B. V. v/h P. BINDT ZONEN van je denkt: hoe is dat in hemelsnaam mogelijk? Veel doelpun ten zijn echt onhoudbaar, al lijkt dat soms voor het publiek niet. Die goal van Feyenoord was er zo een. Een meter of zeven voor mijn doel raakte de bal de grond precies op een klein polletje. Dat was net genoeg om mij op het verkeerde been te zetten en je bent machteloos. Natuurlijk heb je weieens mazzel maar pech ook. Het één heft het ander op. Dat er op mij kritiek is, weet ik maar ik vind dat niet helemaal terecht. Men verplaatst zich m.i. te weinig in mijn situatie. Regelmatig heb ik weinig werk, daar had ik het al eerder over. Wanneer ik na enige tijd dan toch een bal te verwerken krijg en het is niet naar de zin van het publiek, wordt er gefloten. Maar dan begrijpt men gewoon niet dat die ene bal net zo lastig voor de keeper was dan voor zijn collega die veel werk kreeg te doen en schoten op het doel ook wel eens minder goed verwerkte. Bij deze laatste valt dat echter minder op. Die keeper met weinig werk is daarom heus niet beter of slechter dan die met veel werk. Bij strafschoppen doe ik eigenlijk niets bijzonders. Ik probeer wel zo veel mogelijk materiaal te verzamelen over spelers van andere clubs die regelmatig penalties nemen. Vaak schiet men ze in de zelfde hoek. Dat gaat niet helemaal op, maar ik heb er inderdaad ook wel eens profijt van gehad. Soms probeer ik ook wel eens iemand te dwingen een strafschop in een bepaalde hoek te schieten, hoewel dat steeds minder lukt omdat de tegen woordig technisch begaafde spelers daar niet intrappen. Gerrie Muhren bijvoorbeeld zal dat zeker niet doen. Je kunt iemand lokken door, wanneer je de bal in de linkerhoek wilt hebben, iets meer rechts in je doel te gaan staan. Het wil wel eens dat de tegenstander die gapende linkerhoek ziet en prompt de bal in die hoek mikt. Is het schot zuiver langs de paal, dan ben ik kansloos. Is het schot maar iets minder zuiver, wordt de kans groter de bal te stoppen. Een goed genomen strafschop is echt onhoudbaar. Niemand neemt de strafschoppen zo goed als bij ons Gerrie Muhren. Ik zou niet weten in welke hoek hij schiet. Pers Alle profvoetballers werken in de dienstverlenende sector. Eigen lijk zijn wij een stelletje ongesubsidieerde artiesten die ieder weekeinde duizenden mensen de nodige passieve recreatie bie den. Voor ons valt het voetballen te vergelijken met het ver zamelen van postzegels of oude munten. In het begin is het een hobby, die dan ineens bij sommigen geld waard wordt. Post zegels en munten krijgen na verloop van tijd een min of meer hogere waarde en de voetballer kan zich via allerlei opoffe ringen onder bepaalde voorwaarden opwerken tot profvoetballer waardoor, eens zijn hobby, deze nu ook geld oplevert. Wat er precies voor komt kijken om profvoetballer te worden en ook te blijven, weten maar weinigen. Men gaat op zondagmiddag naar wedstrijden of bekijkt die op de televisie. En als je nu maar veel wedstrijden ziet, denkt men, krijg je vanzelf wel verstand van voetballen. Nou, vergeet het maar Men moet wel dege lijk bereid zijn zich te verdiepen in de achtergronden van de spelers, zich te verplaatsen in hun positie. Velen kunnen of wil len dat niet. Ik merk vaak aan de vragen, die sommige journa listen stellen. Je vraagt je dan af of men enig verstand van het voetbal heeft. Vaak is dat niet het geval en ik hou daar ook rekening mee. Er zijn maar zeer weinig goeie voetbaljournalisten. De pers is een groot probleem. Ik begrijp niet hoe men bijvoor beeld de ene week kan schrijven dat een bepaald elftal grandioos heeft gespeeld en rijp is om kampioen te worden om de week daarop te publiceren dat datzelfde elftal nog veel moet leren en het dit seizoen wel erg moeilijk zal krijgen. Het door iedereen HORECA- LEVERANTIES Slagroom Koffieroom Telefoon 24 31 16 enz. 20 bejubeld worden is ook zo betrekkelijk; die zelfde mensen laten je binnen de kortst mogelijke tijd weer vallen als een baksteen. De pers is hetzelfde. Overheersend negatief. Men begrijpt vaak niets