JUWELIERS
Bouwmeester
Gerrand
Na de langdurige en vrij vervelende winterperiode kunnen wij
de laatste weken gelukkig weer op levendige Ajax-activiteiten
terug blikken.
Wat het „f eest-neuzen" gedeelte betreft, zal er elders in dit
blad wel meer over geschreven worden, en dat mag dan ook wel,
want zelden is de Bordjes Club" zo gezellig bijeen geweest als
dit jaar, en zeer zeker is nu bewezen, dat gezellig feest vieren toch
ook wel beschaafd kan zijn. Ook het jaarfeest mocht er zijn, jam
mer genoeg was het niet overdadig druk, maar de stemming was
prima, het geboden programma eerste klas en voor elck wat wils.
Een speciaal woord van dank en hulde mag ik hier zeker aan
ons nieuwe lid van de Feestcommissie Jaap van Praag niet ont
houden. Zo maar doorgaan Jaap, een beetje meer gezelligheid
kunnen we in een semi-profclub best gebruiken.
Lachen en huilen zouden wij over de verrichtingen van ons
eerste elftal kunnen zeggen. Van Heracles wonnen wij uit, het
was niet machtig, maar eerlijk gezegd op eigen terrein valt er
met die knapen uit Almelo niet te spotten.
Tegen het voorlopige Nederlands Elftal waren onze jongens
groots. Natuurlijk heeft de pers gelijk als ze zegt, de Oranje-
candidaten waren zwak en daarom kon Ajax alles met ze doen.
Maar ever waar (en tegen een selectieploeg logischer) is het, als
wij zeggen, Ajax speelde zo oppermachtig, dat het voor de tegen
standers onmogelijk was om in hun spel te komen.
Feijenoord gooide l.l. zondag echter met veel lawaai onze feest-
glazen van tafel, en plaatste ons weer vierkant in de werkelijk
heid. Wij dachten, dat onze jongens van Vasas en Reims voldoen
de hadden opgestoken hoe het niet moet, en dat ze ook woensdag
avond voldoende begrepen hadden, dat Feijenoord alleen maar
te kloppen is met lang, open spel. In het begin brachten zij dat
systeem goed in de praktijk en hadden we met een beetje geluk
zeker op rozen kunnen zitten. Dit geluk ontbrak er echter aan
Heiligeweg 1 2, Amsterdam-C
Telefoon 36541
en bovendien had Eddy beslist geen interesse om met zijn oude
club mee te werken. Later zijn de kansen gelijk opgegaan, en
viel de beslissing pas in de laatste minuten in het voordeel van
de Rotterdammers, reden waarom hun overwinning zeker niet
onverdiend te noemen is, hoewel de uitslag, gezien de late be
slissing, even goed andersom had kunnen zijn.
Voor het publiek en voor de gehele stemming van de laatste
dagen, was het weer eens een echt spectakel stuk, belangrijk voor
de clubs en nog belangrijker voor de penningmeesters. Het ware
te wensen, dat er spoedig nog een paar verenigingen zich in de
jaarlijks weerkerende prestige slag gingen mengen, en dat de
hoofdschotel van het Nederlandse clubvoetbal niet altijd uit
AjaxFeijenoord moest bestaan.
Het Nederlands Elftal tegen Zwitserland is ook weer gekozen,
en ik geloof niet, dat iemand hierover erg tevreden of uitermate
ontevreden zal zijn. Het is moeilijk voor bondscoach Eleck, en het
zal in Bern wel weer vriezen of dooien zijn, kritiek is echter een
voudig en daarom hoop ik voor Nederland en voor Eleck in het
bijzonder, dat onze jongens een gunstig resultaat mogen behalen.
Wat ik echter niet begrijp, (als ik de pers en mijn informaties
tenminste mag gelovenis het feit, dat twee spelers, waarvan één
volkomen onschuldig, in de laatste minuten uit een elftal gezet
w.orden, terwijl zij zich tot op dat moment nog als gekozen moch
ten beschouwen.
Wat Co Prins betreft, kan ik mij dat begrijpen, door zijn dom
en laakbaar optreden zette hij zichzelf buiten de ploeg, maar
tegenover Petersen lijkt mij dit toch wel zeer onbillijk.
Let wel, ik heb niets tegen de opstelling van Coen Moulijn,
voor mij is hij nog steeds de beste en ik geloof niet dat het ont
plooien van zijn activiteit van hemzelf afhangt, maar wel aan de
manier waarop deze tengere en aalvlugge speler door zijn tegen
standers „behandeld" wordt. Voor Petersen is het ook niet zo
erg, hij gaat sterk vooruit, is nog jong, en zal zijn plaats nog wel
weer eens innemen.
Waar het mij echter wel om gaat, is de manier waarop. Op een
persconferentie hoorden wij, dat Coen niet zou spelen, Petersen
was kanshebber, hij speelde tegen het voorlopig Nederlands Elf
tal uitstekend, en was tegen Feijenoord zijn forse tegenstander
regelmatig te snel af, er was dus niets aan de hand, totdat een
paar minuten voor tijd Co meende eigen rechtertje te moeten
spelen en Peet, ondanks het feit, dat hij bij een fraaie solo, unfair
tegen de vlakte gewerkt werd, hierbij zijn plaats verpeelde.
Het gaat dus blijkbaar om het vormen van een vleugel, maar
hoe is dat mogelijk, als de eerst gewaardeerde en eigenlijke vleu
gel uit MoulijnBouwmeester bestaat? En is Co Prins (met alle
respect voor zijn voetbalcapaciteiten) nu plotseling een dergelijk
groot schakelspeler met zijn buitenman, dat deze buitenspeler
nu plotseling zonder hem niet te handhaven is? Wat beroerd
gaat dit worden voor werkelijke topspelers, die in hun club geen
evenwaardige krachten naast zich hebben. Wat hebben spelers
als Faas Wilkes en Abe Lenstra een geluk gehad, dat dit systeem
vroeger blijkbaar niet bestond. En wat verschrikkelijk voor een
coach die zijn activiteit van weken door één enkele overtreding
plotseling voor een groot deel ziet vernietigen. Ik moet er niet
aan denken, als dat schot van Kruiver per ongeluk tien centimeter
hoger was geweest, of het schot van Petersen, tien centimeter
lager. Misschien hadden we dan een andere voorhoede gehad, of
als de stand daardoor gelijk had gebleven, dan was de Ajax-
achterhoede even sterk geweest, en had men Bennie Muller moei
lijk kunnen passeren. Je moet er maar niet aan denken.
De vraag van onze Bondscoach later aan Coen Moulijn ge
steld „of hij bereid was er tweemaal drie kwartier voor te vech
ten" kan mij jammer genoeg ook niet bevredigen. Verbeeld je,
dat Coen gezegd had, „nee mijnheer Schwartz, ik denk maar een
kwartiertje te spelen." Of heeft hij misschien gedacht, zoiets zal
Coen toch niet zeggen?
Resumerende dus, vind ik de manier waarop, niet om over
naar huis te schrijven, en als Coen woensdagavond gewoon tegen
Ajax mee had gespeeld, was er geen vuiltje aan de lucht geweest.
Wat echter het elftal betreft, ik ben er lang niet zeker van, dat een
sterker team te formeren is, en daarom hoop ik maar van harte,
dat onze Oranjeploeg in Zwitserland een mooi resultaat mag be
vechten. Volgende keer zien we dan wel weer. Het Nederlands elf
tal speelt zo vaak, dat er nog voor verschillende Rotterdammers
en Amsterdammers mogelijkheden in het verschiet liggen.
JAMES
12