Onze scheidende voorzitter op zijn praatstoel! 5 Wanneer iemand de tijd gekomen acht om een functie, die hij een zeer lange tijd heeft waargenomen, ter beschikking te stellen, zuiver en alleen uitgaande van de gedachte ,,er is een tijd van komen en een tijd van gaan", heeft men dit te res pecteren. Zo zat ik dan op de Donderdagavond voorafgaande aan de ontmoeting A.D.O.Ajax in huize Oranje Nassaulaan 81, en de enige kopzorgen die onze voorzitter op dat moment bezat, was de onzekerheid of hij zijn opvolger, onze club met een plaats in de ere-divisie kon overgeven. Op het moment dat ik deze letteren aan het papier toevertrouw, zijn er voor deze zorgen geen plaats meer, ook niet voor zijn medebestuursleden, die u in dit blad op een afscheidsfoto lachend bijeen ziet, zo echt met een gezicht: „We zijn er". Wat is er prettiger, dan de leiding van een club te kunnen overgeven aan een opvolger, op het moment dat het hoogste bereikt is, in ons geval de ere-divisie. Het was niet de eerste keer dat ik in huize Koolhaas voor een interview kwam, in het seizoen 19511952 was ik op de zelfde plaats om eens wat te weten te komen, ter gelegenheid van zijn veertigjarig lidmaatschap. (Ajax-Nieuws 1951'52 no. 7.) Wat onze voorzitter toen misschien vergeten had, zou er dus nu mooi ter completering bij kunnen en in de laatste jaren is er zoveel veranderd, dat hij misschien toch nog wel iets op zijn hart had. Het woord hart horende kwam hij in actie: ik heb mijn hart aan Ajax verpand en ook na mijn afscheid zo lang als het wil blijven kloppen, zal ik voor de volle 100% bij Ajax zijn. De vereniging, de vele bestuurs- en commissieleden waarmede ik heb mogen werken, de spelers, leden, donateurs en supporters hebben mij en mijn vrouw zoveel levensvreugde geschonken, waar ik nog heel veel jaren op hoop te kunnen teren. Wanneer de vrouw van een functionaris van een grote ver eniging in geding komt, kunt u het woord „medewerking" rustig uitspreken. Met al zijn andere functies heeft „het parle ment" er wel eens „een avondje" bij ingeschoten, maar zich ook op een dergelijke wijze mee ingeleefd, dat het voor beiden een zeer grote overgang zal zijn om als „werklozen" in de Ajax-wereld verder te leven. Bij de vele, zelfs zeer vele hoogtepunten die onze voorzitter in de loop der jaren heeft meegemaakt, is er in de loop van dit seizoen één bijgekomen en zonder er ook maar een moment over behoeven te denken of dit nu werkelijk de klap op de vuurpijl was, noemde hij de wedstrijd Roda-SportAjax. Niet zo zeer de wedstrijd op zichzelf, maar wat na afloop gebeurde. Onze reserve-keeper Jan Drecht, met de rust ingevallen voor Pieters-Graafland, was n.l. ongelofelijk goed en onpasseerbaar. De spelers voelden dat zij de overwinning aan hem te danken hadden en direct na het laatste fluitsignaal droegen zij hun doelman in triomf naar de kleedkamer. Rijkelijk vloeiden de vreugdetranen en met een veelbetekenend gebaar verklaarde hij: Dat was weer een prima bladzijde in de Ajax-geschiedenis! De Ajax-harten zaten weer op de goede plaats Wanneer men verre reizen doet, kan men veel verhalen en met een glunderend gezicht vertelt hij van de tour naar Zweden in seizoen 1917/'18 gespeeld, waar tegen „Tigrana" een camou- flagenaam voor het vertegenwoordigend elftal van Zweden, gespeeld werd. Niemand kan invloed uitoefenen op de familie naam die men bij de geboorte krijgt, iemand die Boef heet kan de netste kerel van de wereld zijn, maar de scheidsrechter die in Bratislava door eigen publiek werd uitgefloten, deed zijn naam alle eer aan, n.l. Dr. Prul. Vanaf 8-3-1912 tot nu toe is een periode, waar meerdere hoogtepunten de revue hebben