commissie er is voor iedereen in de club en van advies kan
dienen op alle mogelijke gebieden naast het voetbal.
Uiteraard speelde de studie hierin een belangrijke rol. Het
combineren van topsport en studie was één van de grote
problemen. Een doorbraak werd de huiswerkbegeleiding. In
februari 1978 werd daarmee reeds gestart.
Een novum in de Nederlandse voetbalwereld. In het na
5 jaar verschenen rapport "Ajax begeleidt" schrijft de
commissie: "Onder leiding van daartoe aangetrokken
docenten worden spelers die door de vele intensieve
trainingen in feite geen gelegenheid hebben hun huiswerk
thuis te maken of te leren, in de gelegenheid gesteld een
aantal uren voorafgaand aan de training, onder strikt en
deskundig toezicht hun schoolwerk in orde te maken!"
De resultaten waren spectaculair want, schrijft de
commissie: "van de 25 spelers die van februari waren
ingeroosterd waren er 12 waarvan de vooruitzichten op dat
moment hopeloos leken. Van deze 12 spelers bleken er aan
het einde van het cursusjaar 9 te zijn bevorderd; één kreeg
een herexamen (waarvoor hij later slaagde) en slechts 2
doubleerden."
Inmiddels was de naam Jeugdbegeleidingscommissie
veranderd in Studie- en Begeleidingscommissie. Het betrof
niet alleen meer de jeugd omdat in de loop der jaren nogal
wat spelers naar de A-selectie waren gegaan waarbij iedere
vorm van begeleiding niet plotseling ophoudt. Andere
ervaringen werden opgedaan zoals een speler van school
halen en hem bij Ajax in staat te stellen binnen een
bepaalde periode een aantal deelcertificaten te halen.
Alhoewel het resultaat in deze niet optimaal was bleek ook
nu weer op z'n minst deze ervaring zeer waardevol te zijn.
Want, ondanks het feit dat de commissie uitstekend
functioneerde en veel spelers in ruime mate gebruik
maakten van de mogelijkheden, was het niet alleen maar
hausanna en verliep niet alles probleemloos. Bepaalde
activiteiten werden geen succes en vielen tegen.
Inmiddels functioneert de commissie 10 jaar, verscheen het
al eerder genoemde rapport na 5 jaar ervaring, en leek het
ons de moeite waard de stand van zaken op te nemen.
Daarvoor sprak ik eind januari met de coördinator van de
commissie Ikey Waas. Het was ook stil gevallen rond het
gebeuren.
Ikey Waas: "In de eerste 5 jaar waren we nogal spectaculair
bezig. Het was ook allemaal nieuw voor ons en wij wisten
echt niet waar het allemaal toe zou leiden. We begonnen
echt op nul en we moesten maar zien hoe we alles deden.
Na een drukke aanloopperiode hebben we een tijd gehad
dat we nogal op de voorgrond traden. We bezochten
conferenties (bijvoorbeeld de Nederlandse Federatie voor
Werkers in de Sport), we werden uitgenodigd voor lezingen,
forums, er waren nogal wat kontakten met andere clubs die
van ons wilden weten hoe we alles deden. Ook veel kontakt
met de Stichting Arbeidszaken van de KNVB, de
commissies Personeelsbeleid van de diverse BVO's. En ga
zo maar door. Maar de laatste jaren hebben we de boot een
beetje afgehouden. We zijn duidelijk wat minder naar buiten
getreden. Je krijgt gauw zo'n betweterige indruk van ons en
je neigt zelf te denken dat we het met z'n allen zo
verschrikkelijk goed doen. Nu is dat natuurlijk niet helemaal
onwaar, maar aan de andere kant moet je niet vergeten dat
in de begeleidng altijd nieuwe ontwikkelingen ontstaan. In
het naar buiten treden gingen we zelfs zover dat we
ouderavonden organiseerden en avonden voor een aantal
rectoren van scholen waar wij het meest mee te maken
hadden. We vonden de tijd rijp om ons wat meer op de
achtergrond te bewegen zonder uiteraard de begeleiding
van spelers te miniseren. Maar het is natuurlijik wel zo dat
wij in die tien jaar veel ervaring hebben opgedaan en wij nu
als basis wel weten hoe te handelen. Ik wil niet zeggen dat
we op routine handelen want iedere begeleiding van een
speler is weer een andere, maar de romp is geformeerd en
de basis is gelegd. We hebben de afgelopen jaren met
zoveel zaken te maken gehad dat automatisch de ervaring
inmiddels een belangrijke rol is gaan spelen. En natuurlijk
willen we steeds meer. De begeleiding houdt nooit op. Het is
een continuing story waarvan het einde niet in zicht is. Per
speler natuurlijk wel. Een begeleiding begint wanneer de
speler, ouders of trainer er om vragen en eindigt wanneer hij
uit het zicht verdwenen is. De speler zelf moet willen, anders
gebeurt er niets. Maar als hij Ajax verlaat is het in principe
over. We maken dan nog vaak wel af waar we mee bezig
zijn en dus houden we nog wel eens kontakt met spelers
welke bij een andere club uitkomen. Maar veelal is het
afgelopen wanneer de speler vertrekt. Soms is dat erg
jammer en je vraagt je wel eens af wat uiteindelijk van die of
die terecht gekomen is. Iedere speler weet dat bij Ajax het
zo afgelopen kan zijn dus is er nogal een komen en gaan
van spelers. Bij Ajax is het begeleiden van een voetballer
bijna altijd een doodlopend straatje. Zeker bij profvoetballers.
Het houdt allemaal een keertje op. Het begeleiden bestaat
zeker niet alleen uit het helpen bij een studie. In de loop der
jaren zijn natuurlijk een aatal spelers vanuit de jeugd naar de
A-selectie gegaan en bezitten nu een kontrakt als volledig
professional. Een andere vorm van begeleiding zie ik nu in
het adviseren omtrent het opvullen van de vrije tijd en het
zorgen voor later. Weinigen realiseren zich in wat voor een
zwart gat ze vallen wanneer eenmaal hun carrière voorbij is.
Men zal dan toch iets achter de hand moeten hebben om
verder te leven en denk niet dat alle spelers een salaris
verdienen waar men van rond kan komen. Zolang men bij
Ajax speelt misschien wel maar bij andere clubs ligt dat heel
anders. Een salaris van 20.000 of 25.000 gulden bruto per
jaar is te weinig om van te leven, dus zal men een baan
moeten zoeken. Zo simpel ligt dat.
Maar dat valt niet mee. Wij proberen in die A-selectie zoveel
mogelijk spelers bewust te maken van deze onzekere
situatie en hun te wijzen op de mogelijkheden door vooral
iets te doen naast het voetbal. Ik heb de overtuiging dat
alleen maar denken aan voetbal nooit goed is. Het is zo eng
en zo beperkt dat het alleen maar negatief uitwerkt. Je moet
iets naast je sport doen. Jeugdspelers hebben hun school of
studie. Goede prestaties op school werken door in de
verrichtingen op het veld. Absoluut! Professionals hebben
het vaak moeilijk als het niet loopt zoals het moet lopen.
Geen plaats in het eerste elftal, veel vrije tijd waar men geen
raad mee weet, altijd maar denken aan dat moment wat
misschien nooit komt, misschien een langdurige blessure
met alle gevolgen van dien, het zijn allemaal zaken die
afleiding nodig hebben. Wij kunnen daarbij adviseren om 27