derde overwinning van rood-wit zou betekenen, dat de prijs voor goed in ons bezit kwam. Hoe de uitslag precies was weten we écht niet, maar wel dat er verwoed is gestreden en dat er een nieuw kleinood zal moeten komen, om deze matches ook in volgende jaren plaats te doen vinden. U hebt dus al begrepen, dat Ajax met de eer schoot ging. Of het verdiend was of niet, zal wel niemand een zorg zijn. Er is gezellig gespeeld, er werden spannende partijen op het laken gelegd vooral de partij Wim Staats A.F.C.) tegen Frans Louwaard mocht er zijn kort om er heerste de broederlijke sfeer van sportlui onder elkaar. Na afloop heeft Cor la Fleur op zijn bekende manier de prijzen uitgereikt en kon de clubavond-commissie (er was weer veel werk aan de winkel) op een zeer geslaagde avond terugzien. Hulde! Met de voetballerij vlot het, wat de lagere elftallen betreft, niet zo best. Veel afgekeurde velden en dus stagnatie. Het eerste elftal had daar slechts eenmaal last van. Het Volendam veld kon het water niet verwerken en daarom zal de bekermatch tegen deze vereniging t.z.t. gespeeld moeten worden. Voor de competitie trok ons team naar Alkmaar om zich daar de kaas van het brood te laten eten. Voor velen een verrassing, voor ons niet. De traditie wil nu eenmaal (sla onze geschiedenis er maar op na) dat het eerste treffen met een nieuweling, of een teruggekeerde zoon als het een uitwedstrijd betreft haast altijd (een uitzondering daargelaten) voor ons op een neder laag uitdraait. Zo ook nu in Alkmaar. Toegegeven, de Alkmaar- ders speelden een vlot partijtje, toen de ban verbroken was door een doelpunt, dat diep in de eerste helft werd gescoord. Vóór het zover was had onze stormlinie kans gehad de zege veilig te stellen. Het lukte niet en zo ging het rappe ploegje uit de Kaasstad, dat hoe langer hoe beter begon te spelen en écht naar de overwinning toegroeide, met de punten schoot.Verdiend! De thuiswedstrijd tegen A.D.O., dat lelijk in de nare hoek zit, leverde een 42 „victorie" op. We hebben in enige bladen ge lezen, dat Ajax het bij de stand 41 wel geloofde, of, zoals dat tegenwoordig heet, „stoom afblies". We hebben van dat „stoomafblazen" niet veel gezien. Wel, dat de A.D.O.-ers fel bleven strijden voor een beter resultaat en dat het daardoor bij ons niet meer zo vlot ging. Dat maakt verschil, dunkt ons zo. In ieder geval, A.D.O. heeft ons in het laatste kwartier enige benauwde ogenblikken bezorgd en had doelman Hoogerman niet een zeker lijkend doelpunt voorkomen hij redde met een fraaie sprong dan was er nog van alles mogelijk geweest. Nu bleef het bij 42, waarmede we best tevreden waren. Opval lend was de terugkeer van Donald Feldmann. Alles lukte „de Don," zelfs zijn „eigen voorzet kopte hij in" en zijn snelle rennen haalden de gehele A.D.O.-verdediging overhoop. Van Sjaak Swart had men het meeste gevaar verwacht maar nu kwam de stormwind van de andere kant. Twee goals scoorde Donald (een derde werd afgekeurd) en in de andere twee, gefabriceerd door Henk Groot en Sjaak Swart, had hij een groot aandeel, waarbij we niet mogen vergeten, dat Co Prins onze linksbuiten uitste kend steunde. Co werkte weer voor twee en was overal te vinden. Zij, die voor de overwinning zorgden waren; Hoogerman, Van Mourik, Ouderland, Muller, Pronk, Schaaphok, Swart, H. Groot, Westra, Prins en Feldmann. De moeilijke uitwedstrijd tegen Sparta leverde zowaar twee punten op. We hadden er niet op gerekend. Een gelijkspel speel de door onze gedachten. In de eerste minuten zat er voor ons team geen overwinning in, daar Sparta onstuimig ten aanval trok. Hoogerman had er echter meteen zin in en voorkwam op fraaie wijze zeker twee Rotterdamse doelpunten. Het gevaar bleek door deze prestaties van Bertus afgewend en welgemoed trok ons aanvalsquintet naar het Sparta-doel. „De Don" was weer ongrijpbaar en ook Sjaak Swart roerde zich flink. Een door Co Prins opgezette aanval kwam via Feldmann bij Groot te recht, die zich geen ogenblik bedacht en de bal in het doel schoot. Feldmann maakte met medewerking van een Spartaan 20 en een rustig in de hoek geplaatste kopbal van Henk, gaf ons een tamelijk veilige 03 voorsprong. Nauwelijks was in de tweede helft afgetrapt, of Sjaak Swart had nummer vier in de touwen gejaagd. Toen zakte de aanvalsdrift af en mochten onze achterhoede - Ouderland en Smit bezetten de backplaatsen (Van Mourik was geblesseerd) en middenlinie het verder opknappen, waarbij Westra, als teruggetrokken 'middenvoor, assistentie verleende. Het ging zó goed, dat Sparta maar aan één doelpunt kwam. Het ontstond door een foutje van Pronk, die overigens een beste partij spil vertolkte. Ook Ben Muller, die er weer goed inkomt, en Schaaphok hebben hun aandeel in de zege ruimschoots geleverd. Door eigen verdienste en het kranige werk van G.V.A.V. staan we nu op de derde plaats van de ranglijst, een stand, die ons negen punten van de fatale plaatsen afhoudt. Ajax 2 had aan Sportcl. Enschede 2 een heel harde dobber. Niet dat er voor onze reserves geen overwinning ingezeten heeft, daar niet van, maar toen de boys uit Enschede in de gaten kre gen, dat dit Ajax-elftal wel te kloppen was voor de rust werden zeker vier a vijf geheide kansen gemist werd de te genstand hoe langer hoe groter, met het gevolg dat onze mensen nog blij konden zijn met een gelijkspel (22). In Doe- tinchem, bij de reserves van De Graafschap, was het van het zelfde laken een pak. Vele kansen en slechts één doelpunt. Daar de Graafschappers er ook één inmikten ging iedereen tevreden naar huis. Nou, tevreden! Piet Keizer werd door de „ref" opgeschreven en dan weet u het wel. Je hebt mensen, die niet willen of kunnen begrijpen, dat er maar één man is, die op een voetbalveld iets te vertellen heeft. Jammer, maar waar. Piet, een knaap met voetbalcapaciteiten als jij hebt (je kunt het heel ver schoppen) moet er een eer instellen, nooit op on aangename wijze met een scheidsrechter in aanraking te ko men. Gebruik je verstand en doe met deze woorden je voordeel. Op ons veld zagen we „het Tweede" tegen Alkmaar 2 spelen, 't Was meer met, dan tegen spelen. De Alkmaarders schoten in alle opzichten tekort en kwamen er met een 81 nederlaag nog genadig af. Cees Groot liet zien dat hij nog steeds weet hoe men doelpunten moet maken. Vijf beste knikkers kwamen van zijn schoenen. Twee waren er van Jan Seelen en één van Piet Keizer, waarmede het verhaal wel uit is. Het team dat voor deze hoge score zorgde, zag er als volgt uitVan Drecht, Rede- AJAX G.V.A.V. Pronk, die tegen G.V.A.V. ook nu weer een prima partij speelde, in duel met één van de Groningse aanvallers 5

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1960 | | pagina 5