OLD TIMERS....!
ALLERLEI
FAMILIEBERICHTEN
Het artikel van de heer Peeters in ons
vorig clubblad, heeft de pen in beroering
gebracht (en wie weet volgen er nog
meervj^ de heer M. B. B. Nijkerk.
Met alle respect voor de „gouden" heer
Peeters, laat deze het niet op zich zitten,
dat hij al in 1907 de verrichtingen van Ajax
volgde
Hier volgt zijn epistel:
„OLD AJAX-FANS NEVER DIE
THEIJ SIMPIY FADE AWAY
Aan deze variatie op het bekende Ameri
kaanse gezegde dacht ik bij het lezen van
het stukje van de heer H. Peeters.
Een halve eeuw, heer Peeters, heeft u uw
hart verpand aan Ajax. Wel, mij onbekende,
maar toch „beste" heer Peeters, ik sla u,
weliswaar niet met stukken, maar toch met
meer dan een lustrum. Want mijn lidmaat
schap van en derhalve ook mijn herin
neringen aan Ajax dateren al van 1907!
Helaas niet ononderbroken, want wegens
verblijf in het buitenland is er een hiaat van
enige jaren. En dit hiaat kostte mij een
plaats tussen de oudjes, hoewel ik gaarne
de ontbrekende contributie had bijbetaald.
Maar jadat scheen niet te kunnen. U
kunt nu in ons Ajax Stadion bijna altijd
een oude heer met puntbaardje op een
gereserveerde plaats zien zitten, enthou
siast opspringend als Ajax een doelpunt
maakt, of wel zijn soms onbekende linker
of rechter buurman diens arm blauw knij
pend bij het missen van een goede kans
of wanneer de „vijand" een doelpunt dreigt
te maken.
De oude tijd! Wie kent nog onze rivalen in
de 2e klasse, R.A.P., V.V.A., Volharding
(A.F.C. heeft het overleefd!) Wie kent nog
mijn oude vriend Stempel die ik meen in
19T1, op weg naar de West omkwam op de
Prins Willem V, die met man en muis ver
ging. (Inderdaad juist. Red.) En onze back
Holst, die ons juniores, eerst drie keer
het veld liet omrennen, (dat was alles op
't gebied van de training toen). En de
(dikke) doelverdediger Schutte, die ik eens
bij een uittrap een goal zag scoren (toen
mocht de doelverdediger n.l. op de hele
eigen speelhelft de bal nog met de hand
aanraken). En kende u, heer Peeters, ook
nog onze snelle vleugelspelers Grootmeyer
(„langpoot" noemden we hem) en Kam-
meyer en onze voortreffelijke linkshalf
Fortgens, die in ons nationale elftal werd
gekozen, toen iets héél bijzonders voor
één in de 2e klasse uitkomende speler!
Heel wat anecdotes en herinneringen kan
ik vertellen van „toen": hoe Ajax in een
wedstrijd met windkracht 9 op Concordia-
Delft het kampioenschap der beide 2e
klasse-afdelingen behaalde, het gevreesde
Concordia, de club van het „kanon" Jan
Thomee. „Ga je mee ga je mee - naar het
veld van Jan Thomee", was ons strijdlied.
En daarna per extra-trein naar 't Zesde in
Breda, waar door een gelijk spel Ajax zich
voor 't eerst een plaatsje onder de 10 go
den (de 1e klassers) veroverde. Kent men
nog ons lied van toen (wijze Young, Her
man von Bellow", ofwel „Hup, daar gaat-ie
de lucht weer in".
In Amsterdam was er
Niet één 1e klasser
Men vond het schande, dat
De grootste der steden
Alleen een paar tweede
Maar géén 1e klasser had.
En Ajax probeerde
En engageerde
Een trainer voor 't hele seizoen
Ze hadden geen klagen
Want ongeslagen
Werd Ajax kampioen!!
En de oer-primitieve loods bij Brokelman,
waar eensmaar nee, misschien, later,
krijg ik nog wel eens een kansje om in ons
Ajax-nieuws wat anecdotes te spuien.
Laat ik het er dus dit keer maar bij la
ten. Ik besluit als oude, trouwe Ajacied te
hopen op een, neen, op nog vele kam
pioenschappen, in een clubsfeer zoals die
vroeger heerste.
En 't lope tegen, 't lope mee,
Hou' moedig zee.
HUP AJAX
Zeer geachte heer Nijkerk.
Ook u hartelijk dank voor uw bijdrage aan
ons clubblad.
Wij hebben de vorige keer reeds de wens
uitgesprokendat het hun nog vele ja
ren gegeven moge zijn
Zo zij het ook voor u!
T. M.
Verloofd:
FRANKLIN MARTENS
en
MARIJKE ZULT
Getrouwd:
H. H. BLOMVLIET
en
G. G. REYMER
Hartelijke gelukwensen.
Wij mogen beslist niet vergeten hier te memoreren, dat tegelijk
met het 30-jarig bestaan van het Ajax-Stadion er nog een herden
king is, n.l. 30 jaar Ajax-Jan Lens.
Jan je ziet, we hebben het niet vergeten, proficiat en we hopen je
met je vrouw nog vele jaren bij ons dierbaar Rood en Wit te ont
moeten.
Van over de grens
Onze donateur, de heer W. Camphuysen, momenteel werkzaam
in Ober-Erlenbach (W.-Duitsland), schrijft ons als volgt:
„Ik ben al meer dan 40 jaar supporter van Ajax; de laatste jaren
donateur. Doordat ik in Duitsland werk en maar weinig in Amster
dam kom, zie ik Ajax niet vaak meer spelen. Maar juist daarom is
mijn belangstelling voor onze club des te groter.
Voor de tweede maal in dit seizoen zag ik onze jongens aan het
werk en wel tegen Telstar. Het viel me niet mee dat Ajax verloor.
Toch, het zat er wel in, de overwinning, bedoel ik. Zeker, er was
geen greintje geluk aan onze kant. Maar waarom ook geen diepte
pass, waarom niet eens gedurfd om harde schoten af te vuren.
Voor de-man-die-durft, heeft Vrouwe Fortuna vaak een glimlach
en soms wel een kus over
Maar verder geen gekheid; wat Ajax vaak op-de-mat legde was
prima, maar het „doordouwen" ontbrak. Daarom mag ik iets aan
radenieder van jullie AjaxspelersWat snellerde
bal het werk laten doendurfméér gebrand zijn op de
overwinning en jullie, d.w.z. ons Ajax eindigt toch nog bij de
bovenste vier.
Dus tot die gelukkige dagen."
LA MAL DE PARIS
In Parijs schijnt het met de Prof-voetballerij goed mis te zijn, al
thans wat de topklasse betreft. Geen club in de bovenste regionen.
Integendeel!
Voetbalsterren uit de provincie, die naar de Lichtstad komen falen,
omdat, naar het schijnt deze lieden het grotestadsleven niet aan
kunnen, na de betrekkelijke rust in hun vroegere woonplaats.
Bovendien, in de provincie ben je als Prof-voetballer „iemand",
terwijl je in Parijs wegzinkt tot doodgewoon mannetje.
„La mal de Paris". Aldus ontlenen wij aan het Alg. Handelsblad.
Werk voor psychologen dus.
Daarom besloot het bestuur van Stade Frangais het funeste
Parijs te verlaten en huurde per 1 nov. woningen in Fontainebleau
voor zijn spelers en hun gezinnen. „En nu maar afwachten of de
dokters van Stade een juiste diagnose hebben gesteld voor deze
kwaal", zo besluit het artikel.
22