VISKLANKEN Café Joop ftiii its zijn, maar het is uitsluitend de enige mo gelijke wegopklimmen stap voor stap. Ze denken er zeven jaar over te doen en hebben dus nog twee jaar. We zullen zien. Het gaat ons echter bij het citeren van het bewuste artikel niet om het meerdere of mindere succes dat de Zwarte Schapen alsnog zullen ten toon spreiden, doch om hetgeen de herder van de schaapjes over prof-voetbal debiteert. Hij zegt (de voor zitter namelijk) dat beter voetbal in Ne derland mogelijk is, wanneer veel beloven de talenten aan het arbeidsproces worden onttrokken om hun capaciteiten in dienst te stellen van een andere werkgever, na melijk de manager van een voetbal bedrijf. En hier zitten we dan midden in de ma terie: prof-voetbal. Met alle respect voor de energie en het enthousiasme, waarin over de kansen van prof-voetbal in Neder land door de clubleider van de betreffen de club wordt gepraat, geloven we dat het prematuur is te veronderstellen, dat we over twee jaren in ons land een volledige prof-voetballerij zullen beleven. Wij zijn het eens met de stelling, dat semi- profvoetbal inderdaad half werk is en zal blijven. Maar daarmede is niets gezegd over de bestaansrechten van een prof- status. In Nederland wel te verstaan. Want het gaat niet om een paar clubs die de prof-lasten in Nederland eventueel wel zouden kunnen dragen, doch het gaat om het ganse bestel, de hele omschakeling van ons organisatieplan, het spreidings- vraagstuk (competities) en over de talloze problemen, die zich opwerpen. Theorie en practijk! Op theoretische wijze redeneren over profvoetbal is al ruimschoots door men sen met kennis van voetbal gedaan. Doch de uitvoering ligt nog besloten in de toe komst. Het is toch zó, dat men met één prof-elftal geen stap voor- of achteruit kan, doch dat een competitie van b.v. minimaal vijftien clubs nodig is om het prof-voetbal uit te voeren. Nederland alléén biedt die mogelijkheid niet, voorlopig niet althans, want daarvoor zijn de benodigde condities niet voorhanden. De voorzitter van de Zwarte Schapen is een optimist en ziet zich over twee jaren klaar staan met een prof-team. Zal Nederland dan „open" zijn voor full prof-werk? Wij geloven van niet. Over de grens misschien in Benelux-ver- band? Wij zetten een vraagteken! BINNENSHUIS... We kunnen niet nalaten (we schrijven van daag 9 november 1964) bij het bekijken van de drie zware wedstrijden in deze no- vembermaand: 15 nov. uit tegen G.V.A.V., 22 nov. thuis tegen P.S.V. en 29 nov. uit tegen Feijenoord een voor ons Ajacie- den ongekend gevoel van twijfel te on derdrukken, of we de depressie van dit seizoen zullen kunnen overwinnen. Het was een klein lichtpuntje dat we al thans een gelijk spel konden bevechten (gisteren tegen D.O.S. in Utrecht) doch de twijfel is daarmede niet weggenomen. Het zoeken naar een ploegopstelling die „zoden aan de dijk zet" is wel urgent ge worden, nu we in mineur zijn gedrukt. On ze collega Middendorp die de Kroniek verzorgt, zal zeker de juiste terminologie vinden om de indrukken weer te geven die thans het Ajax-huis beheersen. Binnens huis zullen we elkaar moeten blijven in prenten, dat onze inzinking tijdelijk is en dat onze elftalcommissie betaald voetbal, zomede onze kundige trainer, wegen zul len vinden die ons in de zóne brengen waar we traditioneel thuis horen. Mogelijk bevat het Clubnieuws, dat onze bovenstaande ontboezeming inhoudt zelfs al berichten, die ons blij kunnen stemmen. Onze