van ons vak. Uitzonderingen daar gelaten. Maar het zijn gewoonlijk ondeskundigen die het publiek moeten informeren en voorlichten. Sportjournalisten zijn ook vaak (te) jonge mensen. Niet helemaal onbegrijpelijk, want na enige jaren heeft menige journalist het wel bekeken en gaat een andere richting uit. Ik mag gerust zeggen dat ik mij met Ajax verwant voel. In die afgelopen zes jaren heb ik daarin zoveel meegemaakt dat ik niet zomaar even van club zou veranderen. Belangrijk zijn natuur lijk de goede verdiensten. Uiteindelijk is het mijn werk. Maar daarnaast is Ajax organisatorisch een voorbeeld voor velen. Ook dat is belangrijk. De club is in die zes jaren m.i. weinig veranderd. Kijk, het gaat allemaal in fases. Natuurlijk, het aan zien in Europa en in de wereld is vreselijk toegenomen maar daar is ook jaren aan gewerkt. Voor ons spelers is het ook belangrijk dat het met de club goed gaat. En wanneer we dan zien dat Ajax een lichtinstallatie aanschaft, de medische appara tuur op een hoog peil brengt, kortom: alles steeds beter wordt verzorgd dan zijn dat natuurlijk voor ons ook prettige omstandig heden. In de Michels-periode heb ik zitting gehad in de spelersraad. Deze driemansformatie werd vier maanden na de komst van Kovacs opgeheven om welke redenen dan ook. Persoonlijk vond ik dat jammer omdat je dan toch een stuk contact mist tussen bestuur en spelers. Onder Michels was dat contact er zonder spelersraad ook wel, maar Kovacs was nu eenmaal een ander type trainer. De spelersraad is nu weer terug en ik ben daar alleen maar blij om. Natuurlijk heeft het vertrek van Cruyff enige uitwerking gehad op ons spel. Ik vind dat logisch. Geen elftal op deze aardbol zal in staat zijn het vertrek van een dergelijke speler ongemerkt te kunnen opvangen. Wij hebben het, dacht ik, wat dat betreft nog niet eens zo slecht gedaan en persoonlijk heb ik het gevoel dat wij over het dieptepunt heen zijn. De gedachte dat Jan Mulder goed vooruit gaat om de opengevallen plaats in te nemen heeft een positieve uitwerking op het elftal. Daarnaast nadert decem ber, de maand waarin Ajax, dacht ik, toch wel wat zal gaan kopen om de selectie breder te maken. Ik ben er stellig van overtuigd dat wij binnen korte tijd zeker weer volwaardig terug komen. De Pers (alweer) heeft er echter weinig toe bijgedragen, ons, laat ik zeggen, te steunen in een toch wel moeilijke periode. Ajax was ineens niets meer, zonder Johan stelden we niets voor enz. enz. Net alsof één speler het succes van een elftal be paalt. Er moet even een periode overbrugd worden. Als het kan, op korte termijn. Mijn optreden als veldspeler, enige jaren geleden, was inderdaad geen succes. Dat gebeurde tegen Go Ahead Eagles, na het ver overen van onze eerste Europa Cup in Londen. Ik had toen een weddenschap met Michels. We hadden nl. enige dagen eerder tegen Feyenoord gespeeld. In die wedstrijd 13 verlies) liep ik nogal veel de goal uit om gevaarlijke situaties te voorkomen. Michels vond mij in die wedstrijd meer een veldspeler dan een doelverdediger en hij adviseerde om zulks in de finale in Lon den maar niet te doen. Maar, zei hij, als je in Londen de ,,0" weet te houden, mag je de rest van de competitie zoveel voet ballen als veldspeler als je zelf wilt. Nou ja, die weddenschap ging ik aan. In Londen werd met 20 gewonnen dus ja, ik moest er aan geloven. Eerst dacht ik nog: zal ik het nu wel doen? Maar de spelers aarzelden niet om mij middenvoor te zetten. Echt waar, het is mij erg tegengevallen en het is ook de eerste en de laatste keer geweest. Het verdelen van je krachten is erg belangrijk. Toch vind ik het voor een keeper belangrijk om ook eens als veldspeler te voetballen. Op trainingen doe ik dat vaak. Je gewoon even verplaatsen in een andere situatie." Aan het gesprek moet helaas een eind komen; de volgende mor gen moet Heinz om 7 uur op Schiphol zijn. Er wordt dan afge reisd naar Manchester voor een wedstrijd ter ere van Dennis

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1973 | | pagina 20