tofog
TER NAGEDACHTENIS
AAN
JACK REYNOLDS
Bonds-, Keurings- en Clubartsen
komen bijeen
van dichtbij de keeper te verschalken. Met de stand 2O
brak de rust aan. In de 2e helft kwam T. Bijl, die door de
elftalcommissie uit zijn bed gebeld was (sorry Tom), ons
elftal volledig maken. P. van der Meer wist als links-back
nog een mooie goal te fabriceren, 30. Daar Schellingwoude
de eer nog kon redden, wonnen wij deze wedstrijd met
31. Goed gedaan mannen!! Er is goed aangepakt en als
wij zo door gaan, dan kan er een kampioenschap in zitten
JOOP VAN DER TOORREN
SPORTTOTO
the right man in the
right place
Onze herinnering aan good old Reynolds gaat terug
naar 10 juni 1917. De Ajax-familie was toen feestelijk
bijeen in „Oost-Indië" in de Watergraafsmeer om onze
mannen te huldigen voor de ereplaats die ze in het
emotionele jaar 1917 bezetten. We hadden ons on
danks alle tegenwerking en onderschatting van onze
prestaties in die tijd aan de top van het Nederlandse
voetbal gewerkt en het was Jack Reynolds die onze
ploeg leidde en een groot aandeel had in de periode
van succes die zo juist afgesloten was. Aan het einde
van die huldiging kwam er een grote krans voor
Jack Reynolds en een sigarettenkoker met de in
scriptie
the right man in the
right place
en dat was een hulde, die in de volle betekenis van
de woorden, van toepassing was op een man, die in
de loop van tientallen jaren Ajax zou opstuwen naar
een hoogte, die het droombeeld is van elke vereniging.
Ajax werd in Nederland een begrip voor topvoetbal
en met dat begrip is en blijft voor alle tijden de naam
en de persoon van Jack Reynolds innig verbonden.
Het leven gaat snel.
Voor onze jongere generatie, die de voetbal-lessen
van deze grand old man niet hebben meegemaakt,
spreekt de figuur van Jack Reynolds niet zo sterk
als voor ons, oude garde, die weten, dat met hem een
waarlijk goed mens en trouw Ajacied is heengegaan.
Hij blijft voor ons een historische medewerker aan
de naam van Ajax.
Onze oud-spelers we zagen er meerdere op maan
dag 12 november 1962 zullen het sterkst het verlies
hebben gevoeld dat ons allen vervulde op deze droeve
dag geschaard langs de plek waar Reynolds nu
dicht bij zijn Ajax rust. Het was een moment van
diep medeleven met Reynolds' echtgenote en zijn
familie, toen we deze bouwer aan de reputatie van
ons Ajax zagen neerdalen in zijn laatste rustplaats.
Honderden Ajacied en en belangstellenden buiten
onze vereniging brachten een laatste groethier
van deze plaats zeggen wij vaarwel aan een man,
die een sieraad was in onze gelederen. Wij zullen
hem niet vergeten.
D. KNEGT
Niet alleen dat de totale inleg voor de eerste tien totoweken
van het seizoen 1962-1963 ongeveer anderhalf miljoen gulden
hoger ligt dan in de overeenkomstige periode van het vorige
totoseizoen, maar ook het deelnemerspercentage van het aantal
geregistreerden is gestegen en ligt thans tussen de 78 en 80
procent.
Het record van het aantal geregistreerden, dat het vorig toto-
seizoen op 925.000 personen was gekomen, is inmiddels reeds
aanzienlijk verbeterd en als deze regels zijn gedrukt zal het
cijfer waarschijnlijk reeds in de buurt van de 950.000 liggen.
De mogelijkheid om nog vóór 31 december het aantal geregis
treerden op een miljoen te brengen is dus zeker aanwezig. In
tussen heeft de stichting de Nationale Sporttotalisator besloten
een propaganda-affiche uit te geven, dat binnenkort als raam
biljet wordt gebruikt. Deze affiche maakt ook melding van het
doel zo snel mogelijk het miljoen te bereiken en als vraag
staat op het biljet vermeld: Bent u daar ook bij?
Ook een ander record is inmiddels gebroken en voor de eerste
maal is onlangs een omzet van meer dan 900.000 gulden voor
één totoweek bereikt. Dit mag zeker als een succes van de
ijverige totofunctionarissen van alle sportclubs worden ge
boekstaafd. Ook de gemiddelde inleg per persoon per week,
het vorig seizoen op 1.220 vastgesteld, bevindt zich in stijgen
de lijn en is thans op 1.223 gekomen.
Met dankbaarheid mag dus gewag worden gemaakt van het
feit dat de aktiviteiten van een aantal sportbonden en van hun
verenigingen bijzonder goede vruchten hebben afgeworpen,
zeker ook voor de clubs, die immers 20% van de bruto-inleg
als voorinhouding ontvangen.
De in september 1962 op initiatief van de Nederlandse Sport
Federatie ingestelde Raad voor Opleiding en Research is
reeds spoedig begonnen met zijn praktische werkzaamheden.
Nadat de Raad reeds een aantal commissies ad hoc had inge
steld om enkele actuele problemen wetenschappelijk te be
studeren, is thans op 1 december een bijeenkomst belegd te
Utrecht, waar bonds-, keurings-, en clubartsen elkaar zullen
ontmoeten.
Op de conferentie, die onder leiding staat van de voorzitter
van de Raad voor Opleiding en Research, dr. K. Rijsdorp,
zullen twee inleidingen worden gehouden.
D. R. Martini, arts (Rijswijk) houdt een referaat over de
functie van de clubarts, de functie van de Medische Bonds-
commissies, verder over de verhouding van keuringsarts tot
clubarts en of er behoefte bestaat aan een regelmatiger contact
tussen de club artsen.
Mevrouw N. A. O. Wegener Sleeswijk, arts te Den Haag,
spreekt over de behoefte aan een regelmatige voorlichting ten
behoeve van sportartsen en hoe dit te verwezenlijken is. Tevens
zal mevrouw Wegener Sleeswijk ingaan op de vraag of een
speciale opleiding voor sportarts noodzakelijk is en hoe die er
uit zou moeten zien. Zij spreekt over de mogelijke erkenning
als sportarts en of dit de sportgeneeskunde zou bevorderen.
De behoefte aan een dergelijke bijeenkomst spruit voort uit
de door verschillende artsen geuite wens om te komen tot
nauwere contacten. Het ligt in de bedoeling dat na deze in
leidingen twee discussiegroepen worden gevormd. Deze zullen
onder leiding staan van Dr. J. Sikkel (Hilversum) en Dr. P.
v. Dijk (Wassenaar).
18