gepasseerd en wanneer ik u er nu in het kort enigen memoreer, mede in verband met de plaats ruimte, doe ik dit in de hoop dat onze voorzitter van tijd tot tijd voor ons clubblad uit zijn zeer groot archief eens wat ter beschikking wil stellen. Je krijgt nu meer vrije uren, je blijft in en bij je club en onze lezers zullen je er dankbaar voor zijn Marius. Ziehier dan een kleine greep uit de vele hoogtepunten: Go AheadAjax in Deventer en Amsterdam, gevolgd door promotie naar keuze. Gouden ploeg periode. Vele afdelingskampioenschappen en kampioenschappen van Nederland. Gouden Meerbekerwedstrijden. Slaan van de eerste paal voor ons Stadion in 1932. Officiële opening op 9-12-'34. Diner met alle werkende leden in Carlton. Diner in Amstel Hotel met boottocht voor genodigden naar het nieuwe Ajax-home. Gouden feest. Die hoogtepunten werden wat uitgebreider verteld en ik mag u dit niet onthouden. In 1917 was Ajax kampioen van Neder land en op uitnodiging van het Zuidelijk district van de K.N.V.B. stemde Ajax er in toe om een wedstrijd tegen het Zuidelijk elftal in Den Bosch te spelen. De Zuidelijke kranten stonden er vol van en koppen als: Ajax komt naar het donkere Zuiden, waren in vele bladen terug te vinden. Het werd een koninklijke ontvangst, duizenden mensen langs de weg, die met de optocht voorafgegaan door het muziekcorps van Goulmy en Baar, meeliepen. Het werd een zegetocht naar Vught en de huldiging was geweldig. Een gelijk spel was het resultaat en de nabeschouwing in de kranten prima. Een der verslaggevers had er nog iets bijzonders van gemaakt: Zij kwamen van verre maar brachten schone sterren! Een tweede speciaal hoogtepunt was de spontaniteit van de spelers van het eerste elftal dat na de laatste oorlog in Nijme gen, waar het kampioenschap van Nederland werd behaald, na afloop Jack Reynolds en Koolhaas op de schouders tilden. Een onvergetelijk moment voor onze voorzitter was de plech tigheid in het Concertgebouw, waarbij hij als voorzitter der commissie het monument ter ere van de gevallenen in de oorlog, aan de K.N.V.B. mocht overdragen. De vlaggen werden bij deze gelegenheid gestreken door Wim Anderiesen en Molenaar van H.P.C. Vele jaren voorzitterschap geven een grote routine en deze Meerdere Jaren Kapiteinservaring is hem bij een enkele moeilijke vergadering altijd van pas ge komen. De zwaarste jaren dateren eigenlijk vanaf de periode amateur of semi-prof vereniging. Er werden meer vergaderingen in een maand als anders in een jaar gehouden. Er zal voor het echtpaar Koolhaas wel enige tijd nodig zijn om buiten de Ajax-sfeer te kunnen acclimatiseren. Helemaal buiten een functie in de voetbalbeweging blijft onze voorzitter echter niet, daar hij deze in „De Zwaluwen" nog blijft vervullen, veel werkzaamheden of beslommeringen zijn hier echter niet aan verbonden. Zich vitaal nog sterk voelend neemt onze voorzitter dus af scheid, de liefde voor onze club zal geen procent verminderen en zijn trouw aan ons rood-wit zal dezelfde blijven. In zijn slotwoord hoopte hij dat zijn opvolger dezelfde steun en medewerking mocht ondervinden, die hem altijd geboden was en denkend aan de woorden: „Wie de jeugd bezit, heeft de toekomst" sprak hij de hoop uit dat er in deze toekomst Meerdere Jonge Krachten aanwezig zullen zijn, die t.z.t. bereid zullen zijn om ook op het gebied der organisatie hun steentje voor de vereniging te willen bijdragen. Marius bedankt voor je babbeltje en ik vertrouw namens alle Ajacieden te spreken, wanneer ik jou en Door bedank voor alles wat jullie beiden voor onze vereniging hebt gedaan. C. F. de V.

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1956 | | pagina 5