kum, een geweldig feest in Artis, dat in die
dagen daarvoor de geijkte gelegenheid was,
kortom we leefden in een ongekend grote
tijd.
Het seizoen daarna bleef dat zo het werd
zelfs nog glorierijker. Van de 22 wedstrijden
in de westelijke eerste klasse wonnen we er
19, speelden slechts drie keer gelijk. Elf
punten voorsprong op no. 2: Blauw-Wit.
Wie waren onze tegenstanders in de compe
titie om de landstitel? Go Ahead, AFC, Be
Quick en NAC.
Van de acht wedstrijden draaiden er drie op
een puntenverdeling uit, de andere vijf wer
den gewonnen, zodat we dit seizoen het
unieke feit beleefden dat onze ploeg ONGE
SLAGEN de hoogste eer voor zich opeiste.
Maar de boog kan niet altijd gespannen blij
ven. Er breekt een periode aan met wisselen
de successen doch zonder hoogtepunten.
Wel vallen er afdelingskampioenschappen te
vermelden in 1920-'21 en 1926-'27, doch
we bereikten niet de ,,top".
1956
Het elftal dat de laatste hindernis naar de
Eredivisie zo kranig overwon.
V.l.n.r. staand: Van Mourik, Van Dijk,
voorzitter Marius Koolhaas, Anderiessen
Pieters Graafland, Byker en Geelhuizen;
knielend: v. d. Kuyl, Rinus Michels,
Den Edel, Bakker en Van Dekken
SEIZOEN 1951-1952
Het elftal van Ajax 1 waarvan de goede
verwachtingen niet teleurgesteld werden; het
zeventiende afdelingskampioenschap werd
behaald.
V.l.n.r. staand: (res.), J. Potharst, A. Visser,
H. Elzer, C. Bouwens, H. Boskamp
en reserve-doelman E. Pieters Graafland;
zittend: G. Drager, G. van Dijk,
Westers, A. v. d. Wel en K. Bakker
Onze eerste semi-profs en als zodanig ook
de EERSTE
KAMPIOEN VAN NEDERLAND (1956-1957)
V.l.n.r. staand: Pieters Graafland,
Van Mourik, Visser, Anderiessen, Geelhuyzen,
Bakker en trainer Humenberger;
knielend: Ouderland, v. d. Kuyl, Den Edel,
Van Diik en Schmidt
De eerste Gouden Plak" die we in het
Betaalde Voetbal veroverden
26