Climax
Dankbetuigingen
Rectificatie
Burgelijke Stand
JAN J. GROOTMEYER f
7
AMUSEMENTSBUREAU
verzorgt Uw feest of
gezellige avond met elk gewenst
programma door
één of meerdere ar risten.
Kindermatinees
met goochelaar, poppenkast en circus.
MANAGER
LOU GOEKEÜ
Prof. Dondersstraat 19. Tel. 02950-13036
Hilversum
Langs deze weg zeg ik, ook namens mijn kinderen en verdere
familie, het Ajax-bestuur en allen, die mij bij het overlijden van
mijn innig geliefde man medeleven betuigden en tot grote steun
waren, hartelijk dank voor de betoonde belangstelling.
M. J. L. GROOTMEYER—DE LA HAYE.
Beste Ajax-cricketers,
Door middel van deze kom ik u allen hartelijk bedanken voor
de belangstelling welke ik mocht ondervinden gedurende mijn
verblijf in het ziekenhuis en bij mijn thuiskomst.
Nogmaals bedankt en tot volgend cricketseizoen zullen we
maar zeggen.
Mevr. C. M. G. STOIT—SIEBEN.
In ,,Ajax-Nieuws" September stond vermeld waar en bij wie
u uw toto-formulier kunt inleveren. Het adres van de heer
J. de Natris, dat wij u opgaven was niet precies tot op het cijfer
juist. Ceintuurbaan 227 schreven wij. Aan de overkant moet u
echter zijn. Nummer 224, waarvan acte s.v.p.!
Getrouwd:
de heer A. de Wit
en
mej. Elly Jonkhout.
Toekomstig adresMeidoornweg 8.
De heer W. Weppner
en
mej. Toos Leertouwer.
Onze hartelijke gelukwensen.
Den Edel
Schmidt
Bij het onverwachte verscheiden van mijn grote vriend Jan
Grootmeyer, wil ik gaarne enige woorden ter nagedachtenis
aan hem wijden.
Mijn eerste kennismaking met Jan was tijdens de cricket
wedstrijd OlympiaV.V.V., op het oude ijsclubterrein in de
Meer. Jan was toen captain van het jonge en pittige V.V.V.-
elftal, waarbij als eerste krachten drie Grootmeyers (Jan,
Willem en Henny), Van Leuven en Van Klaveren. Later zou ik
met Jan de aanval van V.V.V. vormen, maar dat wist ik toen
nog niet.
In 1907 kwam ik via R.A.P. bij Ajax. In 1910 kwamen er van
hogerhand wat moeilijkheden, waardoor mijn spelen bij Ajax
tegen mijn wil onzeker werd. Jan speelde toen voor Her
cules (Utrecht) doch was van plan weer voor een Amsterdamse
vereniging te gaan spelen. Ik hoor Jan nog zeggen: „Karei,
waar jij gaat spelen, ga ik ook."
Tot mijn grote vreugde werkten de omstandigheden mee en
kon ik in Ajax blijven en kwam ook Jan direct in het eerste
elftal, dat in 1911 naar de eerste klasse promoveerde. Jan had
in deze promotie zeker een groot aandeel. Zowel als links- en
als rechtsbuiten was Jan een zeer nuttig en productief speler.
Later ontpopte Jan zich als een voortvarende en diplomatieke
secretaris, die met Egeman en de Munnik, Ajax door een zeer
moeilijke periode met veel succes heeft heen geholpen.
Voor V.V.V. is hij zeker jarenlang de grootste steunpilaar
geweest, iemand die de strijd nooit opgaf en steeds een voor
beeld voor zijn teamgenoten was.
Zijn verscheiden zal in Ajaxkringen een grote leegte achter
laten, doch allen, die hem hebben gekend, zullen hem niet ver
geten en hem dankbaar zijn voor het vele voor onze vereniging
verricht.
Jan, goede vriend, rust zacht.
Je vriend,
KAREL VAN DER LEE.
