S'
start van het nieuwe seizoen. Onzes inziens een goed idee,
maar aan een idee alleen hebben we niet veel. Een idee
moet uitgevoerd, in ieder geval uitgewerkt worden en om
de koe dan maar meteen bij de horens te vatten roepen we
bij deze clubmakkers op, die iets willen doen voor ons aller
clubnieuws. We kregen al aanbiedingen van buitenstaan
ders, maar daar kunnen we natuurlijk niet aan beginnen.
We moeten real-Ajacieden hebben, leden van onze club,
die een weinig met de pen of schrijfmachine kunnen om
gaan.
Het hoeven geen „Kronkels", Felix Timmermansen, God
fried Bomansen of Hitckokkies te zijn. Uiteindelijk zijn wij
ook maar ongeclassificeerde amateurtjes, die tegen de gro
te-jongens-van-het-drukwerk" U moeten zeggen. En „on
geclassificeerde amateurtjes" lopen er in onze vereniging
genoeg rond. Er lopen in het Ajax-huis genoeg lieden rond,
wier educatie niet op twaalfjarige leeftijd stilstond, die
écht wel het verschil tussen kunnen en kennen op hun vin
gers kunnen uitrekenen. Nou, wat let dan een goed
Ajacied? Precies... hem let niks! Hij heeft in zijn jonge
jaren in onze club veel voetballol beleefd, beleeft het mis
schien nog en zal daarvoor iets terug moeten doen. Dat 's
redelijk en billijk. Op zijn beurt, doet hij met heel weinig
moeite een grote categorie clubmakkers een lol en beleeft
aan zijn pennelikkerij, als het gedrukt staat, ook nog gein.
Voor die drukkerij zorgt de redactie, dat is buiten kijf,
ook al is het artikel niet pasklaar voor het blaadje. Collega
Middendorp corrigeert en trekt kronkels recht, dus met
schrijfangst behoeft men beslist niet in de knoop te zit
ten. Zoals gezegd, is het plan van de heer Knegt te starten
bij de aanvang van het nieuwe seizoen. Mochten er club
makkers zijn, die alvast in training willen gaan: voor het
mei-nummer hebben we plaatsen gereserveerd. Liefheb
bers mogen dringen.
Oer-Ajacied Blössman is cosmopoliet. Een groot deel van
zijn leven bracht hij in de tropen door. Het is hem aan
te zien. Gebruind door de zon en rustig van gang en tred.
Die warme streken schijnen hem niet los te laten. Om de
haverklap ontvangen we van hem een warme groet. Dan
is het Italië, dan is het Spanje en dan is het weer Portugal.
Nu ontvingen we weer een schrijven uit het zonnige zui
den, waaruit wij citeren:
In een sportcafé in Spanje kon ik beluisteren, dat de
voetbalautoriteiten, in verband met de vele blessures, voor
al door prominente spelers opgelopen, er over zouden moe
ten denken maatregelen te nemen, ter voorkoming of ter
beperking daarvan. Eén ervan zou dan kunnen zijn, vol
gens de gesprekpartners, dat bij een botsing tussen twee
spelers, tengevolge waarvan er één wegens een blessure
het veld moet verlaten, de andere speler eveneens moet ver
dwijnen. Dit niet ter beoordeling van de scheidsrechter,
maar als „conditio sine qua non", (als u het niet weet, dit
betekent in goed Nederlands, „onvermijdelijke voorwaar
de"). Dit zou alle spelers voorzichtiger doen zijn. Of een
dergelijke maatregel alleen doeltreffend zou zijn voor al
te vurige Spanjaarden?
In Portugal hoorde ik nog over iets anders praten. Men
roerde n.l. de kwestie aan, dat de scheidsrechters van „ho
ger hand" zou moeten worden opgedragen bij een „hands"
of „free-kick" direct tweemaal te fluiten. Zeer kort ach
ter elkaar. De eerste maal voor de overtreding, de tweede
maal vlak daarna, als signaal dat de vrije schop genomen
mag worden. Dit zou, naar opinie van de polemiekers, de
snelheid van het spel zeer bevorderen. De tegenpartij krijgt
dan geen tijd om zich eerst eens netjes op te stellen en de
dekking te verzorgen. Degenen met een vlugge reactie zijn
dan in het voordeel. Ik heb bij Ajax Ben Muller eens
prachtig van een dergelijke situatie zien profiteren met een
schitterende goal. Misschien was het idee van die babbelen
de Portugezen nog zo slecht niet.
Tot zover vriend Blössman.
Neen, die ideetjes van de Spanjaarden en Portugezen lij
ken ons ook niet gek! Misschien voelt de K.N.V.B. er iets
voor?
In ieder geval, vriend B. onze dank voor je schrijven.
/^ollega redacteur D. Knegt, oprichter van het „Ajax-
Nieuws", zo in den jare 1916, wil zijn troetelkind nieuw
leven inblazen. Uiteraard blazen we mee. We zwaaien
sinds 1939 met de redactionele staf, hebben in al die jaren
nu niet bepaald barstens veel medewerking gehad, uitge
zonderd natuurlijk, de trouwe knapen als b.v. James, Vlok-
kie, Le Marché, wijlen Cor de Vlieger, Middendorp, Bre
mer, Dolf Desmit, Jan Schoevaart e.a. De laatste jaren
hebben we hulp van Helman, Van der Toorren, De Wit,
Dukker en een paar leden van de Jeugd-Commissie. We
zijn en waren er dankbaar voor, maar, wat is dit handje
vol medewerkers als onze gedachten uitgaan naar de paar
duizend leden, die onze club telt. Naar onze bescheiden
mening, bitter weinig. Maar goed, dat is verleden tijd en
„omkijken" heeft in het leven over het algemeen zo weinig
zin. De heer Knegt, wil dus het clubblad omhoog stoten.
Hij kwam met een serie suggesties. Wil vaste medewerkers
voor het Amateurvoetbal, Jeugdvoetbal, andere sporten,
foto-verzorging, advertenties enz. Hij wil beginnen bij de
Kopduel in de bekerstrijd tussen Ajax en A.D.O.
chreven we in het vorig Ajax-Nieuws, dat we het kam
pioenschap afgeschreven hadden, nu hebben we de on-