SJAAK
spelen op Koninginnedag verzwakt, toch wisten Ruud Kok en
de zijnen het toernooi van A.B.C. te winnen.
In zijn poule verloor Ajax met 21 van O.V.V.O., deze club
weer van V.V.G.A. met 10 en de ambtenaren van ons team
met 30. Door betere cijfers plaatste Ajax zich in de eind
ronde.
De andere afdeling toonde hetzelfde beeld. A.B.C., Blauw-Wit
en S.C. Haarlem behaalden elk twee punten uit twee wedstrij
den. Hier was A.B.C. de gelukkige.
De „Final" was met 85 voor Ajax. Dit onverwachte succes
werd verkregen door W. Blom, F. Dukker Jr. (dank zij cricket
leider H. Pil!), H. ter Heide, H. A. Kok, R. Kok, A. Kraan,
J. Neefjes, B. J. Ras, W. Prins, W. F. Weppner en het jeugd
lid G. de Groot.
Op eerste pinksterdag kwam de droeve tijding dat de ere
voorzitter van de Nederlandse Honkbalbond, de heer E. Blee-
sing, was overleden. Het Bondsbestuur besloot daarop onmid
dellijk alle in dat lange weekeinde nog te spelen wedstrijden af
te gelasten. Bleesing en honkbal waren één begrip. Nagenoeg
van de oprichting van de bond af heeft hij aan deze zomersport
zijn beste krachten gegeven. Tot op zeer hoge leeftijd speelde
deze voorvechter voor Quick, waarin hij ook gedurende een
lange periode een bestuursfunctie vervulde. Als dank werd hem
daarvoor het ere voorzitter schap aangeboden. In de bond zelf
hanteerde hij vele jaren de voorzittershamer. Daarenboven had
hij zitting in tal van commissies. Met zijn goede spelregelkennis
had hij ook als scheidsrechter zijn sporen verdiend. Bij het zil
veren jubileum van de N.H.B. werd de heer E. Bleesing het
erelidmaatschap verleend. Toen hij de leiding in andere handen
legde, volgde zijn benoeming tot erepresident. Deze bij jong en
oud zeer geziene figuur deed ook als propagandist voorbeeldig
werk. Hij hield vele lezingen en liet menig artikel het licht zien.
Voorts bood hij degenen die voor honkbal geestdriftig waren
doch bij de aanschaffing van materiaal moeilijkheden onder
vonden, de helpende hand.
Deze honkbalpionier was later ook nog erevoorzitter van
H.H.C.
Het baanbrekende werk van deze sympathieke sportman
heeft vruchten afgeworpen!
Nadat onze hoofdvertegenwoordigers in de Overgangsklasse
B het kampioenschap hadden verworven, werd voor zaterdag
8 september de eerste promotiewedstrijd tegen de andere kam
pioen, A.B.C., op ons veld vastgesteld. Ajax won volkomen ver
diend met 73 en stond dus met één been in de hoogste klasse,
maar „The Reds" namen in de tweede ontmoeting met 21
revanche.
Het „derde rondje", dat 22 september ten aanschouwen van
ongeveer 3000 bezoekers op het Blauw-Witterrein werd ge
geven, werd voor Ajax een ontgoocheling. Al waren de werp-
prestaties van Gijs Duinker veel beter dan die van Marsland en
bedroeg het aantal honkslagen het dubbele van dat der tegen
partij, de „alfabeten" lachten het laatst en konden de poort
van de eerste klasse binnengaan. Beide teams maakten bijna
evenveel fouten, maar die van ons waren min of meer blunders,
waar nog bijkwam dat ze in de vierde en negende innings
achter elkaar werden begaan.
De score was:
A.B.C. 000300001 4
Ajax 000001000 1
A.B.C (Marsland)5 x 3 slag, 1x4 wijd, 6 h.s. tegen, 5
fouten.
Ajax (Duinker)12 x 3 slag, 3x4 wijd, 3 h.s. tegen, 6 fouten.
Sigarenmagazijn
Pontanusstraat 54 - Amsterdam-O.
Telefoon 740707
20
Het einde der competitie was reeds in zicht toen Ajax 2 zich
nog juist van degradatiezorgen kon ontdoen.
Moeilijkheden omtrent datum en aanvangsuur van de zeer
belangrijke match tussen H.C.K. en De Spartaan leidden er toe
dat de Amsterdammers door niet opkomen naar een lagere
klasse werden teruggewezen.
