JARIG A J AX:
EEN
KIND VAN 65
DOOR
B. M. SCHILPEROORT, VOORZITTER VAN DE AMSTERDAMSE SPORTPERS
Gij allen hebt de verzuchting wel eens vernomen of zelf geslaakt:
,,ik zou alles nog wel eens over willen doen, weer jong willen
zijn en dan weten wat ik nu weet."
Een heerlijke droom. Een kostelijke kluif voor droom-uitleggers.
Men heeft er geen idee van, wat die er allemaal uit kunnen halen.
Een droom? O ja? Een droom, die nooit werkelijkheid kan worden?
Maar wat drommel, die droom is al uitgekomen. Alleen: de mees
ten van u hebben er nog geen erg in gehad.
Gij, leden van Ajax, gaat opgewekt feest vieren. Want de club
bestaat 65 jaren. Dat zegt gij. Maar ik waag het te zeggen, dat
Ajax pas elf jaren oud is.
Ik zie het zo, dat alle clubs, die elf jaren geleden de grote stap
waagden naar het semi-professionalisme, toen opnieuw werden
geboren. Ook Ajax.
Een knaap van elf dus. Weer jong. Heerlijk jong. Maar met de
ervaring van een 65-jarige. Voila. De droom, die gestalte heeft
gekregen.
En nu kijk ik bijna ademloos toe bij hetgeen zo'n broekje met zo'n
rijke achtergrond ervan maakt. En ervan gaat maken.
Gij, leden van de Bordjesclub in het bijzonder, hebt als bakers ge
staan aan de wieg van de nieuw-geborene. Hebt hem door de
kinderziekten heengeholpen. Hebt hem gesteund en tot uw vreug
de ongetwijfeld hebt gij kunnen vaststellen, dat in die jeugd de
traditie van ruim een halve eeuw werd voortgezet. De traditie van
fair-play. De traditie van voetballen op basis van techniek.
Jawel, uw bestuur heeft driftig en voortvarend meegeholpen aan
de nieuwe geboorte. Ik herinner mij, dat na een bondsvergadering
van de K.N.V.B. een fors aantal clubvoorzitters in auto's en taxi's
sprong en zich met grote spoed begaf naar het restaurant van het
Ajaxstadion. Alwaar toen het kind bij wijze van spreken met de
keizersnede werd verlost.
Met velen van die kinderen is het niet goed gegaan. Niettegen
staande zij de wijsheid en de ervaring bezaten van dertig-, veertig-
of vijftigjarigen. Ben van Gelder, de big boss van P.S.V., hanteerde
onlangs als een chirurg het ontleedmes en stelde vast, dat negen
tig procent van de thans elfjarigen mismaakt is.
Nee, hij noemde geen namen. Maar u en ik weten, dat Ajax geluk
kig niet behoort tot die negentig procent. Hetgeen betekent, dat gij
allen tezamen de jonge knaap een prachtige levenskans hebt ge
geven. Eigenlijk op zichzelf al een volmaakt excuus voor een potige
fuif. De knaap leeft en gedijt en profiteert daarbij van zijn oude
kennis.
Maar hoe nu verder? Is de knaap al sterk genoeg om zo aanstonds
de grote sprong te wagen, die onherroepelijk van hem zal worden
geëist? Hij riep A bij geboorte, nu elf jaren geleden. Dadelijk zal
hij ook B moeten (kunnen) roepen. Die eis staat al stevig op ver
zegeld papier. Niet alleen in ons land. Ook in België. Ook in Duits
land. Ook in Engeland. Ook in Frankrijk. In heel West-Europa.
Gij moet het mij maar niet kwalijk nemen. Ik schrijf dit als een
soort van oud-oom. Of oud-neef, als dergelijke familieleden be
staan. Want ik ken Ajax al een dikke veertig jaren. Van toen ik op
mijn beurt als knaap van een jaar of elf, maar zonder oude kennis,
met angst en vrees Ajax zag komen naar Sparta of V.O.C. Maar
mijn (sport-)wereld is aanzienlijk groter geworden dan het wereld
je van de familie Ajax. Vandaar, dat ik voorzie, dat nog voor de
knaap vijftien zal zijn, hem de rekening van de kraamkamer zal
worden gepresenteerd.
Dan zal hij moeten zijn: financieel en potentieel zeer sterk. Ruim
denkend. Vooruitziend. Niet gebonden aan een landsgrens. Vooruit
strevend onder straffe leiding.
Is hij dat al? Zoveel te beter. Is hij dat nog niet? Dan zult opnieuw
gij, meer in het bijzonder leden van de Bordjesclub en kandidaat
leden, er voor moeten zorgen, dat de knaap het zo gauw mogelijk
wordt.
Een cadeau, vraagt u? Ik heb er even aan gedacht. Maar ik kwam
niet verder dan twee ballen. Eén voor de spelers om er dagelijks(l)
mee te oefenen en één voor de leden van het bestuur en de com
missies om er dagelijks(l) naar te kijken.
Maar ach, Ajax heeft al kasten vol ballen immers.
Proficiat. Maak iets van de fuif.
P.S. De gulden, die Piet Koekebakker heeft gewonnen door te
wedden op zijn (Per Ivar) moe, ligt klaar.
Jan Lens, dertig jaar HEER over onze velden
75