Driemaal Johan
Johan Cruijff was ook wereldwijd bekend met zijn Cruyff Foundation, gericht op het geestelijk en lichamelijk welzijn van vooral jonge kinderen. Tot veel
plezier van bewoners werden regelmatig midden in woonwijken Cruijf Courts geopend, veldjes waar de jeugd elkaar al voetballend kan ontmoeten.
Ik ben van 1975 en heb Johan Cruijff één officiële wedstrijd
zien spelen. 18 september 1983. Ajax - Feyenoord. Johan was
Feyenoorder, kreeg er met 8-2 van langs en kwam in het stuk
amper voor. Hij leek zich onzichtbaar te willen maken en slaagde
daar behoorlijk in.
Ik was negen jaar en was er amper van doordrongen dat Johan
Cruijff een hele, hele grote Ajacied was geweest, die met Ajax had
gedaan wat voor mij op dat moment even voorstelbaar was als
een KLM-lijnvlucht naar Saturnus: Europacups winnen.
Johan en ik kenden een valse start. Voor mij was hij een Feyenoor
der, punt uit, en niet eens een overdreven goede, al zou ik daar
een maandje of tien later anders over denken. Pas jaren daarna
begon ik jaloers te worden op iedereen die Johan Cruijff voor
Ajax had zien spelen. Historisch besef.
Wat ik toen niet kon weten, was dat ik Cruijff nog driemaal in
Ajaxshirt zou zien voetballen. Onofficiële, vriendschappelijke gele
genheidspotjes, maar toch. Toen ik hem op 6 april 1999 zag inval
len tijdens zijn eigen erewedstrijd in de Arena, had ik voldoende
historisch benul verzameld om geëmotioneerd te zijn: Cruijff in
dat shirt. Nummer 14. Hij gaf een assist. Van Basten scoorde.
Nóg mooier was het op 22 juli 2006 in het fonkelnieuwe Emirates
Stadium: 'Arsenal Legends' tegen 'Ajax Legends', als eerbetoon aan
Dennis Bergkamp. Ik vloog ervoor naar Londen. Van Basten en
Cruijff zouden niet meedoen, maar toen ze tóch invielen, veerde
het Engelse publiek als één man op en leek de ovatie eeuwig te
klateren. Ik huilde van ontroering en trots - en niet als enige.
Nog één keer zou ik Johan in ons dierbaar rood en wit zien: op
3 juli 2013 in het Olympisch Stadion, op het verjaardagsfeestje van
de 75-jarige Sjaak Swart. Geen tranen ditmaal. Wel een warm
clubgevoel en veel gein op de tribune.
Ik koester die paar keren Cruijff, zoals ik zijn jaren als Ajaxtrainer
koester (die herinner ik me dan weer wél goed) en zeker ook de
twee keren dat ik hem mocht interviewen, voor AT5 en Ajax TV
Maar als ik één mooiste Cruijffherinnering moet kiezen, kies ik
voor Londen. Daar, in Engeland, voelde ik namelijk hoe gróót
Johan was. Hoeveel mensen hij aanraakte met zijn spel.
De valse start van 1983 deed er definitief niet meer toe. Ik was
ingewijd. Had Cruijff gevoeld. Ik begreep het.
Menno Pot
COLOFON
Eindredactie: Tijn Middendorp. Medewerkers: Dennis Bogaard, Jan Buskermolen,
David Endt, Hennie Henrichs, Ed Lefeber, Menno Pot, Cees van Zuilen.
Foto's: Louis van de Vuurst Gerard van Hees, tenzij anders vermeld.
Vormgeving: Vriedesign, John de Vries. Druk: Muller Visual Amsterdam