ambiëren, d.w.z. om een deel van je vrije tijd op te offeren aan
een vereniging, neemt af. Verschijnselen als caravan op vaste
camping of boot in een havenplaats weerhouden veel mensen zich
beschikbaar te stellen voor een functie in een vereniging. Wij
kennen dat probleem ook. Toch weet Ajax in zijn vereniging wel
enige mensen, die een functie in de club willen aanvaarden, maar
liever nog op dit moment actief op het veld willen zijn. Persoon
lijk wil ik best een jeugdteam gaan begeleiden, maar momenteel
geef ik nog de voorkeur aan zelf-voetballen op zondag. En zo zijn
er meer. Maar het is duidelijk dat het kaderprobleem er is.
Clubmensen, zoals wij die op dit moment kennen, nemen in
aantal af. We moeten daar gewoon rekening mee houden en tijdig
maatregelen nemen. Iemand als een Jaap van Praag, die zoveel
vrije tijd kan besteden aan de club, is er niet meer. Het overgaan
naar een managersysteem, zoals dat al eerder ter sprake is ge
bracht, is ook m.i. het enige juiste alternatief. Misschien had dat
al eerder moeten gebeuren, maar persoonlijk geloof ik, dat wij
ook op dit punt een beetje zijn „ingeslapen" door de successen
die wij hebben gehad. We hebben ook wat ongelukkig gehandeld
bij de aanstelling van nieuwe trainers, maar ik geloof dat wij met
Ivic nu toch wel op de goede weg zijn. Kader krijgen met het oog
op begeleiding van elftallen is bijzonder belangrijk. De zorg t.a.v.
talentvolle jeugdspelers moet m.i. primair staan bij de (weder-)
opbouw van Ajax. En dat gebeurt nog te weinig. Daarover straks
meer.
Voetbaldocenten
Het is duidelijk dat kwalitatief het voetbal afneemt. Talenten zo
als wij voorheen gekend hebben, komen nauwelijks meer voor.
Ajax heeft in haar jeugd wel degelijk talent en het is van het
grootste belang dat dat „materiaal" ook werkelijk de top haalt.
Daarvoor is begeleiding nodig, met daarnaast een juiste aanpak
om het voor de club te behouden.
Het begeleiden van voetballers is geen eenvoudige zaak. Zeker
niet. Zowel van de leider van het elftal alsook van de trainer
wordt veel tactisch inzicht vereist.
Wat de vereiste totaal-opleiding aangaat, die voor ieder talent
m.i. een voorschrift is, is het spijtig te moeten constateren dat
daarbij veel gehamerd wordt op conditie, inzet en opdrachten-
uitvoeren, terwijl de techniek maar al te vaak verwaarloosd
wordt. Ik vind dat niet juist. Zo wordt met het op jeugdige leef
tijd al volstoppen met opdrachten het „speelse" uit de voetballer
gehaald. Hij kan zich niet naar hartelust uitleven c.q. spontaan
ontwikkelen.
Wat verder het kwaliteitsniveau aangaat: om dat op een hoger
peil te brengen dient m.i. in de opleiding het accent op de ont
wikkeling van de techniek als een eerste vereiste te worden
gezien.
Het aanstellen van voetbaldocenten, die in staat zijn de jonge
voetballers die techniek te kunnen bijbrengen, is daarbij een
uiterst belangrijke aangelegenheid.
Er moet dus in het algemeen veel meer aandacht voor het jeugd
voetbal komen. In dit verband is het nog steeds te betreuren, dat
destijds het betaalde jeugdvoetbal werd afgeschaft. M.i. een on
vergeeflijke fout. De doorstroming van jong-talent naar de betaal
de sector is sindsdien duidelijk minder geworden. Zelf heb ik nog
het genoegen mogen smaken in die betaalde jeugd uit te komen
met een Barry Hulshoff, Wim Suurbier, Wim Jansen, Dick Schnei
der e.a.
Mijn jeugd lag in de tijd dat er op straat nog gevoetbald kon
worden. Ja, dat straatvoetbal is altijd een uitstekende leerschool
geweest. Hoe kon je je het spelen beter eigen maken dan op
straat met een tennisbal. Je kent dat ook nog wel. Die tijd is er
niet meer. En als dan in de clubs het voetbal al jong te veel
prestatie-gericht wordt geproclameerd, dan krijgt talent te weinig
gelegenheid zich op eigen wijze te ontplooien. En daarheen moet
toch weer gewerkt worden. Nu! Bovendien, eigen-kweek kunnen
laten uitkomen in het eerste elftal heeft alleen maar voordelen.
