Cricket
16
Van de indeling zoals wij die in ons vorig overzicht gaven is
inmiddels door de vele bezwaren van de onderscheidene ver
enigingen niet veel overgebleven. Volledigheidshalve laten wij
daarom de nieuwe indeling voor dit seizoen volgen:
Ajax; Hilversum; U.D.; P.W. 2; Kampong 2; A.C.C. 3;
V.R.A. 2; Union.
Deze indeling brengt ons dus met uitzondering van U.D.
weer vrijwel dezelfde tegenstanders, waarvan wij de kracht
kennen en inmiddels ook reeds hebben ondervonden.
20 Mei 1956: HilversumAjax.
Zoals wij de vorige maal schreven naar aanleiding van een
beschouwing over de eindstand seizoen 1955, waarin wij juist
boven Hilversum eindigden, bleek Hilversum toch wel de ster-
>kere te zijn. Het zou ons niet verwonderen als deze ploeg dit
jaar met vlag en wimpel kampioen wordt, aangezien deze
ploeg naast een zeer sterke aanval ook een prima batting team
heeft. Met allrounders als Van Vloten en Rosebaum is Hilver
sum zeer moeilijk te slaan. Tegen Kampong 2 plaatste Van
Vloten zich op de recordlijst door in twee innings niet minder
dan zeventien wickets te nemen voor19 runs. Wij troffen
het dus niet dat wij ons juist tegen dit team mochten gaan
inspelen. Tegen de 128 runs van Hilversum brachten wij het
niet verder dan 26 en 6, een innings-nederlaag dus. Hoogte
punten aan onze kant waren vanzelfsprekend zeer schaars.
Bijzonder fraai was wel de eenhandse vang in de slips van
Lodewijk Dollee. Het hoogste punt was niettemin voor Rob
Dukker, die een hoog opkomende bal van Van Vloten op zijn
voorhoofd kreeg, waardoor Rob binnen enkele minuten een bult
had ter grootte van een cricketbal en zich onder doktersbehan
deling moest stellen. Gelukkig geen nare gevolgen want de kop
was hard genoeg. Wie had anders verwacht?
27 Mei 1956: UnionAjax.
Een wedstrijd met een sfeer en spanning zoals men alleen
bij cricket kent. Union begon met een totaal van 130 runs. Een
behoorlijk totaal dus maar ook de onzen hadden er zin in. Toen
de stand 5 voor 100 was leek de overwinning voor het grijpen.
Hans met 25, Ferry 26 en Henk Blomvliet 45 waaronder het
oude recept van twee enorme zessen hadden ruimschoots hun
plicht gedaan. Met uitzondering van Piet Schor (11) liet de
rest het lelijk liggen en onder enorme spanning mocht Lodewijk
bij een stand van 9 voor 122 en nog drie minuten spjeeltijd naar
de wickets. Geen prettige taak. Hij kwam in de kortst moge
lijke tijd terug toen hij op de eerste bal L.B.W. gegeven werd.
Hiermede stond onze tweede' nederlaag vast.
3 Juni 1956: AjaxKampong 2.
Tegenstanders van oudsher met de garantie van een leuke
wedstrijd. Behalve een prettige strijd werd het ook nu weer
100°/o spanning tot de laatst gebowlde bal. De start van Kam
pong met 84 was niet daverend dachten wij. Hiervan had
Nightingale er 21 voor zijn rekening genomen toen hij op
miraculeuze wijze in een zweefduik door Hans Dukker werd
uitgevangen. Onwillekeurig zijn we het fielden aan onze zijde
gaan vergelijken met dat van de eerste klasse wedstrijd naast
ons. We zullen niet beweren dat wij het veel beter deden maar
we zagen wel tot driemaal toe een heel wat eenvoudiger kans
missen. Toen bovendien verschillende spelers van de wedstrijd
naast ons, onze aanval zagen, achtten zij die beter. We' keren
terug naar Kampong. Hans werd na 12 gescoord te hebben
prachtig gevangen. Wim lepelde een balletje in de handen, Henk
Blomvliet speelde deze keer rustig 16 runs bijeen en moest ver
dwijnen. We hadden nog troeven in handen, maar deze faalden.
Alleen Arnoud Barendse speelde zich rustig in, had in het
begin van zijn innings juist dat kleine beetje geluk dat je moet
hebben en was niet meer uit te krijgen. Op beheerste wijze hield
hij steeds de bowlerij aan zich en scoorde op die manier een
zeer verdienstelijke 31 n.o. De spanning werd weer voelbaar
toen good old Ferry als elfde man in mocht en wij nog 5 runs
van de victorie waren verwijderd. De eerste bal werd geworpen.
Een slechte, zo een die je wel moet hitten. Dat deed hij ook en
ongetwijfeld zou het een vier geworden zijn wanneer niet een
Utrechtse Bol zijn hand in de baan van de bal had gestoken
en op het juiste moment had de hand van Bol de bal vast. Uit!
Derde nederlaag!
10 Juni 1956: Utile Dulci—Ajax.
Het nuttige met het aangename. Nu moest het er toch maar
eens van komen. De wetenschap dat wij nu in onze sterkste op
stelling konden uitkomen deed ons hopen op een eerste over
winning. Maar ook U.D. had zijn sterkste team beschikbaar
doch speelde zijn eerste competitie-wedstrijd.
