Don's
Bestuur en Ledenraad
Regering en Tweede Kamer
In mijn elftal hebben we
iets fabelachtigs in huis
I
haarverzorgers
toch ook niet bij elk onderwerp iedereen aanwezig is. Dat hoeft ook
niet. Ik vind dat de ledenraad vooral moet bestaan uit actieve mensen
en ook gaarne deskundigen: financieel, technisch, juridisch enz. Voor
al deze zaken kunnen commissies worden gevormd met aan het hoofd
een voorzitter die verantwoordelijk wordt gesteld voor al datgene wat
zijn commissie doet of moet doen. Het dagelijks bestuur blijft uiter
aard verantwoordelijk voor het totale beleid en verantwoording
schuldig aan de totale ledenraad.
Nu zie ik voor ogen dat er bijvoorbeeld een onderhoudscommissie is,
die bestaat uit een voorzitter plus een paar leden, die de opdracht
krijgen een bepaald iets te behandelen. Het financiële gedeelte wordt
beoordeeld door de penningmeester c.q. financiële commissie. In
dien geldelijk geen problemen bestaan kan de onderhoudscommissie
de opdracht krijgen vóór een bepaalde datum iets te herstellen, aan te
schaffen of wat dies meer zij. Er wordt veel gerichter gewerkt en dat
geldt ook op alle andere vlakken. Vaak zullen dus ad-hoc kleine
commissies worden gevormd die een bepaalde opdracht krijgen en
waarvan de voorzitter binnen een bepaalde tijd rapport uitbrengt aan
het bestuur en/of ledenraad. Dus verantwoordelijkheden stellen en
tijd bepalen waarbinnen de opdracht moet zijn uitgevoerd. Op deze
wijze kan het bestuur veel delegeren. Er is nu een gebrek aan een
functieverdeling en dat moet m.i. snel veranderen. Ik heb begrepen
dat Ton Harmsen van iets dergelijks een voorstander is; ik juich dat
toe. Ben ook van mening dat bij het stellen van nieuwe kandidaten
voor de ledenraad men antecendenten vermeld van de nieuweling
korte gegevens omdat vaak weinig bekend is.
Weten wie je kiest, wat voor iemand dat is.
Wat houdt zo'n club je anders bezig, niet? Er is altijd zo ontzettend
veel te doen. Daar heeft een buitenstaander geen idee van. Ja, een
manager daar geloof ik nog steeds in, maar ik weet ook dat het erg
moeilijk ligt in Ajax omdat daar het bestuur altijd erg dicht bij de
spelers staat en dus al eigenlijk de taak van manager vervult.
Dat heeft ook weer z'n voordelen. Bij andere verenigingen, die wel een
manager hebben, staat het bestuur vaak (te) ver van het gebeuren af.
Daar weet men te weinig van wat zich werkelijk afspeelt. De man moet
natuurlijk een taakomschrijving krijgen, hoeveel vrijheid moet zo'n
iemand hebben. Ik ben met je eens dat een manager toch de belangen
van de club anders zal behartigen dan een eigen bestuur. Een
manager kan bijvoorbeeld de club zeer veel nadeel berokkenen, ver
trekken, waarna het hem verder een zorg zal zijn wat er verder met
Plantage Middenlaan 66
Amsterdam
Telefoon 243220
8
Ajax gebeurt. Hetzelfde geldt voor een trainer. Bij een bestuur ligt dat
natuurlijk anders. Daar wordt bij iedere maatregel of bij elke beslis
sing de vraag gesteld: is het wel in het belang van Ajax? Zo niet, dan
gebeurt het niet. Ajax moet over 50 jaar en langer nóg bestaan. En
toch kan een manager in principe goed functioneren. De meeste
betaalde clubs hebben een dergelijk iemand in dienst. Maar Ajax staat
niet te trappelen. Dat is duidelijk.
