nog eclatanter zijn dan die in „The Golden Age" van 1929-1939. Eredivisie 1965-66 1 30 24 4 2 52 79- 25 1966-67 1 34 26 4 4 56 122- 34 1967-68 1 34 27 4 3 58 96- 19 1968-69 2 34 25 4 5 54 90- 34 1969-70 1 34 27 6 1 60 100- 23 1970-71 2 34 24 5 5 53 90- 20 1971-72 1 34 30 3 1 63 104- 20 1972-73 1 34 30 0 4 60 102- 18 1973-74 3 34 21 9 4 51 88- 30 Aldus ZESMAAL landskampioen; VIER MAAL hiervan namen we deel aan de FI NALE om EUROPA CUP I, waarvan DRIEMAAL met het bekende succes (1971, 1972, 1973). Daarbij is 1972 wel als een bijzonder top-jaar aan te merken; niet alleen speelden we, zoals eerder gezegd in Rotter dam zo'n grandioze eindstrijd, als zelden in de Europa Cup finales is gezien, doch bo vendien werd de WERELD CUP binnenge sleept èn de KNVB-beker. De laatste trofee wonnen we overigens (let wel: hier nog steeds binnen het kader van die „Tweede Gouden Eeuw") ook in 1967 en 1970 als „doublé", alsmede in 1971. Verder veroverden we in 1973 de zgn. SUPER CUP, een door het dagblad De Telegraaf beschikbaar gestelde beker, te verspelen - jaarlijks - tussen de winnaar van EUROPA CUP I en die van EUROPA CUP II. De eerste keer dat hierom werd gestreden tussen Ajax en de Glasgow Rangers - ging de, met recht „zeer gewichtige" Cup naar de Ajax-bestuurskamer en blééf daar verder, omdat het jaar daarop Ajax weliswaar tegen de AC MILAN in Italië met 1-0 verloor, doch er in het Olympisch Stadion geen twij fel over liet bestaan, wie van de twee het sterkste was, zulks gezien haar indrukwek kende 6 0 overwinning. Terecht dachten we hier te mogen spreken van ongeëvenaarde successen, prestaties van wereldformaat, die, zo bleek vaak uit brieven en andere correspondentie ons ook overal op de aardbol, ja, tot ver in de „binnenlanden" soms, grote vermaardheid gaven. Naar aanleiding van ons clubblad dd. decem ber jl„ dat een extra „tintje" kreeg in ver band met „40 jaar Ajax-Stadion", was het ons Ere-lid GERARD DE JONGH die spontaan opmerkte: „Wat heeft onze club toch een bijzonder rijke historie." Dat is zo. Over Ajax, de fraaie resultaten die zij boekte, haar organisatie welke club had bv. zóveel „eigen kweek" resp. jong talent in haar wereldformatie Ja, over Ajax vertellen dit is wat; een summier overzicht als waaraan we hier bezig zijn, daar hadden we er misschien wel vijf van kunnen produceren, zóveel „stof" is er. Die EUROPA CUP FINALE 1973 Belgrado. AJAX en JUVENTUS betreden met de vlag het stadion Het enige en beslissende doelpunt van Johnny Rep 44

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1975 | | pagina 66