Er is één onderdeel van het spel waarin wij dit jaar onge
slagen zijn. De toss! Deze werd voor de vierde maal gewonnen.
U.D. mocht eerst batten. Jammer was dat de pitch eerst enkele
dagen tevoren was gelegd waarna het volop heeft geregend.
Hierdoor was het wicket zeer onbetrouwbaar waaruit de lage
score van U.D., 80, valt te verklaren. Als batting team achten
wij hen nog sterker dan Hilversum. Dries Kost (ex-V.V.V.) bleek
een geduchte versterking voor de U.D.-ers. Hij scoorde een
prachtige 23 maar na de lunch was hij er helemaal uit en bleef
zelfs op een gewone rechte bal staan zonder iets te doen, daar
mede zijn wicket weggevend. Hans was deze keer goed op dreef
en nam 7 wickets voor 52 runs, Ger drie voor 23 was nu niet
gelukkig.
Tegen deze 80 runs moesten wij toch wel kunnen vechten.
Het werd voor de derde achtereenvolgende maal een spannende
geschiedenis. Ferry Dukker had er zin in. Sloeg tweemaal een
formidabele zes en werd gecleand op een persoonlijk totaal van
35. Derhalve bijna de helft van het totaal van U.D. Henk Blom
vliet sloeg even vlug drie vieren en kwam weer naar de kant.
Dat was toen een stand van 7 voor 61. Ger Schirmer en Piet
Schor gingen trachten de rest te maken. Zij kwamen al tot 77.
Nog vier runs met nog vier wickets in handen. Daar begon de
misère. Door een grof misverstand tussen Ger en Piet werd
laatstgenoemde uitgerund. Stand 8 voor 77. Jan Schubert zou
het wel even doen. Weer een run, 78. Het vrij talrijke publiek
zat doodstil langs de kant. Ger werd gevangen. Stand 78 voor 9.
Wat ondertekende niet had gehoopt stond nu te gebeuren. Als
elfde man trachten de ontbrekende runs te maken of het wicket
te verdedigen. Stokking (ex-A.C.C.) bowle meszuiver. Geen
runs, maar ook geen wicket. We stonden nog. Jan was weer
aan de beurt. Heel voorzichtig een slechte bal afwachten. Die
kwam weer niet. Volgende over. Stokking ging op de zelfde
voet verder. Een appeal voor L.B.W. maar de bal was eerst
gespeeld dus niet uit. Nu moet het maar beuren zal Jan gedacht
hebben want met een machtige zwaai op leg renden twee paar
lange benen tweemaal heen en weer en de 80 was bereikt. Nu
nog een run voor de zege. Die was er vlug. Een harde drive van
Jan recht vooruit en weer een paar grote stappen over de mat,
82 runs gewonnen.
Althans voorlopig. Want met nog 2 uur en veertig minuten
speeltijd voor de boeg na de laatste vangkans die Jan weggaf
op 82 wilde aanvoerder Geurts nog een poging wagen. Nu is
een tweede innings niet altijd een gebeurtenis om bepaalde
conclusies te trekken. De wickets vielen heel snel. Dat kon ook
niet anders aangezien de U.D.-ers tot taak hadden in de kortst
mogelijke tijd veel runs te scoren. Aanvankelijk slaagde alleen
captain Geurts, die magnifiek stond te batten alvorens Arnoud
hem keurig aan de boundary ving. Na 1 uur en 7 minuten was
het totaal 86 en werd gesloten. Hiermee stonden wij voor de
opdracht de runs te scoren of 1 uur en 23 minuten stand
houden. Nu is tijdspelen altijd een riskante onderneming, maar
Hans, die opende, deed dit zo subliem en rustig dat de anderen
hieruit ook de zo strikt nodige rust vonden om stand te houden.
Een kwartier voor tijd, het was inmiddels bijna tien over zeven,
gaf U.D. de strijd gewonnen. Dat ondergetekende een gebrui
kelijk harde aangooi van Hans met zijn enkel stopte waardoor
hij de strijd kon staken was toen niet meer belangrijk. Kwart
voor acht konden wij onder een kletterende regen en onweer
terug naar Amsterdam.
Diegenen onder u die op Vrijdagavond de clubavond in ons
stadion bezoeken zullen hebben bemerkt dat in de benedenzaal
een droom van een oefenkooi is geïmproviseerd, waarin wij op
bijzonder prettige wijze kunnen oefenen. Zo is van de nood een
deugd gemaakt. En welk een deugd. Zoek die eens in Nederland.
Deze gelegenheid biedt vele mogelijkheden, die voor de cricket-
sport van groot belang kunnen zijn. Een volgende maal hopen
wij hierop nader in te gaan. Voorlopig slechts dit. Ieder kan
komen en eens een balletje meegooien en slaan. Cricket in Ajax
is geen onderonsje van enkele oude getrouwen doch kan wor
den beoefend door elke Ajacied, die zijn hart nog niet heeft
geschonken aan onze zusterafdeling. Wie geen lust heeft een
hele Zondag te spelen kan zich dan voorbereiden het volgend
seizoen op Zaterdagmiddag te spelen, waarbij hij dan zelfs ver
schillende Ajacieden als tegenstander zal ontmoeten. Wij reke
nen op de jeugd, ook de rijpere!
PIL.