JEUGD
Er zijn mensen die weinig positief oordelen over de huidige moderne
jeugd. Ik bestrijd dat. Wanneer ik bij Ajax zie wat onze jongens er voor
over hebben om topsport te bedrijven, dan is dat niet gering. Ik geef
het je te doen om 3 tot 4 keer per week te trainen, naést school,
huiswerk e.d. Voor meerdere jongens is het vrijwel iedere dag: op
staan, school, naar Ajax, huiswerk, trainen, doodmoe naar huis, sla
pen, opstaan enz. enz.
Men heeft dat er voor over. Ik moet hieraan onmiddellijk toevoegen,
de geweldige waarde in deze van de Jeugdbegeleidingscommissie.
Deze commissie doet werk van onschatbare waarde, neemt daarmee
veel problemen op elk vlak uit handen van leiders en trainers terwijl de
resultaten geweldig zijn. Het huiswerk kan op het Ajax-Stadion ge
daan worden. In de perskamer. Dat functioneert erg goed. Dat
stimuleert ook de prestaties op het veld. De Ajax-jeugd heeft enorm
veel voor zijn sport over. Dat is gewoon fabelachtig. Een grote hoe
veelheid talent stormt naar voren. Wat Leo Beenhakker de laatste tijd
bij Ajax heeft gedaan, met zijn collega's: Cees Groot, Dick de Groot,
Bennie Muller en Dirk Spits is geweldig. De prestaties van de jeugd
zijn met sprongen vooruit gegaan; ik zou willen stellen dat ons B1
elftal soms oogstrelend voetbal speelt. Dat klinkt misschien wat arro
gant, maar het is werkelijk zo!
Daarnaast durf ik op te merken dat er in dat elftal werkelijk talent
rondloopt. Je moet eens komen kijken. Maar de hele jeugd is zo sterk.
Vrijwel alles wordt gewonnen. En als je dan ziet met wat voor een
ongelooflijke kracht en energie tegenstanders ons elftal bestrijden
en dat de hardheid tijdens de wedstrijd soms ongehoord fel is dan
vraag ik me wel eens af waar dit in hemelsnaam naar toe gaat. De wil
om van Ajax te winnen is vaak buiten alle proporties en gaat ten koste
van de kwaliteit. Er is altijd een tomeloze inzet waarbij soms ernstige
blessures ontstaan ook bij henzelf. Afgelopen zondag bijvoorbeeld
tegen Uithoorn brak één van hun jongens z'n pols op verschillende
plaatsen. Afschuwelijk. Ik ga net als bij Ajax altijd ook naar zo'n jongen
toe, zoek hem thuis op en/of ga naar het ziekenhuis. Ik vind dat je dat
moet doen. Die spelers hebben het vaak al moeilijk genoeg tijdens
hun herstel.
Het komt wel eens voor dat zo'n speler vraagt iemand mee te nemen:
iemand bijvoorbeeld waar hij veel bewondering voor heeft en die hij
graag wil zien. Alleen maar om hem weer wat kracht te geven en niet
helemaal in de put te laten zitten. Toen Ton Blanker in het ziekenhuis
lag, na z'n beide benen te hebben gebroken, vroeg hij mij of ik Sjaak
Swart wilde vragen ook eens te komen. Nou, Sjaak is geweest en dat
gaf weer stimulans. Maar om nog even op die tegenstander terug te
komen: het is werkelijk onwaarschijnlijk waartoe een leider of trainer
vaak zijn jongens brengt, om toch maar van Ajax te winnen. En niet
alleen op leeftijden van 14 tot 16 jaar maar bij jongeren gebeurt het
ook: extra trainingen, met z'n allen naar de sauna, samen ontbijten en
ga zo maar door. En als dan de wedstrijd eindelijk daar is barst alle
opjutterij los. Om uiteindelijk toch bijna altijd te verliezen omdat
klasse zich nooit laat wegdrukken door hard voetbal of een gebrek
aan techniek. Maar soms is het werkelijk al te gek.
Weet je wat het werken met jeugdspelers zo aantrekkelijk maakt?
Jeugd is niet stabiel. Een jeugdspeler kan de ene week schitteren en
de andere week hopeloos falen. Daar spelen factoren een rol, die bij
spelers op latere leeftijd niet meer van toepassing zijn. Daarom zal ik