AFRIKAANSE 12 Einde 1957 ontving onze secretaris Elzenga een schrijven uit Johannesburg, waarin van Zuid-Afrikaanse zijde het idee werd geopperd voor een trip van het Ajax-elftal door Zuid- Afrika. De initiatiefnemer van dit geval was de heer Ph. Blom, een oud-Amsterdammer, thans een groot zakenman in Johan nesburg. Alhoewel wij ons bewust waren, dat voor het slagen van een dergelijke unieke tour grote voorbereidingen dienden gemaakt te worden, werd in principe besloten de vererende uit nodiging aan te nemen. Een eerste vereiste was om met een zo sterk mogelijke combinatie naar Afrika te gaan, teneinde zo wel de vereniging Ajax als het Nederlandse voetbal in het alge meen goed te doen vertegenwoordigen. Het was immers nog nimmer voorgekomen, dat een Hollands elftal een dergelijke trip werd aangeboden. Vele Engelse prof-elftallen bezoeken regelmatig ieder jaar de Afrikaanse Unie. Vooral de diverse Hollandse kolonies waren zeer verlangend om weer eens met Ajax kennis te maken. Eindeloze correspondentie met diverse rijks- en gemeente-instellingen, vele persoonlijke bezoeken aan militaire instanties, diverse bemoeiingen met de Afrikaanse Ambassade, inentingen enz., enz., hebben ten slotte mogelijk gemaakt, dat de tour volledig doorgang kon vinden. Zo stond dan op 11 Juni j.l. 's middags om 1 uur bij de K.L.M. Museumplein een keurig Ajax-gezelschap in leuke en gemakke lijke eenparige sportkleding startklaar voor een drieweekse reis naar Zuid-Afrika. Jopie van Mourik, de lieftallige zuster van Gerrit, die weder op thuisreis ging naar haar tweede vader land, completeerde ons gezelschap. Een grote schare bloedver wanten en verdere Ajacieden deden ons op het Museumplein en Schiphol uitgeleide. Na een prettig afscheid, gepaard gaande met veel handjes en kusjes en vooral vermanende woorden, ver trokken wij om kwart over drie met de PH-DSB „Red Sea" voor de eerste intercontinentale trip naar Zuid-Afrika. Velen van ons gezelschap hadden nog nimmer gevlogen en het was voor hen zeer zeker een groot evenement. De stemming aan boord was al dadelijk zeer goed. De eerste tussenlanding ge schiedde in Frankfurt a/Main, alwaar volop gelegenheid was om de eerste indrukken van de vlucht uit te wisselen. De vol gende bestemming was Rome, alwaar wij om kwart over acht arriveerden op het vliegveld Ciampino. Een heerlijke Italiaanse maaltijd stond voor ons gereed, waaraan wij ons allen tegoed hebben gedaan. Speciaal de laatste gang, het Italiaanse ijs „il gelato" was een ware tractatie. Nadat de eerste ansichtkaarten verzonden waren, verlieten wij Rome om half tien weder voor een oversteek van 7 uur naar Kano. Inderdaad een hele lange zit. Men maakte het zich evenwel makkelijk door de stoelen zo prettig mogelijk te stellen en verder de tijd te passeren met een partijtje klaverjas op „hoog niveau". Uiteindelijk waren er echter weinig klasse-spelers, of het zou misschien het koppel BleyenbergSchmidt moeten zijn, die mogelijk zouden kunnen promoveren naar de hoofd-klasse. Verder allen debutanten. Na enige uren ging de vermoeidheid een woordje meespreken en werd in overleg met onze charmante stewardess besloten het licht te dempen en te trachten een paar uurtjes te slapen. Ik geloof wel, dat het aan enkele van ons gelukt is om een poosje te dutten. Persoonlijk heb ik geen oog dicht gedaan, mogelijk paste mijn sierlijk figuur niet geheel en al in de fauteuil, het is beslist niet uitgesloten. Ik heb echter nooit geweten, dat er 's nachts zoveel belangstelling bestond voor toilettes en dat er juist om die tijd zoveel dorstige mensen zijn. Ik heb menige op duvel en trappen op mijn tenen moeten incasseren! Ik geloof dan ook wel, dat ik in de geest