A. F. STRIKKERS
Veluwse Post
BONTHANDEL
BONTMANTELS - STOLA'S
16
Dorp op de Veluwe
In mineur
Lentemaand 1959.
De wiegende sneeuwklokjes en de bibberende crocus-
sen, die nu het decorum van onze landelijke habi-
tatie vormendeden al vermoeden dat het nog winters
weertje zou zijn. Doch dat het zo fel rond de neuzen
blies als gisteren, Zondag 8 Maart anno Domino 1959,
neen dat dachten we niet. Het was daarbij alles op de
grasmodder-mat dermate killig en triest, dat we drin
gend de warme thee nodig hadden, als steeds hoffelijk
geserveerd door de dames van de roodwitte garde. We
hadden anders een hartversterking dringend nodig.
De Phïlippijnen uit de stad van de lampjes hadden
het grote licht van hun kunnen thuis gelaten en we
wensen de Meijerij en ons toe, dat volgende voorstel
lingen van het Philips-top-elftal ietwat meer in de
voetbal-traditie van dit elftal blijven. Het was héél
dunnetjes. Volkomen fantasieloos gedrïbbel en erbar
melijk schieten. De Amsterdamse schutterij gehuld in
blauwe hemdjes stelde hier een volkomen gelijkwaar
dig prestatiegemis tegenover en het geheel was een te
leurstelling, qua spélvertoon.
Wanneer dit zo doorgaat met de Lichtstedelingen,
dan komen de papieren binnenkort onder pari, zodat
we het maar liever houden op de „papieren" van het
concern, assu-me-kan volge.
Overtuigd, dat de general-manager van het Ajax-
nieuws (die zijn hoofd diep begroef in de schoot zo
dikwijls weer een Ajacied vrijmoediglijk en zonder te
blozen de ballon naar een Philipper centerde!!) de won
derlijke capriolen van dit balspel in een snedig woord
zal aantekenen in de annalen, moge ik hier verder
zwijgen over de wedstrijd AjaxP.S.V., 10. Wel ge
feliciteerd. Eerlijk duurt het langst: we hebben één
punt te veel gekregen!
Neen, er zijn andere gepeinzen om dit opstel te vul
len en allesbehalve plezierige. De gapende leegte van de
tribunes bij hoofdstedelijk voetbal, enkele „derbies"
(een wel wat dik woord voor deze games) buiten be
schouwing gelaten.
Het gelijktijdig spelen in Amsterdam van twee hoofd
klassers is natuurlijk een minus, zolang het spelpeil
dalende blijft. Het zou voor twee ere-divisie-clubs in
de hoofdstad vanzelfsprekend beter gaan, maar we be
twijfelen of hier de belangrijkste factor ligt voor het
schaarse bezoek. Schaars dan afgemeten naar de vroe
gere constante bezetting (bijna altijd vol) uit de tijd,
dat er geen dubbele concurrentie was.
Neen, we geloven dat het spelpeil hier doorslaggevend
is. Terwijl Rotterdam met twee ere-divisie-clubs in de
hoogste sferen troont met een constant spelend Sparta
aan de kop, zweven de Amsterdamse clubs in de midden
moot tot nog verder naar beneden. Niet alléén ons
stadion begint meer en meer leegten te vertonen, het
zelfde ziet men in het Olympisch Stadion. Het geeft te
denken.
Het kan de buitenstaander, die geen weet heeft van
de lasten welke op een vereniging als de onze drukken,
koud laten, of de wedstrijden volk trekken of niet, voor
ons is het een factor, die bovenaan het lijstje van de
besognes prijkt. Het gaat er om: een elftal in het veld
te brengen, dat „trekt", dat wil zeggen, dat goed voet
bal speelt. Het publiek betaalt. Legt drie guldens uit
voor een wedstrijd en verlangt dan ook iets goeds te
zien. Maar een goed elftal: wie becijfert wat dat be
tekent? Tonnen gouds voor een speler van formaat en
dan maar afwachten, of het loont. Maar de tonnen
gouds liggen niet opgescheept. Eigen kweek? Prachtig.
Maar daarmede kunnen jaren en jaren gemoeid zijn.
Als het lukt, want we hebben nog onlangs een lesje
gehad. Goede kweek, goede aanbiedingen van buiten.
En daar gaan we!
'Zoals heden de zaken speltechnisch en organisatorisch
er voorstaan, zijn drie clubs voor Amsterdam te veel.
Géén van de drie is (tot heden) tot groot spel in staat,
vleugen van uitzonderlijk individueel spel daargelaten.
Zou het spelpeil-gemiddelde aanzienlijk stijgen en de
wedstrijden (van ere-divisie-standpunt bezien) het aan
kijken waard zijn, dan geloven we, dat een stad van
één millioen inwoners of daaromtrent de weelde van
drie hoofdklassers zou kunnen verdragen. Vandaag de
dag beslist niet!
Blijft maar één oplossing: spelpeil opvoeren.
We hebben goed praten. Papier is geduldig. Ajax
heeft waarlijk genoeg practici van het bruine monster
in haar gelederen. Deze heren weten precies wat ze
willen. Maar zolang achter een club geen geldmannen
staan, die bereid zijn enkele slordige pakken rode rug
gen ter dispositie te stellen, om een „elftal rijk aan
voetbalcapaciteitenbijeen te financieren, moeten we
roeien met de riemen die we hebben. Gekke dingen
zullen we in Ajax niet doen. Overigens: ook sterren-
ploegen kunnen van complete verduistering te lijden
hebben! Het is uitkijken geblazen.
En nu maar weer moedig: avanti!
VLOKKIE.
VALERIUSSTRAAT 190
TELEFOON 725138