B. KREUGER "DE SPORT' lijk weet je nooit of je het helemaal goed doet. Omdat het toch een hobby van je blijft, lukt het meestal wel voor zo'n 85%. De rest kom je tekort omdat het liefhebberij-element aanwezig is. Bovendien fungeer je ook zo'n beetje als een man waartegen de trainer een keer kan aanpraten. Want ook dié man wil wel eens overleggen met iemand. Onder Hanny Grijzenhout en Bobby Haarms is er veel gepraat over spelers, spelwijze, enz. Ook nü, met Jan van Daal, is er een goed contact. Je krijgt ook met de spelers individueel te maken. Praat veel met hen. Ze komen met hun problemen over thuis, over school, hun meisje enz. enz. Je begrijpt dan beter waarom iemand uit vorm is, hoe het komt dat hij tijdens de training die bepaalde oefening niet correct uit voert. Achtergronden weten is belangrijk en neemt een groot deel van mijn begeleiding in beslag. Maar dat praten met elkaar lukt alleen maar, wanneer het wederzijds vertrouwen bestaat. Dat moet gekweekt worden. Je hebt te maken met, zeg maar, 16 spelers en dus met 16 karakters, 16 instellingen enz. Ik ben het met je eens, dat die sociale en maatschappelijke begeleiding eigenlijk nog belangrijker geworden is dan de wedstrijd zelf. Alles openbaart zich tijdens die wedstrijd. Mensen zonder con ditie, zonder karakter, zonder de juiste instelling vallen door de mand. Maar dat gaat dan wel ten koste van die wedstrijd. Daar om is het belangrijk om te weten, wat er onder de spelers leeft én, dat de spelers ook met hun vragen komen wanneer die er zijn.Zeker speelt hierbij de invloed van de ouders op de jongen. En vooral ook de invloed van buiten, van vreemden die totaal niets van de jongen weten. Tussenstation Je begrijpt dat het de bedoeling is om uit het C-elftal spelers rijp te maken voor het eerste elftal. Het is een soort tussen station: vanuit de jeugd op weg naar het eerste elftal. Althans voor die jongens waarvan je redelijkerwijze mag verwachten dat zij de capaciteiten hebben om zo hoog te komen. Dat je ver wachtingen lang niet altijd uitkomen is bekend. Het opleiden en begeleiden van voetballers is geen eenvoudige zaak. Gemiddeld kun je zeggen dat wij per seizoen één speler definitief naar de A-selectie kunnen doorvoeren. Dat lijkt weinig, maar is vrij veel. Om namelijk aan de eisen te kunnen voldoen: A-speler te worden bij een club als Ajax, dan moet je van goede huize zijn en alleen goed-met-een-bal-om-kunnen-gaan is niet voldoende. Daar komt véél meer bij kijken, waarbij vooral de juiste instelling en het juiste karakter vaak van doorslaggevende aard zijn. Voorbeelden te-over, die bewijzen dat spelers, die goed konden voetballen, het toch bij Ajax niet wisten te maken, omdat de juiste professionele instelling ontbrak. En met profes sionele instelling bedoel ik eenvoudig gezegd: je als een prof voetballer gedragen. Dat houdt dan niet alleen in, regelmatig trainen, maar ook op tijd naar bed gaan, weinig roken en drin ken, de voetbaluitrusting goed verzorgen, je niet individueel op stellen, kritiek kunnen verdragen, leren verliezen enz. enz. In het veld moet iemand zich ook laten gelden. Initiatief tonen, niet risicoloze ballen afgeven, maar laten zien dat je er bent. Aan kleine dingen kun je al zien of iemand ,,het" heeft of niet. Wij bekijken alles: hoe iemand z'n tas inpakt, wat voor noppen hij onder zijn schoenen doet, hoe hij zijn schoenen aantrekt en ga zo maar door. Natuurlijk komen je verwachtingen niet altijd uit. Teleurstellingen zijn er ook. Nog téveel gaat jong-talent verloren, omdat de speler niet de juiste mentaliteit bezit, of zijn hoofd dol laat maken door buitenstaanders, terwijl hij beter naar ons had kunnen luisteren, omdat wij hem beter kennen dan welke buitenstaander ook. Ik vind dat erg jammer, niet alleen voor