Dierdorp
De groet
Erkende Bonds-Auto-Rijschool
Meeuwsen - Confectie
Van de Voorzitter
Prijs per voi lesuur f 6.—
te
3
Ik weet niet hoe het U vergaat met de tijd, maar het is net
of alles vlugger gaat dan toen ik nog van 9—12 en van 2—4 uur
in de schoolbanken zat. Die dagen duurden na mijn gevoel
eeuwig; thans heb ik het idee dat de maanden omvliegen. Im
mers, het is al weer de tijd, om mijnerzijds ons clubblad een
entremets" te geven, ofschoon het is of ik pas een paar dagen
geleden mijn vorige stukje voor ons September-nummer
schreef.
Ons eerste elftal heeft in de afgelopen periode dan eindelijk
de tik gehad, die wij onvermijdelijk achtten. De boog kan niet
altijd gespannen zijn. Alleen dit jongens, laat je niet ontmoe
digen als er verloren wordt van een leidende ploeg. Aanvaardt
een nederlaag sportief. Trouwens, de sportiviteit gebiedt jullie
in alle omstandigheden fair te blijven, al zit er een materiële
kant aan het spel, dat men speelt.
Zondag 21 dezer in de ochtend ons eerste amateurselftal (3e
elftal) te Utrecht tegen U.V.V. 2 zien winnen met 52. Een
goede prettige wedstrijd. De stemming vóór de wedstrijd was
prima en dat betekent veel. In 't veld wordt wel eens te veel
„gesproken", dat moet er uit jongens. Er in moet echter nóg
meer samenspel en de bal nóg meer het werk laten doen. Mis
schien kunnen we dan nog eens een wonderteam als tegenpartij
voor jullie uitnodigen.
Hierna als een haas naar Ajax 2K.F.C. 2, welke wedstrijd
door onze jongens met 40 werd gewonnen. Jammer, dat ik
vlak na het begin J. Wolterink met een elleboog uit de kom
naar het O.L.V. Ziekenhuis moest brengen. Gelukkig gaat het
hem weer goed. Een spoedig geheel herstel Jan! Het was een
faire wedstrijd. Wij zien nog niet genoeg in, dat het voetbalspel
een spel is, waarmede je gezamenlijk tot succes moet komen.
Men laat in 't algemeen te veel zien wat men doet. Er is een
economisch motief dat hierop neerkomt, met minimum inspan
ning een maximum bereiken. Denk hier eens goed aan jongens
Tracht altijd te doen, wat de tegenpartij niet verwacht.
Nu over iets anders. Wij hebben aanmerking van scheids
rechters gekregen, dat bij de wedstrijden op de voorvelden het
publiek geregeld over de outlijnen in het speelveld gaat staan.
Dit kan natuurlijk niet. Volgens K.N.V.B.-voorschrift moet een
afstand van minstens 4 m in acht worden genomen. Wij hebben
daarom een afscheiding langs de velden gemaakt. Werkt U
mede, dat de wedstrijden op de voorvelden regelmatig kunnen
plaats vinden. U kunt dus van achter de omheining kijken.
Tenslotte kan ik onze jeugdcommissie mededelen dat ik, naar
aanleiding van haar verzoek op onze bijeenkomst dd. 15 Octo
ber j.l., het Bondsbestuurslid, de heer Martens, tijdens mijn
bezoek aan de Bondsvergadering van 20 dezer, heb gevraagd,
te komen tot een jeugdcompetitie, zoals er vroeger al eens een
was van K.N.V.B.-juniores. Zo'n competitie zou m.i. kunnen
leiden tot spelpeilverbetering. Dit vraagstuk heeft de volle aan
dacht! En als de heer Martens dit zegt, dan kunnen wij er van
overtuigd zijn, dat hieraan veel aandacht zal worden besteed.
W. F. VOLKERS.
25 October 1956.
Gedipl. Instr.
2e Jac. van Campenstraat 99, Tel. 94439
Schipperstraat 8, Tel. 46645
aan het Weteringcircuit
Kostuums met 2e Pantalon 108.—
Sportcolberts39.50
Pantalons, kamgaren (wol). 29.50
Alléén: Weteringschans 181, Telefoon 39807
De tijden veranderen. Wie niet wee gaat met
zijn tijd is eigenwijs of dom. Het is peddelen tegen
zware stroom om tenslotte toch onder te gaan. We
hebben ons in ons dierbaar landje eerst zo erg ver
zet tegen rugnummers. Alsof rugnummers iets te
maken zouden hebben met amateurisme of zouden
indruisen tegen sportieve elementaire begrippen.
Belachelijk.
En nu hebben we in Nederland nog clubs, die
zich halsstarrig verzetten tegen de groet, een han
deling die onzes inziens slechts kan bijdragen de
sfeer van een wedstrijd en de mentaliteit van het
kijkersgilde tegenover de spelers, vooral de bezoe
kende, op niveau te brengen.
We herinneren ons, hoe we voor de eerste maal
in Santiago de Chile, bij een interlandwedstrijd
ChileUruguay, de vlag gegroet zagendie grote
indruk op ons maakte. Hier bracht vóór de aan
vang van de wedstrijd de bezoekende club een
groet aan het gehele volk, aan de natie. Het en
thousiasme was groot. Met onze nuchterheid (ten
slotte zijn we échte Hollanders!) staan we vreemd
tegenover zulk een demonstratie, maar bij enig
nadenken is de symboliek van het gebaar lang niet
gek. We geloven, dat niemand van de toeschou
wers, die zich het etiket van beschaving mogen
opspelden, zou spotten wanneer ooit het gebruik
van de vlaggegroet zich in Europa zou inburgeren.
Maar waarom zouden we nu aanstoot nemen aan
de eenvoudige groet van het team, dat zich enkele
ogenblikken opstelt en zich voorstelt aan de toe
schouwers? Het is een zuivere beleefdheidsgeste,
die beslist een sympathieke indruk maakt en die
al evenmin iets te maken heeft met professionalis
me als de vlaggegroet in de Latijns-Amerikaanse
landen, waar het sterk ontwikkelde nationaliteits
gevoel in overeenstemming is met zulk een gebaar.
De gedachte van de tegenstanders gaat (foutief)
uit naar vergelijking met circusgewoonten, waar
de tableau de la troupe aan de voorstelling vooraf
gaat. De vergelijking gaat geheel mank, hetgeen
al blijkt uit de parade, met welke de Olympische
Spelen worden geopend. Hier brengt de „groet"
(mèt vlaggen!) de Olympische sfeer (sport-sfeer)
tot uiting, de verbroedering, éénheid der jeugd.
Het is meer dan een groet, het is een symbool.
Laten we dit als voorbeeld nemen en laten de
clubs, die de spelersgroet niet (nog niet) invoerden,
hier lering uit trekken.
D. K.
