Nu is het heel anders. Het bestuur komt eten, gasten ko men eten, de dokters komen eten, en dat moeten wij alle maal verzorgen. Zoals van de week, toen kwam er een he le bus met Japanners op bezoek. Kijk, door de week is er weinig open bij Ajax, dus iedereen wordt doorgestuurd naar het spelershome. Dus je bent daar ook voor anderen bezig. Het is niet alleen maar voor de jongens. Ik ben enorm met m'n werk bezig. Als ik thuis kom zit ik al gelijk te bedenken wat er allemaal nog gedaan moet wor den. Maar iedereen vraagt ook naar me. Is tante Sien er niet? Wanneer komt ze? Komt de voorzitter me tegen:"zeg Sien, je was er vanochtend niet?" Dan moet ik weer uitleg gen dat ik op zondag pas om één uur begin. En dat weet iedereen ook wel, maar ja, ze denken dat Sien er iedere dag en ieder uur is. Maar dat kan dus niet. Ik praat steeds over ouderen en jongeren. Ouderen zijn Schrijvers, Krol, Suurbier, Geels en eh... ja, Lerby, die hoort ook al een beetje bij de ouderen. Maar nu heb je echt van die jonge jongens. En die zijn toch anders. Kijk, als vroeger Lerby binnenkwam was het:"Good morning sunshine!!" En dat riep hij dan heel hard. En de anderen ook. Maar die jonge jongens van nu doen dat iets anders. Goede morgen is er vaak niet meer bij. "Broodje hagelslag, tante Sien". Punt. Zeg ik wel eens:"Goede morgen tante Sien, broodje hagelslag". Je moet ze soms een beetje opvoeden. En vaak gaat het al snel beter. Iemand die vroeger ook niets zei, zegt nu tegen een ander:"zou je niet eens dank-je-wel zeggen tegen tan te Sien!" Ik weet nu inmiddels wel welke jongens wat willen eten. Ze hebben allemaal wel zo'n beetje hun wensen. Daar hou je dan rekening mee. Het is wel zo dat je eigenlijk maar weinig weg kan, want bijna het hele jaar ben je in touw. Er wordt van je verwacht dat je er altijd bent. En het zal best wel problemen opleve ren wanneer ik onverhoopt ziek word of zo. Zo lang er ge traind en gevoetbald wordt moet je er zijn. Nu ben ik geluk kig weinig ziek, maar als het een keer voorkomt moeten we maar zien hoe we het regelen. Nee, ik heb geen voorkeur voor bepaalde spelers. Ik kan met iedereen goed opschieten. Misschien dat ik daarom al zo lang bij Ajax werk. Anderen hebben daar wel eens moeite mee. Maar dan denk ik, ach, laat maar gaan. Als ze soms een beetje lopen te zeuren. Gaat wel over, denk ik dan. Het is wel jammer dat wij het op zondag vaak zo druk hebben dat er geen tijd over blijft om eens een praatje met iemand te maken. Dat was in het begin wel anders. Ja, ik heb dat gelezen, van Leo over z'n koppie koffie bij tante Sien, toen hem werd gevraagd waarom hij naar Ajax ging. Vond ik erg leuk. Echt gewoon, hè. Echt gezellig. Tja, dat Ajax-gevoel. Daar wordt inderdaad nu veel over gesproken. Ik heb dat misschien ook wel een beetje. Ja, ik doe veel voor de club. Die anderen ook hoor.... Ze zeggen wel eens, Sien, je bent veel te goed voor alles. Maar ja, kijk, je moet er altijd zijn. Als mensen terugkomen van een reis of zo. Willen ze een broodje of een kopje koffie. Dan zijn we aan wezig, absoluut. Vroeger, toen we alles nog met z'n tweeën deden Joop en ik, en de jongens erg vroeg naar Schiphol moesten, dan waren wij al om zes uur bij Ajax en maakten koffie en broodjes. Waren we om zeven uur weer thuis. Hadden we dat toch maar gedaan. De jongens von den dat natuurlijk prachtig. Een nieuwe speler wordt aan ons altijd keurig voorgesteld. Ze zeggen wie ik ben, en weet je wat zo gek is, ze voelen zich altijd onmiddellijk bij ons thuis. Ze vinden het altijd ge zellig. Er hangt altijd een aparte sfeer. Ja, niet te omschrij ven. Dat zegt meneer Van