ereploeg zij toegewenst: als jullie werkelijk vurig wenst dan vecht er voor! D. K. Heb ik me zowaar dóór een zeker iemand laten overhalen, iets te schrijven over onze traditionele AJAX-visdag op 18 oktober j.l. in Langereis. Onder ons gezegd, waar haalt deze man de lef vandaan om je dit te vragen, wetende, dat je veelal me,t tijdgebrek te kampen hebt! Het laatste is natuurlijk maar betrekkelijk. Er valt altijd wel gele genheid te vinden om wat te schrijven, maar ik huldig gaarne het principe, dat men niet moet schrijven om te schrijven. Men moet eerst schrijven als de noodzaak daartoe aanwezig is en dit is hier niet zo direct het geval. Maar „hij" zal zijn zin krijgen, zoals hij altijd alles weet door te drijven en bereikt wat in zijn organisatorische kop zit. Kan je in je zak steken, vader! Het is alweer zo'n kleine tien jaar, dat ik deze visdag mag mee maken en eerlijk gezegd verheug ik me er altijd weer op. Ik ge loof, dat ik uit naam van alle deelnemers spreek, dat wij een der gelijke dag eens in het jaar niet gaarne zouden missen. Met de Bordjes Club is hetzelfde het geval. Het is zoiets als een Ajax-aanschrijving uit vervlogen jaren, waar je wekelijks altijd op zat te vlassen. Bij mij thuis kwam de aan- Tijdens de wedstrijd kunnen wij elkaar niet altijd treffen Doch wel na afloop bij v/h J. NORD Linnaeusstraat 79, Amsterdam-Oost PRIMA CONSUMPTIES schrijving voor een voetbalwedstrijd gewoonlijk in de spiegel bo ven de schoorsteen terecht en dat was donderdagsavonds het eer ste waar ik naar uitkeek. Ik ben er nog steeds dankbaar voor, dat ik in mijn lange Ajax-periode tot in de „Veteranen" toe, er niet veel heb gemist. Mesjokken met voetballen, het spel spelen om te spelen en ik vind het jammer, dat het tegenwoordig zo anders ligt. Maar ik dwaal af in de vele oude herinneringen met alle „ouwe" jongens. Ik keer terug tot „het schorum", met alle respect dan. Ik bedoelde er mee te zeggen, dat nu, bij de jaren des onder scheids, ik bij de jaarlijkse aanschrijving van de visclub, er ook veel plezier aan beleef en je hier onderling nog iets van de oude Ajax-sfeer proeft zoals vroeger. De deelnemers, allemaal jongens, hetzij leden of donateurs, die onze vereniging een goed hart toedragen, echte Ajax-jongens, die wij vooral onder de huidige omstandigheden en in de toekomst node kunnen missen. Laten wij er zuinig op zijn! Een buitenstaander zou zeggen, wat een „tinnef" als je de troep zo zondagmorgen om een uur of zes per bus ziet vertrekken naar de Noordhollandse dreven. Het bekende visserslatijn in de bus is niet van de lucht en er gaan natuurlijk verschillenden op de „hak". Dat kun je wel aan ze over laten. Namen noemen we niet, maar er was er toch één bij, die maar dan ook zeer zwaar weer verwachtte en met een compleet knalgeel ruimtevaartspak het zekere voor het onzekere nam. Hoe de man zich heeft kunnen bewegen is mij nog een raadsel, maar het was in ieder geval stralend weer, zodat de kanarie smetteloos schoon is gebleven. Na een voorspoedige tocht kwamen wij in Langereis aan, waar eerst in de vroege ochtendstond de nodige moed werd inge dronken. Het viscomité had daarop zeker gerekend, want bij de tweede of derde Poule werden wij aan de waterkant verrast door de uit deling van stukjes kaas en leverworst, zodat de geachte Heren Leden weer in betere vorm kwamen. Waar halen ze dat allemaal vandaan voor zo'n 35 man? 10

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1964 | | pagina 10