HAARUITVAL? KALEND? KAAL?
STAR TOP HAARWERKSTUDIO'S
Sigarenmagaz an Harry Sacksioni
VOORVERKOOP: Ajax- en Olympisch Stadion
Inleverings-adresAjaxpool
Rijnstraat 63, Telefoon 448587
strijd. En wat ging Ajax er daar onderdoor. Toch zal ik je ver
tellen, als Mühren die kopbal maakt en Geels niet in de weg
loopt bij die inzet van Meyer, sta je op 20 en ja, dan krijg je
natuurlijk een totaal andere wedstrijd. Tja, zes goals tegen. Ik
kon het op het laatst niet meer zien. Ben zelfs eerder weg
gegaan. Dat kwam ook door die snertplaats. Ik zat achter het
doel waar Ajax de eerste helft naar-toe speelde. Rij 4. Normaal
gezeten keek je precies op de bovenlat van het doel, dan zag
je alleen maar lichamen en benen. Hoofden moest je er dan
maar bijdenken! Nou ja oorzaken voor de nederlaag Er
zijn er natuurlijk wel een paar. Maar je moet altijd voorzichtig
zijn in het oordelen over mensen. Je zou kunnen zeggen dat
onze defensie duidelijk tekort kwam. Wanneer een onderdeel
van een elftal niet helemaal voldoet werkt dat natuurlijk door op
de totale ploeg. PSV speelde bijzonder goed, hè! Vooral ook
zonder de bal. Zoals Ajax dat in het verleden zo goed kon. Eén
man de bal terwijl zijn medespelers konstant bewegen. Op deze
wijze wisten de onzen niet meer welke man nu afgestopt
moest worden. Met vier, vijf man werd de aanval ingezet. Het
spel zonder de bal vind ik het mooiste van het voetbal. Daaruit
blijkt hoe intelligent een elftal kan voetballen. Maar ja, het was
allemaal bij elkaar geen pretje om als Ajacied daar te zitten.
Jammer van dat eerste kwartiertje (stilte)
Knie
Ja, hoe ben ik bij Ajax verzeild geraakt. Als jongetje voetbalde
ik graag, met mijn vader ging ik regelmatig naar Ajax kijken en
de hartewens kwam daarin voetballen. Bep Aarsen, die nu ook
60 jaar lid is, heeft er het zijne toe bijgedragen dat ik op
1 augustus 1915 als 13-jarige door Dade werd aangenomen. In
die tijd had je helemaal nog geen jeugdelftallen of iets derge
lijks. Ik kwam in Ajax 4 terecht. Dat was natuurlijk niks voor
mij, maar gelukkig begon het jaar daarop een soort jeugd-
competitie. Naast Ajax deden Blauw-Wit en Hortus mee. Wat
mij uit die tijd nog bij staat is, dat voor al de te spelen wed
strijden slechts één scheidsrechter beschikbaar was. Dat was
ene Van Dam uit Weesp. Zo'n man floot de hele dag achter
elkaar. Veelal stond ik op de rechtshalf- of spil-plaats. Ik geloof
wel dat ik aardig kon voetballen. Met m'n 17e jaar speelde ik in
Ajax 2. Een jaar later sloeg het noodlot toe: ik kreeg een
voetbalknietje, ofwel meniscus. De behandeling daarvan ging
in die tijd natuurlijk niet zo als nu. Opereren was er niet
direct bij. Door intensieve uitwendige behandelingen met ge
brekkige middelen moest het beteren. Op aandringen van
Jack Reynolds zou ik naar Engeland gaan om mij daar te laten
opereren. Dat ging evenwel niet door. Na nog meer behande
lingen, o.a. door Professor Snapper, een oud-cheidsrechter, kon
ik het na een half jaar weer proberen. Mijn eerste wedstrijd
werd toen Ajax 2Feyenoord 2 op het VVA-terrein. Na tien
minuten was het bekeken. Ik ging weer door m'n knie. Kort
daarna ben ik geopereerd door dr. Tetzner, maar van voetballen
kwam niets meer. Door die paar jaren bij Ajax voelde ik mij
Met een STAR TOP herstellen wij
uw uiterlijk!
(Oude pasfoto's meenemen)
14
toch wel aardig met de club verbonden. Ik wilde daarom wat
voor ze doen. En dat ,,wat doen" mondde uit in 18 jaar be-
bestuurslid en daarnaast bij elkaar nog zo'n jaar of tien in
allerlei commissies. Nou moet je me niet vragen welke dat alle
maal geweest zijn. Dat weet ik niet meer. Moet je maar aan Wim
Bruijnesteijn vragen. (Inderdaad, tien jaar 2e penningmeester,
acht jaar 2e secretaris, verder o.a. elftalcomm. enz. WB) Naast
dat werk voor Ajax had ik een drukke zaak, maar ik moet zeggen
dat, mede door toedoen en hulp van mijn vrouw, ik er toch altijd
aardig in geslaagd ben het één met het ander te combineren.