Tijdens de Bondsvergadering in 1952 werd overgegaan tot
het uitreiken van een door de Surinaamse Baseballbond be
schikbaar gestelde prijs. Deze wordt (zo mogelijk) telkenjare
toegekend aan de persoon of groep van personen die zich voor
honkbal het meest verdienstelijk heeft gemaakt. Naar het oor
deel van het Bondsbestuur kwam ditmaal het zo vaak bekriti
seerde scheidsrechterskorps in aanmerking. Onder bijval werd
scheidsrechter F. P. H. Broekhuis donateur van Ajax
verzocht voor de groene tafel te komen om het kleinood in
ontvangst te nemen.
In het A.B.C.-toernooi kreeg Ajax geen gelegenheid de
Bevrijdingsbeker voor de derde maal in successie te winnen.
Ditmaal had V.V.G.A. zijn zinnen op de trofee gezet. Na een
„draw" (1111) tegen A.B.C. in een langdurige verliezers
ronde konden wij door een hoffelijk gebaar van de organise
rende vereniging met de derde prijs huiswaarts keren.
Nadat Ajax daags tevoren een inspannende strijd met Sparta
had geleverd, diende onze ploeg die door verschillende oor
zaken verre van volledig was zich voor het jubileumtoernooi
van U.V.V. aan. Zowel tegen U.V.V. (54) als tegen D.E.C.
(21) beide na verlenging kwamen aanvoerder R. Kok
en zijn makkers met de hakken over de sloot. Renteeen fraaie
beker en voorts een jubileumspeldje voor iedere deelnemer.
Het eerste kon als sterkste met 26 punten uit 14 wedstrijden
de Overgangsklasse vaarwel zeggen en tot het eldorado door
dringen.
De mannen die het hogerop wilden zoeken, waren: G. J.
Beumer, H. Bosboom, G. Duinker, J. ter Heide, A. M. Hordijk,
H. A. Kok, R. Kok, A. Kraan, J. Neefjes, W. Prins en B. D.
de Sterke.
Ajax 2 nam helaas de lift in de verkeerde richting. Hier
dus geen promotie, doch degradatie.
De juniores A verzamelden het maximum aantal punten.
Door vervolgens Zeeburgia met 54 achter zich te houden,
werd onze „toekomst" kampioen van Amsterdam. Het offi
cieuze jeugdkampioenschap van Nederland met de Norman
Mc.Phailbeker als inzet was door een 51-zegepraal echter
voor S.C. Haarlem weggelegd.
Terreinmoeilijkheden verhinderden alweer tot tostandkoming
van het Ajax/V.V.G.A.-jeugdtoernooi.
In 1953 was de eerste klasse gesplitst. Elke ploeg kwam een
maal tegen de clubs in haar eigen afdeling uit en bond twee
keer de strijd met de teams uit de andere afdeling aan.
In het beslissende treffen won O.V.V.O. met 2—0 van H.H.C.
Het betekende het vijfde achtereenvolgende landskampioen
schap van Urbanus en zijn ploegmakkers. Ajax sloot de com
petitie af met een derde plaats achter O.V.V.O. en R.C.H.
Na een nek-aan-nek-race met The Catchers 2 ving Ajax 3
met 2 punten achterstand op dit kampioensteam juist bot.
In de tweede klasse A posteerde Ajax 2 zich achter De Spar
taan en O.V.V.O. 2.
In elf dagen tijds werd het achtste Ajax/V.V.G.A.-jeugdtoer
nooi op touw gezet. De prijzen gingen naar S.C. Haarlem,
V.V.G.A., D.O.S. en Ajax. De „stijlprijs" was voor H.H.C.
De krachtmeting tussen Ajax en T.I.W. tijdens het A.B.C.-
toernooi in 1954 bracht geen enkele run op. Door een gunstige
loting duelleerde ons negental vervolgens met H.C.K., welke
ploeg na een gelijk spel tegen V.V.G.A. eveneens goed had ge
raden. Na H.C.K. met 31 uit het zadel te hebben gelicht,
ging Ajax op het beslissende ogenblik tegen A.B.C. met 71
over de knie. De tweede prijs was bok meegenomen.
Het negende jeugdtoernooi van Ajax en V.V.G.A. kon niet
meer plaatsvinden; onze Voorland-velden waren hiervoor niet
langer geschikt. Heel jammer!
Zonder Duinker, die naar een andere vereniging was over
gegaan, „finishte" Ajax achter E.H.S., O.V.V.O. en Schoten.
Met het tweede was het droevig gesteld; slechts door het
terugtreden van Onze Gezellen behielden onze reserves hun
plaats in de tweede klasse.
De juniores werden kampioen van afdeling B. De uitvoeren-
(zie verder pagina 22)