F. DAZERT
Paleisstraat 3
ENGELS SCHOEISEL
CRICKET
Onregtmaetighe daedt
12
Het lijkt mij niet ongewenst het nieuwe jaar te beginnen met
een overzicht van de geleverde prestaties en beste persoonlijke
gemiddelden van het seizoen 1954. Dat deze prestaties de beste
zijn geweest in onze cricket-historie, zult U zich ongetwijfeld
nog herinneren, en voor wie zich over enkele jaren nog eens iets
wil herinneren, volgen hier dan enkele namen.
Batten:
Not- hoogste
Runs
Innings
out
score
Gem.
F. A. Dukker
363
12
2
125 n.o.
36,30
H. Dukker
441
14
1
107 n.o.
33,92
H. H. Blomvliet
139
8
2
58 n.o.
23,17
W. F. Schoevaart
81
6
1
38
16,20
R. Dukker
134
11
35
12,18
G. Schirmer
150
13
27
11,54
Bowlen:
Runs Wickets
Gem.
Th. Barentsen
64
13
4,92
H. Dukker
459
66
6,95
G. Schirmer
339
48
7,06
Fielden
Aantal vangen
H. Pil 8
D. Schalm 7
H. Dukker6
F. A. Dukker 5 -f 4 st.
Th. Barentsen4
M. Griebling 4
P. Schor4
Behalve deze gegevens hebben wij echter ook een overzicht
van de gehele tweede klasse. Dit overzicht is daarom zo interes
sant omdat dit een bevestiging is van hetgeen wij destijds reeds
schreven aan de samensteller van „Cricket". Deze samensteller
meende namelijk, dat het succes van Ajax slechts te danken was
aan de prestaties van enkele spelers. De cijfers stellen hem vol
komen in het ongelijk. Leest U maar.
Batten: 1. F. A. Dukker; 2. H. Dukker; 7. H. H. Blomvliet;
16. W. F. Schoevaart; 29. R. Dukker.
Bowlen: 2. H. Dukker; 3. G. Schirmer.
Hierbij mag worden aangetekend, dat good old Theo Barent
sen juist 2 wickets te weinig heeft genomen om nummer 1 van
de tweede klasse te kunnen zijn.
Fielden: 4. F. A. Dukker; 5. H. J. W. Pil; 6. D. Schalm; 11.
H. Dukker.
Ik denk niet, dat deze cijfers voor ieder Uwer erg interessant
zijn. Vindt U het wel interessant te vernemen dat wij het plan
koesteren deze zomer ook mee te doen aan de Zaterdagmiddag-
competitie van de Amsterdamse Cricket Bond Dit zal dan in
hoofdzaak bedoeld zijn om jonge spelers de kans te geven het
spel te leren. Ik hoop hierop een volgende maal nog terug te
komen.
Op Zaterdag 20 November 1954 kwam de gehele cricket-
schare in ons stadion bijeen om de kampioenstegel in ontvangst
te nemen. Bijzonder prettig voor ons was de grote belangstel
ling van het bestuur. Onze voorzitter sloeg aan het speechen,
reikte ieder persoonlijk de tegel uit, zette mevrouw Blomvliet
in het zonnetje, vergat bijna iets maar hervond al gauw (na
aanmaning) zijn oude volgorde: een woord een hand een
kus een tegel. Wat een baan! Het bleef daarna nog gezellig
en we kregen de toezegging dat wij ondanks beroeps voetbal-
zorgen toch niet in.de vergetelheid zouden geraken, waarvan we
met dankbaarheid hebben kennis genomen. PIL.
ofte
JKlagte ende Verzugtinghe eens Basketballschoens.
Zei linkerschoen tot rechterschoen,
dit wordt wat al te mal.
Dit laat ik mij geen tweemaal doen,
ik doe aan basketbal(l)!
Zie je die platgetrapte neus?
Die kreeg ik vóór de goal.
Dat heet nou sport dat voetbal, heus
ik lap het an me zool.
Zo'n vies stuk vetleer, niks voor mij,
sprak Rechter tot de Linker.
'k Voel nog de steken in m'n zij.
Vóór dien was ik veel flinker.
Wat hebben ze met ons gedaan?
Ik zou wel kunnen huilen.
We hadden toch zo'n goed bestaan
en nu alleen maar builen.
Is dit de dank voor alle trouw
die ik mijn meester gaf?
En let eens op, wie weet hoe gauw
dankt onze baas ons ....af.
Wat konden wij voorheen niet steeds
vlug uit de voeten komen.
Wat zèg je, Linker, heeft hij reeds
een ander paar genomen?
Nooit zal ik onder aan z'n voet
meer sierlijk pivoteren.
Mij, een van 't beste basket-bloed,
zo gruw'lijk te bezeren.
Voor mij, die big noch tackle ken,
is 't een belediging.
Wat weten zij van „man to man"
of zoon' verdediging?
Wat weten ze van float, van fake,
van „laatste drie minuten"?
Met al hun stadse branie bleek
dat 't boertjes zijn van buten.
Wat van break-out, de uitval tot
het EIGEN (aanvals)-doel!
Van een lay-üp- of drive-in-shot,
kortom, de héle boel?
(De eigen basket is het doel
juist van de tegenstander.
Maar hier noemt men het eigen doel
het doelwit van de ander).
Wat weet gij, voetballer-om-poen,
van levend(ig)e speèltijd?
Wat moet ik aan Uw voeten doen,
gij, die zo grof van been zijt?
Ik, die nog niet de halve tijd
in touw ben op het hout,
word, op een ijskoud veld dat glijdt,
geknauwd en afgesjouwd.
Van warme zaal naar 't kille veldl
Ben ik dan Gerrit Schulte?
En nooit word ik eens uitgebeld
daar op dat veld met bulten.
Wel tweemaal drie kwartier aaneen
duurde die schopperij
Met trappen tegen 't (zere) been;
„time out" was er niet bij.
Als Koning Vorst niet gauw verslapt
dan zijn we eerstdaags uitgetrapt.
Wat zeg ik, zijn we afgeknapt
en kunnen niet meer opgelapt.
Gebruik mij, smeek ik iedereen,
voor BASKETBALL alleen!
B. S. LE MARCHé.