Ach ja, het werk voor Ajax was niet naar, ik deed het zo goed
mogelijk, zonder mij nu op de borst te slaan dat ik het zo bij
zonder goed deed. De club vond het blijkbaar wel. In 1950 werd
ik benoemd tot Erelid. Dat waardeerde ik erg, ja. Nadat ik voor
een bestuursfunctie had bedankt, heb ik nog een tijd administra
tief werk gedaan. Ook daar kwam weer een eind aan.
Je zult begrijpen dat ik zo in de loop der jaren wel het een en
ander met Ajax heb meegemaakt. Vele leuke, onvergetelijke
voorvallen, maar er zijn zeker ook wel de nodige teleurstellingen
geweest. Niets is echter voor mij ooit aanleiding geweest de
club de rug toe te keren. Je was al zo veel jaren met Ajax
meegegroeid, je wist ook eigenlijk zo veel interne zaken, dat je
moreel een overstap naar een andere club moeilijk kon vol
brengen. Althans, zou ik daar moeite mee hebben gehad!
De overgang naar het profvoetbal heeft natuurlijk wel het een
en ander veranderd. Ajax is momenteel een miljoenen bedrijf,
een puur zakelijk voetbalaangelegenheid waar alles draait om
h,et geld!. Ik kan mij voorstellen dat de ouderen in de club het
daar nog wel eens tegenaan kijken. Het gemis aan gezelligheid,
het kleiner worden van een goede kern, de grote problemen
waar de club soms voor staat enz. enz. Maar het is niet anders.
Het amateurvoetbal bij Ajax heeft het niet gemakkelijk. Toch is
een goeie amateurafdeling erg belangrijk. Daar moet nl. je
kader uit voortkomen. Wanneer een amateurspeler bij ons qua
voetbaltalent niet helemaal mee kan komen, maar de verwach
ting is gerechtvaardigd dat die speler op den duur wel eens een
goeie zou kunnen worden in een bestuursfunctie, moeten we
hem niet afvoeren. Laat hem maar een tijd spelen in Ajax 5 of
desnoods Ajax 6. Maar kader hebben we nodig. Ajax heeft daar
altijd in uitgeblonken. Goede bestuurders is een levensbelang
voor de vereniging. Ik kan mij niet aan de indruk onttrekken dat
we momenteel allesbehalve ruim in ons kader zitten. Dat blijkt
o.m. al uit het feit hoeveel moeite het kost om, wanneer het zo
ver is, een goeie voorzitter te vinden. Want zo is het wel. Ze
liggen niet „voor-het-oprapen". Vooral niet iemand die het werk
moet gaan doen op een manier zoals de functie momenteel
wordt uitgeoefend. Ik wil voorop stellen dat ik grote bewonde
ring heb voor alle bestuursleden die Ajax de laatste jaren hebben
geleid. Dat het nu wat minder gaat, ach, neem nu maar van mij
aan dat, wanneer je eenmaal de top behaald hebt, je er ook
weer een keer vanaf tuimelt. Daar ontkom je niet aan. Maar
wijs mij eens een club aan met een dergelijke staat van dienst
als Ajax. En laten al die leedvermakers nu niet denken dat Ajax
niet de kracht kan opbrengen om terug te komen. Ik ben er
helemaal van overtuigd dat Ajax door de jaren heen een, de
toonaangevende club zal blijven. De 75-jarige historie heeft
dat wat het verleden aangaat, bewezen. Ajax zal altijd een voor
beeld blijven hoe het voetbal gespeeld moet worden. Ajax heeft
altijd net iets meer gehad en gedaan dan anderen. Natuurlijk
zijn er tijden van terugval, maar ze komen er weer bovenop. Er
zijn clubs die afzakken en nooit meer terugkeren. Ajax doet dat
wél en zal dat blijven doen.
Organisatie
In de toekomst voorzie ik toch een wijziging in organisaties
binnen de verschillende clubs. Bij Ajax wordt al geruime tijd
gesproken over een scheiding tussen de prof- en amateur af
deling. Ik vind dat een erg moeilijke zaak. Bovendien rijst bij
mij de vraag: Wat gaat er met de „poet" gebeuren? Waar blijven
de centen?
Persoonlijk vind ik dat de amateurafdeling dat geld toekomt en
dat de profs het stadion bijvoorbeeld huren kunnen van de
Plantage
Middenlaan 66
de Clercqstraat 104
Amsterdam
Telefoon
229002