MELCHERS OLIFANT JENEVER Dè borrel voor Ajaciedenï Ome Jan en Moeder Lens De spelers noemen hem gewoon Ome Jan. En zijn vrouw Moeder Lens. Dat zeggen Amsterdammers alleen tegen je als je een potje hij ze kunt breken. En dat kunnen Jan Lens en zijn vrouw hij Ajax. Beiden zijn hij Ajax in de loop van de jaren een begrip geworden. En een begrip word je niet van de ene dag op de andere, maar op de duur. Voor Jan Lens en zijn ega wil dat zeggen: vanaf 1934. Toen kwamen zij in dienst van onze club. Nu is Jan Lens gepensionneerd. Maar daar is dan ook alles mee gezegd, want op welk uur van de dag u bij Ajax komt, altijd komt u Jan Lens wel ergens tegen met zijn behoedzame tred en vorsende blik. Want stilzitten is niets voor Jan Lens. De grasmat van ons hoofdveld is altijd zijn grootste troetelkind geweest en h ij alleen wist u te vertellen of ons hoofdveld te bespelen was, of er vorst in de grond zat en hoe diep. Jan Lens en zijn vrouw wonen sinds de bevrijding op het erf van het Ajax-stadion. Dat is dus ook niet van van daag of gisteren. En u kunt bij Ajax geen voetballer noe men of hen kent hem wel. Dat dateert al vanaf de dertiger jaren, toen Piet van Reenen, Piet van Deyck, en noemt u ze maar op, hun triomfen bij Ajax vierden. Moeder Lens heeft ze als jonge-jongen allemaal wel eens geprezen of ze de mantel uitgeveegd als ze lastig waren. Het spreekt vanzelf dat er over dertig jaren trouwe Ajax-dienst heel wat te vertellen valt. De oorlogsjaren b.v. vormen een bewogen periode in het leven van het echtpaar Lens, omdat de Duitse bezetter het toen nodig oordeelde, bezit van onze Ajax-veste te nemen. Dat heeft Jan Lens de Duitsers eigenlijk nooit kunnen vergeven, omdat ze toen in die donkere jaren aan zij n Ajax kwamen. Toen de Duitsers eens bezig waren de doelpalen stuk te zagen, werd Jan Lens boos en zei hen, dat ze met hun handen er af moesten blijven, omdat de doelpalen van Ajax waren, waarop een snedige Duitse onderofficier opmerkte: „Krieg ist Krieg". Jan Lens is zich toen bij een officier gaan beklagen, met het resultaat dat er een einde kwam aan de vernieling van de Ajax-eigendommen. Tegen het einde van de bezetting, toen de Duitsers van brandstof verstoken waren, hebben ze de doelpalen toch maar in stukken ge zaagd, teneinde hun eten er op te koken. De Duitsers hebben Jan Lens op het Ajax-stadion zelfs bij hen in dienst willen nemen. Jan Lens weigerde dit bot weg, want hij was toch immers bij Ajax. De Duitsers zwichtten niet onmiddellijk voor deze logische argumentatie en ontboden hem op hun hoofddepot aan de Cruqiusweg, waar zij hem een invulformulier onder zijn neus duwden met het verzoek te tekenen. Toen Jan Lens opmerkte, dat hij geen Duits kon lezen, zei één van de officieren, dat er naast de Duitse tekst een Hollandse vertaling stond. On danks dit heeft Jan Lens toch niet getekend. Nu is het juni 1964. Circa twintig jaren na de oorlog. Jan Lens en zijn vrouw zitten op de bank voor hun huisje op Vóór elke wedstrijd hier Ajax Chelsea (Jeugd) het Ajax-stadion. Het is stil op dit late avonduur. Er tjilpen een paar vogels hoog in de bomen en vanaf de Middenweg dringen alleen de geluiden van het voorbijgaande verkeer tot ons door. 19341964. Dertig jaar trouwe Ajax-dienst. Ome Jan en Moeder Lens. Voor jullie huisje bengelden altijd de schoon gewassen Ajax-shirts aan de lijn; de roodwitte kleuren die jullie zo dierbaar zijn. De Ajax-familie spreekt de hoop uit, dat het jullie ge geven moge zijn nog vele jaren bij hen te blijven. J. H. H. N.V. DISTILLEERDERIJ VAN J. J. MELCHERS Wz. - SCHIEDAM 1 3

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1964 | | pagina 13