Praag ook altijd:"Het is er ge zellig, het is gemoedelijk, en het is helemaal niet luxe of zo. Als je binnen komt voel je je gelijk thuis". Dat zeggen de spelers ook. Je hoort wel eens verhalen van spelers. Hoe ze over tante Sien denken. Ze zeggen wel eens:"tante Sien is een tweede moeder voor ons". Ik voel me erg thuis bij Ajax. Ik gedraag me bij Ajax net zo als ik thuis ben. En als er tien man tegelijk binnen komen lopen en ze willen wat hebben, zeg ik vaak:"jongens daar staat het, pak het zelf even". Dat gaat heel gemakkelijk. Ik kom uit een gezin met 9 kinderen. Ik was de zevende. Daar ging het ook zo. Misschien heb ik het daar wel van. En iedereen zegt tante Sien, niet Sien, nee, tante Sien. Dat hoort gewoon bij me kennelijk. Wat ik al zei, het was vroeger wel anders. De jongens ble ven veel langer hangen. Zo lang zelfs, dat we ze d'r uit moesten sturen. Kletsen over alles en nog wat, of kaarten of weet ik veel. Van alles. Nu is dat veel minder. Op maan dag is het eten en weg. Een enkeling blijft nog wel eens hangen. Neem nu die interland tegen Griekenland. Dennis Bergkamp die dat doelpunt scoorde. Er werd niet over gesproken. Leo begon er even over, maar voor de rest ging iedereen naar huis. In de tijd van Krol en Suurbier was dat toch wel anders. Ook de humor was anders. Nu maken ze wel eens wat grapjes met het eten. Maar dat vind ik niks. Je moet niet met eten knoeien. Maar ja, zo moet je steeds maar weer een beetje meegroeien. Het is bij ons vaak horen, zien en zwijgen, want natuurlijk hoor je wel eens wat in het spelershome. Dan moet je na tuurlijk goed weten wat je kan zeggen, want er zijn journa listen bij die speciaal naar Ajax komen om wat uit te vin den. Bobby Haarms zegt altijd:"als het wat minder gaat ko men ze vanzelf". Gelukkig zijn er ook bij die alleen maar voor de gezellig heid komen. Maar je hebt er bij... nou, maar van mij horen ze niks. En het zit hier soms vol met journalisten, hoor. Komt Leo binnen, zegt ie:"wat is dat hier allemaal, lijkt wel een open dag". Maar ja, de perskamer is niet zo gezellig. Maar soms sturen we ze er toch naar toe. We laten ons nooit verleiden dingen te zeggen die Ajax kwaad kunnen doen. De administratie is wel een heel gedoe. Vroeger moesten wij bijhouden wat de heren gebruikten, en aan het begin van de week moest er dan worden afgerekend. Dat gaf al tijd ellende. Nu is het beter geregeld en betaalt iedereen een vast bedrag per maand. Maar ik hou toch wel zo'n beetje bij wat de meesten gebruiken. En al dat gedoe doe ik er thuis ook nog bij. Het is soms ook wel lachen met die jongens. Vroeger ook hoor, dan zei Krol tegen die of die, zeg eh... zou je niet eens afrekenen met tante Sien. Robbie de Wit kon dat ook zo. Dan hing hij bij mij over de bar en zag dat iemand nog iets moest betalen. Nou, die kreeg het dan flink te horen. En dan zag hij dat er werd afgerekend en dan zei hij wel eens, zeg eh... je moet wel wat meer geven hoor... Dat vond ik altijd wel geinig met die Robbie de Wit. Ja, het is allemaal wel anders geworden, maar ik doe het allemaal nog erg graag. Ik doe het voor de jongens en voor de club. En weet je wat het is, als ik dan 's middags m'n bood schappen ga doen, dan komt het vaak voor dat iemand zegt: hé, daar hebben we tante Sien van Ajax. En dat zijn dan meestal wildvreemde mensen. Die ken ik absoluut niet. Maar alleen al als iemand het woord Ajax laat vallen, en hoort dat je iets bij Ajax doet, sta je plotseling helemaal in de belangstelling. Gek hè, daar snap ik nu helemaal niets vanjj:n Middendorp

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1991 | | pagina 13