einde van een zomerslaapje
deze functie heb ik het razend druk. Toevallig werd ik vanmor
gen opgebeld door Ajax, dat er vanavond vergadering is over
al die transfers. Maar, ik had imet jou al afgesproken, dus ga ik
niet. Mijn medebestuursleden Co Bouwens en Jan de Boer zijn
meer dan capabel genoeg om over diverse zaken een beslissing
te nemen. Wat zij zeggen sta ik volledig achter. Ik heb trouwens
vanmorgen nog even mét ze gesproken. We zijn het volledig
eens. Met die transfers is het anders wat. De meest bange
vraag voor mij is: waar gaat het naar toe? Waar ligt het einde?
Niemand weet het. leder jaar wordt er in Nederland een nieuw
record geslagen wat betreft een transferbedrag. Maar ja, wat
moet je?
In het buitenland is het niet anders. Je moet wel mee. Anders
ga je volledig de mist in. Volgens mij moet je 'het zo bekijken:
Ajax koopt Dick van Dijk maar met deze speler koopt Ajax als
het ware een stuk recette van FC Twente. Want hoeveel duizend
mensen komen niet naar FC Twente kijken, alleen om Dick van
Dijk te zien spelen? Gelijk Ajax en Cruijff. Precies hetzelfde.
Maar toch zijn die bedragen angstwekkend hoog. En nogmaals,
hét beklemmende is, dat niemand weet waar het naar toe gaat.
Persoonlijk geloof ik erg in een Europese competitie. Zolang
die er niet is, houden we in Nederland de Ajax-Feijenoord-
hegemonie en komt er incidenteel (zoals dit jaar FC Twente)
ééntje bij. Maar het volgend seizoen zal 'het de mensen uit En
schede niet meevallen, eenzelfde rol te gaan spelen. Persoonlijk
geloof ik meer in PSV. Die club kan zich wat permiteren met al
die gloeilampen achter zich.
Scheidsrechters
Het is bijna onmogelijk vroeger en nu te vergelijken. Er is zo
vreselijk veel veranderd in alles. Het hele leven van een voet
baller is gewijzigd. Vroeger gingen we nooit in retraite. Het geld
speelde toen niet zo'n vreselijk grote rol, als dat het nu doet.
Neem nu die Europa Cup-wedstrijden. Dat zijn enorme evene
menten. Maar niemand van het publiek beseft werkelijk wat er
allemaal bij komt kijken om zo'n finaleplaats te bereiken. Dat is
ongelooflijk. Ik ben mee geweest naar Spartak Trnava. Toen ik
thuis kwam was ik bék af. Mens, wat was ik moe. Een „uitje"
was het bepaald niet. Achter de schermen speelt zich zó veel
af, dat is enorm. Alleen al over het dragen van de shirtjes wor
den tussen beide verenigingen complete vergaderingen belegd.
En dat Ajax, ondanks de vele, vele hindernissen, toch zover is
gekomen, mag een wonder heten.
Maar nü. Ajax heeft niets. Dat is natuurlijk jammer maar vol
komen logisch. Drie jaar lang hebben we volledig aan de top
gestaan. Eens komt er een tijd dat je er vanaf tuimelt. Een
eerste vereiste is nu weer kampioen te worden.
Organisatorisch Zit Ajax bijzonder goed in elkaar. En niet alleen
nu, maar vroeger ook. Dat is ook altijd onze kracht geweest: een
bestuur, dat van wanten (voetballen) weet.
Wat ook hoognodig moét worden herzien is de financiële bij
drage aan de scheidsrechter en het straffen van een speler. Om
even bij dat eerste te blijven, moet ik zeggen dat wij bepaald
geen slecht scheidsrechterskorps hebben. Dorpmans is een
goeie, Boogaerts ook en tja, Van Ravens, hij kan het wel, maar
is, naar mijn mening, te autoritair. Hij weet van zichzélf dat hij
goed kan fluiten en dat laat hij dan blijken ook. Zoiets moet je
nooit doen. Overigens is de plaats van een scheidsrechter in het
huidige betaalde voetbal zeer belangrijk. Hij kan een wedstrijd
maken en tegelijk een club voor duizenden guldens de das om
doen. Daarom zou ik het billijk vinden dat een scheidsrechter
een behoorlijke vergoeding of beloning of wat dan ook zou
kunnen ontvangen voor iedere wedstrijd. Een goede „referee"
zou dan naar verhouding meer moeten ontvangen dan een wat
mindere, dit naar beoordeling van een deskundig gezelschap.
