat de naam Stadionplein niet naar het Olympisch Stadion verwijst, maar naar het verdwenen stadion van de architect Harry Elte, dat van 1914 tot 1929 aan de overkant van het plein stond, op het huidige Tuyll van Seroosker- kenplein. Het was een schitterend stadion, het eerste van baksteen in de hoofdstad, met fiere torens op de hoeken. De Amsterdammers noemden het kortweg 'het Stadion', want bij de oplevering in 1914 mocht het Ajax-terrein aan de Middenweg 86 nog amper zo heten: de naam 'Houten Stadion' raakte later in zwang, tegenhanger van het stenen in Zuid. Eigenlijk heette 'het Stadion' Het Nederlandsch Sportpark. Het had een capaciteit van 24.700 toeschouwers en was vooral bedoeld voor interlands van het Nederlands elftal, maar vier maanden na de oplevering in april D9D4 brak de Eerste Wereldoorlog uit en was interlandvoetbal jarenlang onmogelijk. Het Stadion was voor Ajax wat het Olympisch Stadion in later jaren worden zou: het uitwijkstadion voor grote wedstrijden, zoals stads derby's tegen AFC en Blauw Wit, kampioensduels en wedstrijden om de prestigieuze Amsterdamse bekercompetitie van toen, het Gouden Kruis. In 1917 won Ajax zijn allereerste landelijke hoofd prijs in het Stadion: de nationale beker. Alleen al daarom: belangrijke plek. In de kampioensqueeste van 1918, precies een eeuw geleden, speelde het Stadion van Elte een relatief bescheiden rol. In maart legde Ajax thuis tegen Sparta beslag op de afdelingstitel, maar dat was in het uitpuilende Houten Stadion aan de Middenweg. Lands kampioen werd de ploeg uiteindelijk in Tilburg, uit bij Willem II. Er werd in het Stadion wel een cruciale stadsderby tegen AFC gespeeld, in de kampioenscompetitie. Ajax kwam met 4-0 voor, maar het werd toch nog even spannend: 4-3. De landskampioenen van 1918 én de supporters van toen hebben sporen liggen in het verdwenen Stadion. Het Olympisch Stadion stond er toen nog lang niet. Dat het Stadionplein binnenkort Johan Cruijffplein gaat heten, is eervol, in veel opzichten mooi (mooier dan dat geknoei rond de stadionvernoeming, in elk geval), maar er gaat dus ook iets verloren: een van de laatste rechtstreekse verwijzingen naar het Stadion van Elte, plek van prestige voor het prille Ajax. Zo zie je maar: elk nadeel hep z'n voordeel en andersom. De namen Stadionweg en Stadionbuurt bestaan toch nog, zou Johan monter zeggen. Menno Pot Hij Li i*i l"j B vii iiii m ■-* r*k lirinijp ii url -J- 1-H 28 mei

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 2018 | | pagina 11