geten de Jeugd-Commissie alsmede de staf van het Buffet om
Ajax' jongsten een fijne middag te bezorgen.
Door Voorzitter Jaap van Praag werd deze gelegenheid benut om
aan Sinterklaas te vragen bij zijn terugkeer in het warme Zuiden
eens aan te gaan bij het Bestuur van Benfica teneinde te weten
te komen, wanneer Ajax de „return" kan komen spelen.
De bejaarde Spanjaard antwoordde, zeer zeker aan dit verzoek
gevolg te willen geven en dat hij t.z.t. bij de ontmoeting aanwezig
hoopte te kunnen zijn.
Nadat enkele jeugdige voetballers, waarover de J.C. wel het een
en ander had op te merken bij de Sint op-het-matje waren geweest
vertoonde Zwarte Piet zijn kunst: op-de-handen-lopen. Met peper
noten-strooien werd afscheid genomen Tot het volgend jaar!
Onze oproep om meer medewerking t.a.v. ons clubblad, waarbij
wij zo maar voor-de-vuist-weg enkele lieden hebben „uitgedaagd",
heeft succes gehad.
De drie heren hebben uitermate hun best gedaan, waarbij wij
alleen niet hopen dat het bij één keer zal blijven. Tevens zijn wij
zo vrij een paar anderen te vragen.
Bert Haanstra: met zijn a.s. film „Water" nu wat in winter-rust,
heeft ons toegezegd
De Gebr. Sweering (één van hen of beiden) zouden zij de Ajax-
biljarters (en dat zijn er velen) eens iets willen vertellen over het
edele spel met de ivoren ballen?
Bij voorbaat onze dank.
U zult het ditmaal zonder journalistieke produktie van „Vlokkie"
moeten stellen. Onze mede-redacteur heeft nl. een flinke griep te
pakken, die hem al enige weken heeft uitgeschakeld.
Vanzelfsprekend zij hem vanaf deze plaats een spoedig herstel
toegewenst.
Dat is dan volgens onze notities alles waarmede wij deze laatste
Kroniek van 1965 hadden te vullen.
Als wij dan nog de hoop uitspreken dat u prettige kerstdagen
zult hebben (ze vallen niet zó best dit jaar) en een gezellige oude
jaarsavond is de koek op en groeten wij u tot het volgend
jaar.
T. M.
In „Volk en Vaderland" troffen wij maandag 29 november het
volgende fraais aan:
„Waarom speelt Ajax eigenlijk zo? De ploeg heeft het toch niet
nodig; er is genoeg talent aanwezig". Aldus gisteren iemand op de
tribune bij de wedstrijd ADO-Ajax, daarbij doelend op het soms
grove spel van de Amsterdammers.
Er is toen geantwoord: „Je kunt wel talent hebben, maar daarmee
heb je nog niet de beschaving!" En dat lijkt ons inderdaad voor
Ajax van toepassing. Het is een talentrijke ploeg, maar hoe is het
met de beschaving van de spelers gesteld? Het is niet de eerste
keer, dat daarover wordt gepraat. Een Ko Prins heeft een naam op
dat gebied. Zo zelfs, dat er gisteren honend werd gelachen als
hij zogenaamd geblesseerd was. Muller kan er ook wel tegenaan,
als dat moet en gisteren is gebleken, dat de nieuweling Cruyff,
die zeer talentvol is, ook al een lastige jongen is, zo lastig, dat
de bepaald lankmoedige scheidsrechter Boogaerts hem in zijn
boekje noteerde. Van Keizer merkten we dan gisteren niet veel,
maar in het verleden kennen we hem ook als een lastige jongen
en om te zeggen, dat Pronk zachtmoedig is, nou nee!
Resumerend zouden we dus kunnen zeggen: een talentvolle ploeg
met nare jongens. Vandaar wellicht ook, dat er uit deze ploeg van
die moeilijkheden komen met spelers, die niet meer voor een
Nederlands elftal willen spelen. Bijna zouden we zeggen: „Graag,
meneer Van Praag, laat Nederland liever niet door deze mensen
vertegenwoordigd zijn in het buitenland".
't Is overigens wel zaak, dat er eens wat harder wordt opgetreden
tegen al die praters in het veld, die onprettige praters. Want dat
er wat uitgeslagen wordt door de heren, daarvan zijn we overtuigd.
Geen taal, die een behoorlijk mens in zijn dagelijks leven zou
durven bezigen. Een jongeman Cruyff, die na een scheidsrechter
lijke beslissing duidelijk zichtbaar voor die scheidsrechter op zijn
voorhoofd wijst, mag er van ons meteen uit worden gezonden, hoe
talentvol dit jongmens ook mag heten. Hij had dan verder in de
kleedkamer met zichzelf kunnen praten inplaats van steeds maar
weer in het veld tegen jan en alleman. Net zoals Keizer dat
pleegde te doen gisteren om niet van Prins te spreken. Leuk om
een sterk elftal te hebben in het betaalde voetbal, natuurlijk, maar
voor ons dan maar een beetje minder sterk en iets beschaafder..."
Tot zover „Volk en Vaderland". De beschaving druipt er af. Het is
alleen jammer voor de schrijver, dat zijn talent niet zo hoog reikt
dat hij een feitelijk juist verslag kan schrijven. Dat blijkt bij zijn
beschrijving van ons tweede doelpunt, dat hij door Cruyff laat
maken (i.p.v. door Swart), na eerst Van der Lee omspeelt te
hebben (moet zijn Villerius), waarna hij concludeert: „een fraai
doelpunt, waarop niets viel af te dingen en dat betekende de
onverdiende gelijkmaker".
Ra, ra, dachten wij: Maar wel beschaafd!
Ajax-Fortuna 54 - Henk Grootstijlvol
7