J&k Partycrasher Het werkend lid SJrtr/* Evenals ons eerste elftal startte de Al haar deelname aan het UEFA Youth League, het broertje van de UEFA Champions League, met een uitwedstrijd tegen Barcelona. De wedstrijd op 17 september was in elk geval een mooie gelegenheid ervaring op te doen. Het resultaat (4-1) telt misschien wat minder. Als najaar en de winter samenspannen Een gure wind over de Toekomst blaast Staan aan de poort de stoere mannen En niemand die het eigenlijk verbaast Als de laatste zomerwarmte is verbannen Daglicht vroeg naar bed om zonder haast Weer op te staan en op de rode pannen Vers gevallen sneeuw smelt en daarnaast Schoorsteen rookt wijl vele stoute plannen Haard en geliefde te verlaten zijn bewaasd Zien we Willem en Marinus zich vermannen Hun jas gemaakt van clubliefde welhaast Als najaar en de winter samenspannen Een gure wind over de Toekomst blaast Staan oranje hesjes aan de stoere mannen En niemand die het eigenlijk verbaast Huisdichter Cornelis September 2013 IN MEMORIAM GERRIE MÜHREN 'Gerrie Mühren (67)overleden'. Het bericht slaat als een natte dweil in je gezicht. De aardigste Aj'acied die ik kende. Bescheiden, betrokken, bekwaam. Bij* hem thuis hangt een bordj'e: voetbal is plezier. Dat is voor de technisch zeer begaafde speler die hij was de essentie. Waar niet met plezier gevoetbald wordt, wordt het eigenlijk nooit wat. Bijzonder aan Gerrie was ook dat hij aan het geluid kon horen hoe een bal getrapt werd. Bijzonder was dat hij voor een WK-selectie bedankte om zijn vrouw bij te staan met een huilende baby in huis. Gerrit Mühren: bijzonder in eerlijkheid en eenvoud in een vaak bizarre wereld. Klaas Vos 14 september 1994. De grote voetballers van AC Milan zitten, druipend van de Hollandse regen, te zwijgen in een aftandse kleedkamer van het Amsterdamse Olympisch Stadion. Baresi, Maldini, Donadoni, Gullit; ze zijn van het kletsnatte veld getikt door een jong Ajax. Er wordt geklopt. De geslagen Rossoneri kijken op. Daar staan enige jonge Ajacieden. Ze vragen beleefd om een handtekening of een foto. Ik weet niet meer wie me dit verhaal vertelde en ik weet ook niet of dit tafereel echt heeft plaatsgevonden. Maakt ook niet uit. Waar het om gaat, is dat het mijn persoonlijke Ajax-gevoel samenvat en symboliseert. Zó zie ik Ajax het liefst: niet als een grote club, maar als een kleine club die heel soms beter voetbalt dan de grote. Als een club die jonge, zelfopgeleide voetballers de wei in stuurt en daardoor soms een flinke tik oploopt, maar ook wel eens een tik uitdeelt, zodat Europa denkt: hoe flikken ze het toch telkens weer? In mijn ideale Ajax-droom hoort Ajax niet echt op het bal der Europese grootheden, maar komt het er partycrashen, als een stel eigenwijze lefgozertjes dat binnenglipt op een besloten gala in het Amstel Hotel en iedereen in de maling neemt: gratis zuipen, beetje de bink uithangen, kijken hoe lang het duurt voordat je ontdekt wordt en eruit vliegt. Misschien al snel, misschien met harde hand, maar wat de party- crasher drijft, is het geloof dat het ooit weer eens zal lukken om op zo'n feest uit te groeien tot de koning van de nacht, die blijft tot de lichten aangaan. Laat Ajax zó het veld op gaan tegen FC Barcelona, AC Milan en Celtic. We hebben niets te verliezen. En als we er dan toch vroeg uitkieperen, laten we dan in elk geval zorgen dat we de aanwezi gen op het gala gecharmeerd hebben. Want ook dat is iets waard: door een uit de kluiten gewassen securityman richting uitgang gesleept worden, maar onderweg vanuit je ooghoeken zien dat de aanwezige mooie vrouwen jou, brutale indringer, stiekem charmanter en spannender vinden dan de zelfingenomen, grijze mannen die wél mogen blijven. Als Ajax zich in de Champions League af en toe eens als brutale partycrasher manifesteert, zoals vorig jaar tegen Manchester City, blijf ik houden van mijn club, tot in de eeuwigheid. Menno Pot

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 2013 | | pagina 7