van allen spreek, indien ik zeg, dat wij blij waren, dat wij om half vijf in de morgen in Kano landden. Het was daar wel zo ongeveer 100° Fahr. in de vroege morgen, maar een ieder vond het heerlijk, dat hij zijn lede maten eens flink kon strekken. Ook de eerste kennismaking met de negerbevolking was bepaald aangenaam. Dankzij de voortreffelijke service van de K.L.M. was er volop gelegenheid om een douche te nemen en zich eens lekker te verfrissen. Grappig was, dat de kranen van de wasbakken aangeduid met „cold" warm water gaven en de kranen met „warm" gloeiend heet water gaven. De door de neger-bedienden aangeboden Cola was evenwel ijskoud en bepaald verkwikkend. Ondertussen maakten wij kennis met een nieuwe bemanning onder com mando van gezagvoerder Voorspuy en namen wij afscheid van gezagvoerder Eekels en zijn crew, die enige dagen rust in Kano namen om daarna weder met het eerstvolgende vliegtuig de retourvlucht naar Holland te ondernemen. Om kwart over vijf vertrokken wij weder met bestemming Brazzaville in Frans Equatoriaal Afrika. Het daglicht was ondertussen aangebroken en hadden wij volop gelegenheid om de Afrikaanse woestijn te aanschouwen. Er viel evenwel weinig te bewonderen, het pano rama was vrij eentonig en troosteloos. Middelerwijl deed een heerlijk ontbijt wonderen, zodat iedereen zich weder monter en fit voelde. Machtige partijen klaverjas werden andermaal aan de lopende band gespeeld. Om 9 uur v.m. werd de evenaar ge passeerd en konden wij ons allen vanaf dat moment beschouwen als onderdaan van Aeolus. De K.L.M. heeft ons ondertussen begiftigd met het betreffende getuigschrift. Aan boord werd dit feit gevierd met een prettig ochtend-drankje. De landing in Brazzaville was normaal. Andermaal kennismaking met de negerbevolking en de Franse douane, die vrij lastig was. Brazza ville is een zeer groot vliegveld, hetwelk door de Amerikanen gedurende de laatste wereldoorlog enorm is uitgebreid. Een uur wachten werd doorgebracht met het schrijven en verzenden van ansichtkaarten en het uitwisselen van indrukken omtrent de vliegtocht. Om 10 uur werd gestart voor het laatste gedeelte van de vlucht naar Johannesburg. Hoewel wij wederom zeven uur tegoed hadden, voelden wij toch allen, dat het einde van de reis in zicht was. Het erge drukke gedoe was een tikkeltje ver dwenen en de sterke verhalen werden allengs zwakker en zwakker. Menig uiltje werd geknapt. De vermoeienis van de reis kwam naar voren. Een half uur voor het tijdstip der lan ding werden reeds voorbereidingen gemaakt voor de debarcatie. Hoe zou het in Johannesburg zijn en hoe zou de ontvangst op Jan Smuts vliegveld zijn? Nu, ik kan niet anders zeggen: „Het was in een woord machtig!" Grote drommen landgenoten be volkten de ballustrades en schreeuwden om het hardst: „Hup Ajax." Het was een welkom om nooit te vergeten. Vooral voor Jopie en Ger van Mourik was het heerlijk om hun zuster en zwager weer te zien. Vele foto's werden gemaakt, terwijl er verder voor de omroep gesproken werd. De eerste kennismaking volgde met de onvolprezen heer Phil Blom en verdere bestuur ders der Transvaalse Voetbalbond. Het passeren der douane geschiedde zeer vlot en werd ons geen enkele moeilijkheid in de weg gelegd. Een grote autobus bracht ons vervolgens naar het Skyline Hotel, alwaar onmiddellijk de kamers werden inge deeld. Ieder van ons gezelschap werd een kamer met bad toege- /OC Kantoorartikelen Schrijfmachines - Tel- en Rekenmachines Weteringschans 185- 223 - Telefoon 31842-39596-36231-36890 - Amsterdam Kantoor- en Bedrijfsmeubelen Showroom kantoormeubelen Middenweg 97-99 - Telefoon 746097

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1958 | | pagina 12