alsmede het landskampioenschap van onze Junioren A1 aan halen. Jong-Ajax kwalificeerde zich dus gemakkelijk voor de Hoofd klasse. Geen ereplaats in de amateursectie. Wel stonden alle elftallen aan het einde van het seizoen redelijk geklasseerd. De trips naar Spanje en West-Duitsland van ons eerste amateur-elftal met reserves zijn zeer succesvol verlopen. Ik dacht, dat er dit jaar weer één of meer buitenlandse reizen op het programma komen te staan. Mag ik vanaf deze plaats de leden van de Jeugd- en Amateur commissie en de begeleiders van al onze elftallen voor hun inten sieve arbeid hartelijk danken. Zij allen hebben bijzonder waarde vol werk voor Ajax verricht. Een Pim van Dord, een Henk van Santen, zij zijn reeds door gestoten naar de top, een jonge speler als Rob Kok begint zich aan te dienen en er zullen er meer volgen. Met bestuur zal in overleg met de heer Kraay en betreffende trainers en commissies ernaar streven, dat het jong talent bij zondere aandacht krijgt en bewaakt zal worden. Want bij onze Junioren Al wordt al regelmatig de aanwezigheid van de spionnen van andere clubs geconstateerd. De jongens worden verleidelijke voorstellen gedaan, die achteraf bijna nooit waar gemaakt kunnen worden. Bovendien bleek vaak, dat een speler, die niet naar ons wilde luisteren, elders nooit de hoogte haalde, die hij voor zichzelf had gepland. Behalve het reeds gemelde succes van de Junioren Al waren er ook nog de Junioren A2, C1, C3 en C4, die als eerste in hun afdeling eindigden. Ja, en wat de Pupillen aangaat, die blijven onverminderd hoge cijfers produceren. Niet onvermeld wil ik laten dat onze pupillen in mei voor de derde maal in successie het door ons georgani seerde Pupillentoernooi wonnen. Als ik thans in één samenvatting mag noemen: de Administratie onder leiding van de heer Dalmulder, de amateur- en jeugd trainers, de overige commissies, kortom allen, die altijd zo enorm voor Ajax in de weer zijn; ik ben bang, dat ik iemand vergeet als ik namen ga noemen, ledereen hartelijk, zeer hartelijk dank voor hetgeen er in het afgelopen jaar voor Ajax, ons Ajax, werd gedaan. Het doet het bestuur een ontzettend groot genoegen, dat nu eindelijk na jaren van praten, jaren van veel geharrewar, de vergunning is verleend voor de bouw van een clubhuis voor de Jeugd op het complex Voorland. Over de arcade had ik het al, toen ik de aldaar komende perskamer aankondigde. Ook onze Administratie krijgt daar kantoorruimte en er komt een recreatie ruimte voor de spelers van de A-selectie. Door de verhuizing van de kantoorlokalen naar de arcade ont staat de gelegenheid tot uitbreiding van de ruimte, bestemd voor de medische afdeling en de EHBO. Ook wil ik hier de bijzonder goede en vooral nuttige samenwer king met de Ledenraad vermelden, mede doordat er de laatste tijd meer vergaderingen worden gehouden dan in het verleden. Niet dat dit vroeger niet het geval was, doch er is een weder zijds streven naar meer openheid gekomen. Dan bijna tot besluit de groep die ik zeker in mijn dank woord niet mag vergeten, de echtgenotes, zonder wier mede werking het werk voor Ajax nooit zou kunnen worden verricht. Dames en heren het nieuwe jaar 1975 wat zal het ons gaan brengen persoonlijk zakelijk en sportief. Wat dit laatste betreft is daar als bijzonderheid ons 75-jarig bestaan, alsmede de viering 700 jaar Amsterdam. Aangaande dit Amsterdam 7 eeuwen feest heeft u waarschijnlijk al iets gehoord of gelezen over een internationaal voetbaltoernooi, te houden op 8 en 10 augustus a.s. in het Olympisch Stadion. Dat juist Ajax