redactionele notities Cliché: Het Vrije Volk goud In het proefnummer van het Clubnieuws nr. 2 dd. 17 december 1916 staat te lezen, dat scribent dezes de poort van het lidmaat schap van het ook toen reeds populaire Ajax passeerde. Dat ging dan via een ge strenge enquête-commissie, waarvan Ege- man voorzitter was en o.a. onze senior van vandaag, Tjerk de Munnik, lid. We hebben dat tweede proefnummer (het officiële Club nieuws 1e jaargang No 1 verscheen eerst op 1 februari 1917) nog eens doorgenomen. Een enthousiaste pers-verwelkoming viel ons ten deel. Het toonaangevende „Sport blad" van die tijd schreef over het Ajax- Clubblad: „een heel klein zusje is ons ge boren en gretig happen we in de beschuit met muisjes Wijlen onze onvergetelijke Wim Gupffert vormde toen de illustratie-stof en zijn por tret was de eerste afbeelding in het proef nummer. En nu? We schrijven 1966. Een halve eeuw clubge schiedenis ligt achter ons. Mede-redacteur Middendorp mag terecht schrijven, dat tus sen de oprichting van ons lijforgaan en nu een mensenleeftijd ligt. Bij het klimmen der jaren is in de sport zoveel veranderd, dat daarover een boek te schrijven, een lonende opdracht zou zijn. Ook in onze vereniging is het anders dan in de twintiger jaren. De in timiteit van het clubleven is historie, waar tegenover staat, dat de clubgeest in de harten der (vooral) oudere generatie voort leeft. Ajax heeft het grote voordeel gehad onder zijn leden van decennium tot decen nium de krachtige persoonlijkheden te tel len, die nodig zijn om trouw en volhardend te blijven voortwerken aan opbouw van de club. Onze voetbal-wereld zit nog steeds midden in een omschakel-periode, waarbij de eindconstructie nog alle aandacht vraagt. De inleiding tot het volle beroepsvoetbal is nu wel achter de rug, doch uitgeziekt is dit proces allerminst. Grote verenigingen als de onze moeten bij zulk een geweldige omme keer in het bestaanspatroon van de sport zovele tegenstrijdige opvattingen bij wijze van spreken „opvangen", dat daartoe alle zeilen moeten worden aangewend om de goede koers te blijven varen. In de vijftig jaren, dat wij de groei en bloei van Ajax van ons bescheiden hoekje (we schreven bijna clubblad-hoekje!) hebben kunnen volgen, is het respect voor de lei dende figuren immer onaangetast gebleven. Met die dankbaarheid in het hart aanvaar den we gaarne het Gouden insigne van trouw. D. K. 11

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1966 | | pagina 11