Cricket PERMACEL ZELFKLEVEND PLAKBAND H. A. SMIT 24 NAAR ENSCHEDE. Met „Maarse en Kroon" zijn we Zondag 30 Juni naar Enschede gereden. Een cricketwedstrijd moet nu eenmaal tijdig beginnen om op een redelijk uur geëindigd te zijn, ergo vertrokken we reeds om 8 uur. Een opgewekt gezelschap bestaande uit spelers, echtgenoten en verloofden, diverse eigen en behuwd kinderen, ouders en slechts één hondje, luisterende naar de naam Mous(ie) ging blijde en welbewust een snikhete dag tegemoet. In de buurt van Hilversum pikten we Max Griebling op. Deze jonge vader had een klein half uur in de blakerende zon moeten wachten, doch ondanks zijn desolate toestand begroette Max toch het vrolijke gezelschap met een prettige glimlach, waar mede hij aantoonde een cricketer in hart en nieren te zijn, immers een player of the King of Sports, verliest onder welke omstandigheden dan ook nooit zijn zelfbeheersing. Ruim een half uur te laat arriveerden wij op het prachtig gelegen terrein van P.W. Hier werden we hartelijk begroet door onze gastheren, waaronder, en dat was het meest prettige, Ferry Dukker Jr., die, zoals u weet, onlangs is verhuisd naar Enschede. Puffend verwisselden we de weinige kledingsstukken, welke een beschaafd mens minimaal verplicht is te torsen, voor onze helderwitte cricketkledij. Toen kon het spel beginnen! Op een prachtig veld in een schilderachtige omgeving met een overvloed aan hete zonne schijn en een tekort aan verfrissende wind. De thermometer wees de tropische temperatuur van 36° C. Alzo schitterend weer om limonade drinkend en ijs etend de dag door te brengen op een beschaduwd plekje. Maar ja, wat wilt u, cricket is een zomer sport, is zelfs de schoonste der zomersporten, dus togen we naar de „pitch". P.W. moest fielden en wij batten. Welke partij er nu het beste of liever het slechtste aan toe was, de fieldende of de battende, is een zeer discutabele vraag. Het zich urenlang be vinden op de allesbehalve koele grasmat in de sinderende zon deed bepaalde huidkliertjes topprestaties leveren, maar ook het batten op de gloeiend hete mat maakte het aan de verbeelding niet moeilijk zich Dantes „Inferno" voor te stellen. Doch on danks deze niet geheel te versmaden nadelen hebben we een zeer prettige wedstrijd gespeeld, waarin Ferry Dukker, de P.W.-er de euvele moed had één onzer batslieden uit te vangen, doch dit is Ferry duur de staan gekomen, wij stonden hem namelijk niet toe om ook maar een run tegen ons te scoren en met een smadelijke nul en een hoogrode kleur, meer ontstaan door de hitte dan door sportieve schaamte, kon deze jonge man naar het paviljoen terugkeren. Echter, ondanks deze grootse prestatie van onze eminente bowler, Ger Schirmer, eindigde deze prettige wedstrijd in een eervolle nederlaag van ons team. Na de strijd en na de zoveelste douche, weer gekleed in min of meer conventionele kleding, werd op een schaduwrijk plekje verkrijgbaar Blank, Gekleurd en Bedrukt met Uw firmanaam en adres ALB. MAGNUSHOF 8 - AMSTERDAM TELEFOON 130182 bij het paviljoen in gezellig samenzijn met de P.W.-ers de in wendige mens gelaafd en gekoeld met ontelbare glazen Grols' bier. Het was bar leuk! Het aangenaamste zou echter nog komenFerry, de P.W.-er, had het hele Ajax-gezelschap te zijnen huize genodigd op een gezellig etentje. En het werd gezellig in de koele avond in de leuke grastuin van Ferry's nieuwe huis in één der buitenwijken van Enschede. Vader Ferry, ter voorkoming van misverstanden, beter te omschrijven met Ferry senior, de vader van Ferry de gastheer, of misschien nog duidelijker aangeduid als de heer F. Dukker, minister van financiën van de A.F.C. „Ajax", trakteerde ter verhoging van de feestvreugde op een kruik Bols, welke zo voortreffelijk smaakte, dat het motto van de firma Bols „Elke dag één glaasje" deze dag zonder de minste gewetenswroeging werd overtreden. Onze gastvrouwe, luisterende naar de bekoorlijke naam Martien, onthaalde ons op een keur van heerlijke spijzen. Mar- tien verdient hiervoor onze oprechte dank en eerlijke bewonde ring voor haar uitstekende kookkunst. Zoals aan al hét aardse, kwam ook aan dit vrolijke festijn, hetgeen plaats vond onder de critische blikken van diverse huurlieden, een einde en met enige moeite wist vader Ferry ons, dames, heren, kinderen en één hondje, geheten Mous, weer in de bus te bergen. Alwaar tijdens de non-stop-rit naar Amsterdam, besloten werd onze gastvrouwe, die gezinsuitbrei ding verwacht, als dank voor haar hoge culinaire prestaties een wagenkleedje te schenken, ter verwarming van het aanstaande jongste cricketertje van de familie Dukker. Rest mij tenslotte nog te vermelden, dat we om half twee in de prille morgen thuis kwamen en dat deze cricketdag voor ons, zoals u, aandachtige lezer, reeds begrepen heeft, een onverge telijke zal blijven. JO THIRY. DE MAN MET DE BIERSTOOP (vrij naar Frans Hals). Afgeluisterd gesprek op d'Olympische Dag op de „Zuidelijke" tijdens de hitte van twee die heel vroeg gekomen zijn en al uren zitten te zitten: „Het sal me so me sorreg sijn „of die goser is te koop. „Wat doeneme in de schroei, geef mijn „maar 'n Dubbele Amstel Stoop!" Opgetekend door: CALVUS. SAL ATTICUM. Oftewel: Attisch Zout. Het zout derhalve uit Attica en dan in symbolische zin. Attica, dat part van Hellas, dat deel van het oude Grieken land dat in zijn geschriften uitmuntte in geest en schittering; en ook wel in spot en gevatheid. Zoiets dus als de bijdragen van onze vaste medewerkers als Emile Walter en James. En van vele anderen natuurlijk. Wij zeggen het er maar even bij, opdat u zult begrijpen en verstaan waarom Sal Atticum worde gememoreerd. Want, nietwaar: Salus populi suprema lex esto, het Heil des volks zij de hoogste wet. Desnoods met een korreltje zout: Cum Grano Salis Voor u opgetekend door: ZOÏLUS LIMERICK NUMBER ONE. Onze dank annex zeer goede wensen voor de Kick der goedwillende mensen. Zo'n Kick verspreidt schrik. Want hij gaf em een kick! Tot helemaal over de grenzen B. S. LE MARCHÉ

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1957 | | pagina 24