niet tot de deelnemers behoort zal velen van u hebben verbaasd. Gaarne wil ik over deze zaak wat uitweiden. Ik vind het een nare zaak De eerste onderhandelingen tussen de promotor van het toernooi, de heer Van Zanten, en onze heer Kraay leidde financieel gezien niet tot een overeenstemming. Er bleef voor de heer Van Zanten een niet te overbruggen verschil. Op 11 december jl. zou het Ajax-bestuur een verdere bespreking hebben met de heer Roffel, directeur van het Olympisch Stadion en lid van de commissie die de zaken rond het toernooi behar tigt. Dat onderhoud hoefde echter niet door te gaan, omdat bleek dat de heer Van Zanten de zaak intussen al had afge sloten zonder deelname van Ajax. Een belangrijk punt is boven dien of de gemeente Amsterdam wél of niet participeert in het toernooi. Naar onze mening is dat niet het geval, want gelet op de goede contacten met wethouder Verheij en de heer Bal van Sportzaken zou er bij participatie van de gemeente zeker een direct contact zijn geweest tussen de heren Verheij en Bal ener zijds en het bestuur van Ajax anderzijds. In ieder geval is het zó, dat wij alsnog een schrijven aan het gemeentebestuur van Amsterdam hebben doen toekomen om inlichtingen. (De heer Van Praag leest nu onderstaande brief voor. - Red.) 21 december 1974 Onderwerp: Internationaal Voetbal toernooi te Amsterdam op 8 en 10 augustus 1975. Aan het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Amsterdam Stadhuis Amsterdam Edelachtbare Heren, Met referte aan de persoonlijke gesprekken, die enige van onze bestuursleden hebben gehad met de heren A.A. Verheij en M.Bal, respectievelijk Wethouder voor de Sport en Hoofd van de Af deling Sport en Recreatie, betreffende bovengenoemd toernooi, is het deze bestuursleden voortdurend gebleken, dat het ge meentebestuur geen enkele participatie had in de voorbereiding van dit toernooi. De onderhandelingen met de initiatiefnemer van dit toernooi, de heer J. van Zanten, zijn derhalve gevoerd vanuit dit gezichts punt. Het bestuur van de A.F.C. ,,Ajax" zou nu graag op zeer korte termijn worden geïnformeerd, bij voorkeur uiterlijk vóór 3 januari 1975, wat het ingenomen standpunt van het gemeentebestuur in deze tot op heden is geweest en eventueel in de toekomst zal zijn. Indien het aanvankelijk door u ingenomen standpunt inmiddels werd gewijzigd, dan zou het bestuur tevens gaarne vernemen op welke datum het besluit tot wijziging werd genomen. Het bestuur is zich er terdege van bewust, dat indien de ge meente Amsterdam in het kader van het 700-jarig bestaan een internationaal voetbaltoernooi organiseert, een club als Ajax zeer zeker tot de deelnemers moet behoren. Gezien onze informaties betrof het echter slechts een persoon lijk initiatief van de heer J. van Zanten, vandaar dat bij de onder handelingen door ons een ander standpunt werd ingenomen. Uw antwoord met belangstelling tegemoet ziende, verblijven wij, Hoogachtend, A.F.C. ,,Ajax" J. H. Westrik, secretaris (Tot op heden (3 januari - Red.) werd nog geen antwoord ont vangen doch dit is waarschijnlijk toe te schrijven aan de afge lopen feestdagen, alsmede uitstedigheid van enkelen.) Voor de chef-sport van Het Parool was een en ander aanleiding om een artkel te schrijven, dat als kop meekreeg: „Gemiste kans voor Ajax". Eerst stelt de schrijver: „Het is als buiten staander nogal hachelijk een oordeel te vellen over wat redelijk was als vergoeding en wat niet Even verder mengt hij zich toch in het Ajax-beleid met de op- 6

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1975 | | pagina 6