het dozijn vol voor de twaalfde maal landskampioen We zijn erschreven we ongeveer een jaar geleden. We zijn er wéérkunnen we nu zeggen. L'histoire se répète. Een juichtoon opnieuw door al wat Ajax is. Voor de derde maal in onze geschiedenis kwamen we tot ,,the double", waarmede dan bedoeld is, dat we twee jaren achter elkaar de hoogste titel behaalden. De eerste keer gebeurde dat door de toenmalige „Gouden Ploeg", in de competitie 1917/18 en 1918/19; daarna bij het begin van de zgn. „Gouden Eeuw" (de jaren 1929-1939) toen de eerste twee van de vijf nationale titels welke in die 10 jaren veroverd werden, in de competitie 1930-'31 en 1931 -'32 lagen. En nu dan 1965-'66 en 1966-'67. U zult een dergelijke prestatie (nog) niet in de historie van het Nederlandse voetbal tegenkomen. Niet dat we ons daarbij een soort „alleenvertoningsrecht" zouden willen toe-eigenen. Geens zins. Voor meerdere prominente clubs, als b.v. Feijenoord, Spar ta, PSV, ADO e.a. houden wij een dergelijk succes eveneens mogelijk. We zijn er echter wèl trots op, zulk een wapenfeit reeds in onze banieren te kunnen meedragen. Komen we dan tot de gebruikelijke nabeschouwing, mogelijk hebt u thans de neiging om te zeggen: „Weet je niets beters, ik herinner me alles nog als gebeurde het gisteren." Inderdaad is er dit seizoen, mede door de Europa-Cup wedstrij den, veel aandacht aan ons eerste elftal gegeven. Mede óók nog, omdat we van-meet-af-aan in de kop van de „meute" zaten. Zo- velen in Nederland volgden onze prestaties. Het beste kunnen we dat merken, nu bij het behalen van het kampioenschap uit alle delen van het land felicitaties in velerlei vorm worden ge zonden, van officiële instanties tot de meest eenvoudige lieden, waarbij bij deze laatsten juist zo sterk blijkt, hoe men met Ajax heeft meegeleefd. Maar waren we dan vaak in „Nieuws poort" en op de beeldbuis, het nageslacht wil toch later ook nog eens van deze glorietijd kunnen lezen en genieten. Laten we dan om te beginnen eens langs de „tops" glij den Dat was als eerste AjaxDWS op zaterdagavond 3 september 1966. Onder de ogen van zo'n 45.000 toeschouwers een schit terende Amsterdamse derby. Onweerstaanbaar en toch be slist niet in topvorm schoten Keizer, Cruyff, Muller, Nuninga en Groot hun stadgenoten naar een 50 nederlaag. De tweede „tik", die veertien dagen later uitgedeeld werd, trof Sparta aan de Middenweg. De Rotterdammers, beslist een goede partij spelend, konden echter tegen dit Ajax niet op. Er waren doelpunten bij van een dergelijke schoonheid en kwaliteit, dat het de Spartanen de handen op elkaar deed brengen. Sjaak, Klaas en Johan, waarvan de eersten tweemaal, zorgden voor wederom een 50 zege. En dat was dan tevens de „generale" voor de eerste te spelen Cupwedstrijd tegen Besiktas, die we de woensdag daarop met 20 zouden winnen. Tussen Amsterdam en Istanboel snoepten in Sittard zaterdags avonds de Sittardianen ons een puntje af een kleine teleur stelling wel doch de zege daarna op de Turken (21) welke ons in de tweede ronde bracht, gaf tevens de kracht de vol gende competitiewedstrijd tegen PSV, toch altijd een tegen stander om met respect tegemoet te treden, met 31 te win nen. Go Ahead uit (altijd lastig) werd zeer sensationeel. Na een ruststand van 11 (doelpunt van Cruyff en strafschop tégen) 2 lees verder pagina 4

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1967 | | pagina 22