JAN ELZENGA f
Hij was Ajax' secretaris
al zo'n vierendertig jaar.
Generaties Ajacieden
zagen nooit een ander daar.
Man die alles maar ook alles
weet, en wel van dag tot dag,
van zijn Ajax als geen ander
en daaraan ontleent gezag.
Die wanneer het voor zijn club is
op de klok niet heeft gelet.
En, haast letterlijk in dezen,
bergen, bergen werk verzet.
Even serieus als zwijgzaam
werd zijn bijnaam Jan de Fries.
Jan de Fries werd hem tot lijfspreuk;
Jan de Zwijger zijn devies.
Nochtans, op vergaderingen
komt naar voren, altijd weer
dat de club ver voor 't bestuur gaat.
Voor de club slechts alle eer.
Bitter klinken zijn verwijten
aan 't adres van mensen die
eerst zichzelf en dan de club zien.
Hun schenkt hij geen sympathie.
Actief speler voor het tweede
hij ging net te laat van start
voor de top had ook het honkbal
van 't begin af heel zijn hart.
Ook de Bond kent zijn verdiensten.
Meer dan eens zijn zij vermeld.
En als Jan is zilveren scriba
schenkt hij hem de gouden speld.
Friese Jan ook namens Ajax
dank voor wat je voor ons deed.
't Is beslist geen loze frase
dat men jou niet gauw vergeet.
Wist de club jóu vreugd te schenken,
jij gaf al je vrije tijd.
Jan, jou blijven we gedenken
voor je „honorair" beleid.
B. S. LE MARCHÉ
Een herinnering De GROOT-ÉN in Ajax
10