Die meneer Thialf wordt zo langzamerhand knap verve
lend. Goed, dat ie ons op wat sneeuwballen en ijs trac-
teert, is tot daar aan toe, maar hij bakt ze nu wel erg wit.
Twee maanden lopen ijsberen en nog steeds geen einde in
't zicht is toch wel bij de wilde Eskimo's af. 't Wordt hoog
tijd, dat er warm water komt. Kunnen we onze Duiven-
drechtse Iglo weer eens zonder opgezette kraag, dikke wan
ten en neuspegel verlaten. Een chagrijn zou er chagrijnig
van worden. Onze penningmeester, echt geen chagrijnig
man, is zijn glimlach al kwijt. Die moet ergens op ons veld,
onder tonnen sneeuw, begraven liggen. We hebben hem
tussen bergen sneeuw zien waden, 't Kan zijn, dat hij naar
zijn verloren glimlach zocht, maar het is ook mogelijk, dat
hij naar dat verwoeste veld van ons, zoals een kranten
bericht luidde, liep te speuren. Dat zal hij voorlopig niet
vinden, want de grassprieten liggen dik ingepakt. Toege
dekt door een dikke laag sneeuw en een stevige ijskorst.
Als zo tegen einde maart alles bloot komt, zal hij beslist
geen omgeploegde akker vinden. Hoogstens een strook, die
het even niet leuk heeft gehad. Er is n.l. aan het begin van
de sneeuwperiode met een machine van de Jaap Edenbaan
geprobeerd schoon schip te maken, maar toen bleek, dat het
paard achter de wagen stond, onmiddellijk afgefloten. Zo,
dat weet u al weer en over een Ajaxveld, dat zwaar in de
purée ligt, behoeft u zich beslist geen zorgen te maken. Ook
niet over voetbal, want zeker tot half maart zal er op onze
velden geen bal rollen. Gelijk een schip in de Poolzee zijn
we ingevroren en een Afrikaans zonnetje zal ons er uit
moeten halen. Betere berichten kunnen we u echt niet ge
ven, dus voorlopig 's zondags maar klaverjassen of met moe
en de kinderen naar musea of het bos in. Drie weken win
tersport hebt u natuurlijk afgeschreven.
't Is een kale boel in onze brievenbus. Geen letter van
onze medewerkers. Alleen voorzitter Jan heeft ons nog iets
beloofd en Le Marché zet uiteraard op de valreep nog wel
even zijn dichtader open. Verder nul komma nul. Gewoon
weg hond in de pot. We zullen het weer alleen moeten
doen en eerlijk, vrienden, daar is voor een clubblad-man
netje niet veel gein aan. Al valt er dan niks te baltrappen,
er valt toch altijd wel wat te schrijven. Neem nu b.v. het
feestavond je voor de ware amateurs. Daar zat stof is. Er
was een prima band, er was een hapje en een propje en
er zat stemming in. Alleen de opkomst! Niet om de feest
neus op te zetten. Verleden jaar viel het verwijt, dat er
voor de amateurs niets gedaan werd. Gij hebt gelijk, heb
ben we toen gezegd. We zullen ons leven beteren. En nu
blijft zestig procent weg. Dat kunnen we niet helemaal
wisselen. Toegegeven, de weg naar ons stadion lag niet met
rozen geplaveid, maar voor jonge kerels...! Of we het
volgend jaar weer iets organiseren lijkt ons voor debateren
vatbaar. Voorlopig hebben we echter de tijd. Een leuk mo
ment van deze avond was de huldiging van de kampioen
reserve. De heer Spanjaard was volgens bestuurslid Kraan
aan zijn 499ste wedstrijd toe. Tot 500 was hij door de stren
ge vorst nog niet gekomen en die ene match (kon ook als
reserve zijn) werd hem maar geschonken. De heer Kraan
vertelde, dat de jubilaris gerust op zondagmorgen uit zijn
bed getrommeld kon worden om ergens in de polder op een
onmenselijk uur als reserve langs de lijn te lopen. Dat
deed hij dan nog welgemoed zonder één klacht. Het moet
zelfs voorgekomen zijn, dat hij een seizoen lang als reserve
heeft gestaan. Een prestatie zonder weerga en vermoedelijk
een wereldrecord. Hulde aan deze Ajacied. Bloemen voor
zijn vrouw en een Ajax-das voor de kampioen waren de
beloning. Er zijn sportlieden, die het er beslist niet voor
doen. Gelukkig niet veel!! Laten we het maar gezellig hou
den en niet met voorbeelden komen aandraven, want dan
en een A.D.O.-er
Spelmoment uit de zaalvoetbal-match Ajax—A.D.O. Smit controleert de paradepas van Muller
2