Niet alleen dat het financieel voor de club gunstig is wanneer
een eigen jeugdspeler zich ontpopt als een potentiële top-voet-
baller, het spreekt het publiek ook méér aan dan een dure „aan
koop", die zich nog maar moet waar maken en dan vaak nog
nooit zó wordt geaccepteerd als één uit het eigen „nest". Natuur
lijk geldt dat niet in alle gevallen, maar vele „newcomers" heb
ben het, vooral de eerste tijd, moeilijk. Dan om nog even het
financiële aspect van de club hierbij aan te roeren het is voor
geen enkele vereniging praktisch meer mogelijk bedragen voor
voetballers neer te tellen, waarbij de getallen zich tussen de vijf
honderd duizend en het miljoen bewegen, met daarbij de risico's
van „miskoop", wanneer blijkt dat de betreffende speler
elders wél een ster toch niet in de huidige formatie past.
Ajax heeft m.i. de laatste jaren teveel „lapmiddelen" gebruikt
om het niveau, zónder enige opbouw, weer op peil te brengen.
Dat zal niet meer mogen gebeuren en wat dat betreft, zijn we
met onze nieuwe trainer-coach Ivic, dacht ik, op de goede weg.
Natuurlijk kost het (die opbouw) tijd, maar het is dé weg die we
móeten gaan er is geen andere keus om het verloren terrein
te herwinnen. Vandaar dat het ook zo belangrijk is, dat jeugdig
talent voor Ajax niet verloren gaat. We zullen daar met z'n allen
voor moeten waken.
Ledenraad
Inderdaad behoor ik met Leo van Wijk tot de jongsten in de
Ledenraad. Ik was 27, toen ik mijn intrede deed. Het is me uit
stekend bevallen. De eerste zittingsduur van drie jaar zit er op,
mogelijk dat ik straks weer herkozen word. (Is inmiddels ge
beur.d - T.M.) De eerste tijd heb ik uiteraard benut om verschil
lende zaken eens te bekijken en af te tasten, de nodige ervaring
op te doen. Het is m.i. een goede instelling, waarbij geconsta
teerd mag worden, dat kwalitatief het college er op vooruit gaat.
Er zit duidelijk een opgaande lijn in. Maar ik geloof, dat men
nog meer positief kritisch moet zijn over allerlei zaken. Via ons
clubblad en niet te vergeten het jaarverslag van de secretaris
wordt aldus mijn mening goede informatie gegeven om
trent de werkzaamheden van de Ledenraad.
Het punt: verjonging resp. waken-voor-vergrijzing, verdient na
tuurlijk wel aandacht, maar om nu een maximale leeftijd vast te
stellen, vind ik onjuist. Waar immers moet het „breakpoint"
gesteld worden? Logisch zou zijn dat de „alleroudsten" uit zich
zelf plaatsmaken voor de jongeren, natuurlijk wel geschikte jon
geren. Niet zo eenvoudig, want de vaak nog actieve ouderen met
hun ervaring zijn zeker waardevol.
De financiële positie van onze club baart momenteel veel zorg.
Ik heb al eerder wat gezegd over de abnormaal hoge transfer
bedragen alsmede de aanzienlijke salarispost, mede door de eer
der met instemming van iedereen afgesloten langjarige
contracten met verschillende spelers. Dat werd toen algemeen
als een juiste zaak bevonden, gaf alle partijen een bepaalde
zekerheid en rust; NU in twijfel trekken of destijds wel juist
gehandeld werd ja, achteraf praten is altijd erg gemakkelijk.
Daar is onze nationale voetbalpers ook zo sterk in. De nieuws
media schrijven en spreken té negatief over voetbal en helpen op
deze wijze mede het publiek van de wedstrijden weg te houden.
Wél moet ik zeggen dat de altijd weer tegenstrijdige belangen,
welke in het voetbal zo'n grote rol spelen, ook oorzaak zijn van
de terugloop in de publieke belangstelling. Soms heb ik het
gevoel dat de (prof-) spelers vergeten dat de grootte van het
aantal toeschouwers een doorslaggevende factor is bij het voort
bestaan van het betaalde voetbal. Een wedstrijd winnen met
afschuwelijk voetbal betekent financieel geen probleem voor de
spelers, maar wél een brok ergernis voor het publiek, dat bij her
haling daarvan wegblijft.
Spelers, trainer e.a. zullen het publiek toch naar de zin moeten
maken door aantrekkelijk- resp. goed voetbal, anders ben ik bang
dat we hier gaan afzakken naar een situatie, zoals die in Frank
rijk heeft bestaan: geen rol van enige betekenis op internationaal
niveau door gebrek aan kwaliteitsvoetbal. Daarom moet dat
die kwaliteit omhoog en daar moet je in de jeugdafdelin
gen mee beginnen. Talent opsporen, ontwikkelen, nogmaals:
koesteren! Alleen dan zijn we op de goede weg!"
Tijn Middendorp
13