Ajax, maar voor de speler zelf ook. Alle jongens die Ajax ver laten, komen veelal wel goed terecht, maar het is toch een stap terug. Spelers als Kist, Kleton, Zand, Visser, Medik, Koning, ze zijn allemaal goed terecht gekomen, maar het niveau is toch lager. Een veel voorkomende fout is ook, dat men zich gaat gedragen als volledig doorgewinterde fullprof, terwijl in feite er nog zo enorm veel geleerd moet worden. Dat openbaart zich ook tijdens de wedstrijd. Dergelijke spelers maken veel onnodige overtredingen (shirtje trekken, nutteloze tackles), omdat men gewoon nog niet weet wanneer een dergelijke overtreding wel het nodige effect heeft. Er zijn genoeg andere voorbeelden, waar uit blijkt dat verschillende spelers wél goed kunnen voetballen, maar vaak daarnaast iets missen, waardoor de definitieve door braak nooit zal komen. Er volgt dan een transfer naar een club, waar die speler wél een vaste keus wordt in het eerste elftal Bij Ajax liggen de eisen nu eenmaal hoger. De meesten accep teren min of meer wel het feit dat men bij Ajax toch nooit hele maal ,,aan de bak" zal komen. Slechts één keer heb ik mee gemaakt dat een jongen werkelijk aan mijn schouder uithuilde Voor velen is het haast altijd wel een teleurstelling, maar naa buiten laat men het niet zo blijken. Bij trainer en mij ligt onze grootste voldoening op het moment, waarop wij tegen Kraay, Haarms of het bestuur kunnen zeggen: deze speler kunt u wat ons betreft in de A-selectie opnemen. En wanneer dan ook nog blijkt dat die jongen zich daar handhaaft, is het succes compleet. Waarschijnlijk is de penningmeester minstens zo verheugd als wij, want uit eigen kweek talent naar voren brengen bespaart de clubkas enige tonnen aan uitgaven voor een nieuwe speler. Ja, ik geloof dat momenteel zeker één speler aan het einde van dit seizoen of misschien nog wel eerder in aanmerking komt om bij de A-selectie te komen. Maar nogmaals, je weet het nooit zeker. De hardheid tijdens een wedstrijd met name tegen Ajax is ver schrikkelijk. Zelfs in oefenwedstrijden gebeuren er verschrikke lijke dingen, waardoor blessures aanzienlijk zijn. De instelling van veel trainers bij wedstrijden tegen Ajax is angstwekkend. Je vangt zo hier en daar wel eens wat op, maar wat aan de spelers vóór de wedstrijd wordt gezegd, is meer dan schandalig. Wedstrijd Men noemt dat dan resultaatvoetbal, maar in feite heeft dat niets met voetbal te maken. Het is gewoon proberen, Ajax met allerlei middelen te laten afgaan. Helaas wil men dat soms graag zien. Dat is bijzonder jammer, want er gaat niets boven een aantrekkelijke wedstrijd met veel goals. Natuurlijk, Michels heeft wel eens gezegd, dat een wedstrijd gelijk staat met oorlog, maar er zijn grenzen. Misschien ben ik nu een beetje tegenstrijdig, maar ik vind wel, dat een profvoetballer bereid moet zijn een blessure op te durven lopen wanneer dat in het belang is van het elftal. Wanneer ik 's morgens in mijn auto stap naar mijn werk loop ik ook de kans iets te overkomen. Profvoetballers hebben bij hun werk ook de nodige risico's op letsel. Spelers die bewust hun been wegtrekken uit angst voor een blessure, hebben niet de juiste mentaliteit. Hard spel mag, maar gemeen spel is uit den boze. En gemeen kan het af en toe zijn. Geluk kig onthoud je vaak de leuke wedstrijden en voor Ajax is het resultaat vaak positief. Hoewel niet altijd. Ik herinner mij een uitwedstrijd tegen Feyenoord, waarbij we het spel de eerste helft volledig maakten. De tegenstander werd volkomen weg- Sigarenmaga VOORVERKOOP: Ajax- en Olympisch Stadion A. L. van Loon - J. P. Heijestraat 97 - tel. 16 7105 WONINGINRICHTING 2e Oosterparkstraat 127, Amsterdam Telefoon 940836 BEDDEN MEUBELEN TAPIJTEN 18

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1974 | | pagina 18