Ja, en dan die strafcommissie. Zelf heb ik zitting in de straf-
commissie afd. Amsterdam van de KNVB. Dus iets heb ik er wel
mee te maken. Neem nu dat geval Keizer. Hij had nooit mogen
worden veroordeeld op de manier zoals het nu gebeurd is. Want
zó straf je hem niet voor het Nederlands elftal, maar de club
wordt de dupe. En dat mag natuurlijk nooit en te nimmer.
Wanneer een speler tijdens een wedstrijd voor het Nederlands
elftal van het veld wordt gestuurd, moet de desbetreffende
speler door de KNVB voor het Nederlands elftal worden ge
schorst en niet voor de club. Ik vind het volkomen begrijpelijk
dat vele spelers nogal lakoniek tegenover het Nederlands elftal
staan. Men ziet het meer als een schnabbeltje. Het is leuk
meegenomen. Begrijp je? Het Wilhelmus doet de jongens niet
zo gek veel meer. Past trouwens volkomen in deze tijd, dus zo
gek is het niet.
Wat Ajax voor mij betekent? Vreselijk veel. Dit valt niet in woor
den uit te drukken. Ik heb zoveel plezier met Ajax beleefd, dat
ik de club daarvoor erg dankbaar ben. Ik kan mij niet voorstel
len dat er geen Ajax zou bestaan. Het is een stuk van mijn
leven. Ik ben er volkomen mee vergroeid. De vele vrienden, die
ik in Ajax heb, zou ik voor geen geld willen missen. Bij iedere
thuiswedstrijd van Ajax, ben ik samen met mijn vrouw present.
Iédere wedstrijd is voor mij weer een belevenis.
Dit jaar word ik 70 jaar. Eens komt er een tijd, dat ik mijn
functie zal moeten neerleggen. Maar dan zullen er ongetwijfeld
weer andere Ajacieden zijn, die mijn werk zeker zo goed of nog
beter zullen gaan verrichten. Daar ben ik van overtuigd."
Een citaat uit het jubileumboek „Ajax 1900-1950", geschreven
door W. F. Volkers: „Alleen zou ik onze jeugd nog willen toe
roepen: realiseer voor jezelf wat er gepresteerd moet zijn door
je voorgangers om dit feest (gouden jubileum. Red.) onder
deze omstandigheden te kunnen vieren, maar bedenk daar voor
al bij, dat je straks geroepen kunt worden om het werk van je
leiders te moeten overnemen."
M. MIDDENDORP Jr.
Dat leren ding, dat gaat weer rollen;
't Nieuwe seizoen dat vangt weer aan,
En elke club Wil hét weer beter,
Dan ze in 't verleden heeft gedaan.
Bij Ajax willen we ook weer anders;
We zijn zo vreselijk verwend,
Dat men ons zonder Cup of titel,
Nauwelijks nog goed herkend.
Een seizoen van heerlijke spanning,
Staat dus weer dav'rend voor de deur;
Ons zondags onmisbare uitje,
Beleven we weer in geur en kleur.
't Wordt altijd wel weer even wennen,
Er kwamen nieuwe krachten bij;
Wij hopen dat zij allen spoedig,
Zich thuis gevoelen in d' Ajax-rij.
En als de tekenen niet bedriegen,
('t Ajax-beleid was weer oké),
Dan kunnen wij bij het einde zeggen,
Ons Ajax sprak weer danig mee.
't Kampioenschap moét weer komen,
Gevolgd door de Europa-strijd;
Geloof me, beste Ajacieden,
We gaan weer naar een gouden tijd.
G. J. WIERTZ
17