henk hordijk: 80 jaar.... Wie een bezoek wil brengen aan één van de GROTEN uit het Ajax-verleden kan terecht in het Flevohuis, het fraai gebouwde centrum voor bejaarden, gelegen ter hoogte van de Schelling- wouderbrug in Amsterdam-Oost. Het spreekt van zelf dat ,,de ster uit het verleden" nu niet meer één van de jongsten is in de Ajax-familie. Maar wanneer iemand oog in oog met hem over voetbal en Ajax zit te praten dan is het hem zeker niet aan te zien dat hij binnenkort 80 jaar wordt. Zijn waarschuwing aan mijn adres bij het maken van een afspraak Ja, ja, ik vind het best dat je komt maar ik ben geen prater") blijkt 100 procent mee te vallen. Henk Hordijk blijkt wel degelijk een verteller te zijn en zeker als het over voetballen gaat: zijn lust en zijn leven. Op 21 augustus jl. ontmoette ik hem rond de klok van twee uur in zijn kamer op de tiende etage van het Flevohuis. ,,Ja, ik zie het al, je komt voor het Ajax Nieuws. Je lijkt op je vader. Ja, die ken ik erg goed Maar eh ben je alleen? Ik dacht dat er ook nog een fotograaf zou meekomen om een plaatje van me te maken. O, komt die apart. Ja hoor, dat is best. Ik ben toch veel thuis en zeker 's avonds. Dan ga ik niet meer weg, kan ik niet meer opbrengen. Naar Ajax ga ik alleen op zondagmiddag. Nu zitten ze steeds te zeuren over het spelen van wedstrijden op zaterdag- of vrijdagavond. Ik hoop maar dat dat niet doorgaat. Zou ik nooit meer naar Ajax kunnen. Maar daar hebben we het straks nog wel over. Zeg, wil je misschien aan tafel zitten, dat schrijft wellicht beter. Als de zon te warm wordt mag het raam gerust open. De wind staat er toch niet op Ja, wat een mooi uitzicht hè. Je kijkt over heel Amster dam. Nee, Ajax zie ik hier niet. Wel aan de andere kant. Daar kijk je over heel het IJsselmeer. Ja, dat is schitterend. Het is trouwens helemaal een prachtig gebouw. Werkelijk van alle ge makken voorzien. Maar ja, je hebt er altijd mensen bij wie het nooit goed is, die nu nog klagen. B.v. over het eten; nou, het is prima. De meesten echter hebben het hier heerlijk naar hun zin. Herinneringen Nee, ik heb niet altijd in Ajax gespeeld. Ik ben nl. geboren in Utrecht, op 19 september 1893. Jaren heb ik in DOS gevoet bald. Ja, dat heet nu: FC Utrecht. Met zestien jaar voetbalde ik al in het eerste. Maar op een gegeven moment verhuisden mijn ouders naar Amsterdam. Nu was ik door dat voetballen al een beetje bekend in Amsterdam en toen ze hoorden dat ik daar kwam te wonen, vroeg men mij of ik zin had om in een Amsterdamse club te spelen. Nou ja, natuurlijk. Dat reizen tus sen Utrecht en Amterdam was ook niet alles. Reisvergoedingen waren er toen niet bij, dus eigenlijk kwam het mij wel goed uit. Nu is mijn aard dat, wat ik doe, ook goed wil doen. Ik heb ook altijd ,,goed" willen voetballen. Ajax was toen ook al een ge weldige club, maar Blauw-Wit ook. In die tijd rommelde het daar echter een beetje. Er waren verschillende ruzies, Jan de Natris ging weg, de beide Lucassen, bijgenaamd ,,de kippies", vertrok ken ook en toen voelde ik niet meer zoveel voor Blauw-Wit. Dus werd het Ajax. Dat was in augustus 1914. Gelijk in het eerste elftal. En er nooit meer uitgeweest. Welgeteld zestien jaar heb ik daarin constant gespeeld. Ja, inderdaad, dat is zeer lang een record geweest. Nu heeft Sjakie het, met 17 jaar. Nou ja, ik vind het niet erg hoor. Gun het Sjakie van harte. In het verleden heb ik mij wel eens afgevraagd of mijn record ooit zou worden gebroken. Goed, Sjakie heeft het nu (stilte). Mijn plaats in ,,het eerste" was bijna altijd rechtshalf. Ja, ja, een fijne plaats, zeer zeker. En heel veel meegemaakt. Vele kam pioenschappen, zelfs één keer ongeslagen kampioen van Neder land geworden. Het jaar weet ik niet meer. (1919. Red.) Dat was me wat! Vorig jaar in 1972 lukte het Ajax bijna wéér. Ja, in Deventer werd toen verloren. Vond ik wel jammer. Vaak dacht ik: potverdikkeme, als ze nu toch eens ongeslagen kampioen zouden worden. Maar helaas, het lukte niet. Trouwens, in dat jaar dat wij ongeslagen kampioen werden, moesten wij onze laatste wedstrijd ook in Deventer spelen. Kampioen waren we al, dus er kon eigenlijk niets meer gebeuren. Maar ja, van Ajax winnen is altijd een grote eer geweest en Go Ahead wilde dat toen ook wel, terwijl wij graag ongeslagen kampioen wilden worden. Mooi dat wij met 21 achter kwamen te staan Gelukkig maakten we nog 22, dus was het ons gelukt. Ja, ja wat een tijd! Veel reizen gemaakt met Ajax. Altijd enorm goed Vele leuke herinneringen. Wat mij zo ineens te binnen schiet is een wedstrijd, één van mijn eerste bij Ajax, dat Frans Schoe vaart rechtsback stond. Frans speelde een geweldige partij voetbal. Ik moest helaas veel ballen laten gaan waar ik moeilijk of helemaal niet bij kon. Frans was dus ontzettend veel aan de bal en kon daardoor een enorme wedstrijd spelen. Dat stonden de kranten ook de volgende dag vol van. 19

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1973 | | pagina 19