'Nu speel ik bijna achter
Rob Been bij zijn 500e wedstrijd:
Hoe lang denk je nog te blijven
voetballen?
Zolang drie voorwaarden wor
den vervuld: sportief Ajax-
waardig, zonder blessures en
met plezier.
Wat is volgens jou hetAjax-gevoel?
Na onze laatste wedstrijd in Ita
lië vatten deVeteranen dat als
volgt samen:'Una per tutti e tutti
per una.'
We horen je vaak zeggen dat iets
niet of wel 'Des Ajax' is.Wat bedoel
je daarmee?
Altijd voor het hoogste gaan, het
liefst stijlvol en altijd met trots.
Het beste is vaak niet goed
genoeg en berusting is dodelijk.
Wat zou je tot slot nog willen zeg
gen?
Dat ik graag alle ontvangen eer
zou willen inruilen voor de 30e
landstitel.
Tijn Middendorp
De competitiewedstrijd tegen
de veteranen van de
Koninklijke HFC op 7 november
jl.was voor Rob Been (28-12
1962) als speler bij deAjax-vete-
ranen niet zomaar een ontmoe
ting. Zonder dat hij er zich er
van bewust was, speelde hij zijn
500e wedstrijd in het Ajax-shirt.
Hoe is het allemaal begonnen?
Het verhaal gaat dat ik, nog lig
gend in de wieg, met mijn vader
al wekelijks aanwezig was bij de
wedstrijden van Ajax 4, waar hij
elftalleider van was. Gek genoeg
werd mijn eerste club niet Ajax
maar DCG, een club bij ons in
de buurt, waar Jany van derVeen
toen trainer was. Daar werd ik
als C-junior geselecteerd voor
het Amsterdamse elftal en
bereikte ik het Nederlands
jeugdteam. Pas toen Ajax was
gestart met een 'huiswerkklas'
was er geen obstakel meer om
over te stappen.
Hoe ziet je carrière bij Ajax er uit?
Ik begon in de BI bij trainer
Dirk de Groot en elftalleider
Cor van Eijden.Vervolgens ging
ik via de A2 naar de AI. Omdat
er voor mij een contract niet
in zat, ben ik overgestapt naar
FC Amsterdam maar bleef wel
Ajacied. Die hoort natuurlijk in
Ajax te spelen. Daarom keerde
ik weer terug en kwam in Ajax 3
en speelde af en toe een wed
strijd in het C-elftal. Daarna
werd het de Zaterdag I en lang
zamerhand zakte ik af naar het
huidige niveau, deVeteranen.
Hoe kijk je op die hele periode
terug?
Misschien heb ik mij - achteraf
gezien - als jeugdspeler meer
moeten realiseren in welke uit
zonderlijke positie een speler
van Ajax zich bevindt. Omdat
ik al heel lang bij Ajax over de
vloer kwam en al veel mensen
kende, ben ik mij daar te weinig
van bewust geweest.
Wat maakt voetballen in Ajax dan
zo bijzonder?
Dat je bij elke wedstrijd weer
de uitdaging moet willen aangaan
tegen maximale weerstand te
moeten spelen. Nu speel ik
bijna achter de coulissen maar
de weerstand wordt er niet
minder op.
Waar kijk je met veel plezier op
terug?
We waren een keer met de AI
voor een toernooi in Ljubljana
waar ik per ongeluk een keertje
de sterren van de hemel speelde.
Dat is mij daarna nooit meer
overkomen...ha ha! En natuurlijk
de talloze kampioenschappen.
De buitenlandse trips die we nu
met de Veteranen maken zullen
mij ook eeuwig bijblijven.
En waar wil je niet meer aan herin
nerd worden?
Aan de belabberde medische
begeleiding die ik heb ervaren
toen ik in de A-junioren speelde.
Hoe is het nu, spelen bij de Vetera
nen?
Zeer prettig. Het leukste is de
sociale band die we inmiddels
hebben opgebouwd. Buiten het
voetbal gaan we ook goed met
elkaar om, en zakelijk proberen
wij elkaar een handje te helpen.
AJAX CLUBNIEUWS SEPTEMBER/DECEMBER 2009
9