Sigarenmagazijn Rembrandt
Halvemaansteeg 21
Sigaren, Sigaretten Telefoon 37835
en Tabak Beleefd aanbev. G. J. Hulscher
Vivian Woodward *f*
3
comité is druk doende. Waar we het feest vieren en hoeveel
we moeten lappen, is nog niet bekend. Dat hoort U binnenkort
wel. Karei van der Lee verzocht ons U kunt het elders in dit
blad lezen om vooral de oer-oer-Ajacieden op te porren. Dat
doen we natuurlijk graag. Daar gaan we dan. Hallo, old chaps,
het is hoog tijd om U te melden voor het „Oude-borden-borrel-
diner". Ajacieden van onder en boven de vijftig jaar, in het bezit
van het zo benijde rood-wit-blauwe-bord-met-de-Ajaxkop, wor
den bij dezen opgeroepen om omstreeks 18 Maart a.s. juiste
datum volgt nog hun zakelijke bezigheden te staken, hun
vrouw, hun kinderen, hun schoonmoeder voor één avond en een
deel van de nacht te verlaten, de biljart-, klaverjas-, kegel- of
wat voor een club dan ook in de steek te laten, voor één keer
geen flauwe of goede smoes te bedenken en op te trekken naar
het jaarlijkse feest van de-mannen-met-de-borden". Het co
mité rekent op U. Er is plaats genoeg! Enals U komt,
wordt het echt gezellig!
In het Decembernummer van ons clubblad deed de heer Arie
Knijn het voorstel twintig spelers met aanleg bijeen te brengen
volgens hem helemaal niet moeilijk die bereid zijn een
speciale training te ondergaan. In kort bestek kwam het er op
neer de twintig uitverkorenen driemaal per week volgens uit
gestippeld schema te laten trainen en dit dan ten minste een
jaar vol te houden. Wij hebben toen te kennen gegeven, dit
voorstel geen slecht idee te vinden, maarer niet in te ge
loven. Zoals U weet, lopen we al een paar dagen mee, weten iets,
zo niet alles van de training af entoevallig ook iets van de
mentaliteit van vele voetballers. Voor de meeste spelers bestaat
de voetballerij uit Zondags een partijtje spelen (na afloop hard
de benen nemen), Dinsdags, Woensdags of Donderdags een ritje
naar het veld daar liefst zo laat mogelijk aankomen om
sprintjes en rondjes lopen te ontgaan en dan maar achter
een bal aan. Op zichzelf het prettigste deel van de training. Dat
achter de bal aan, dan! Natuurlijk zijn er spelers die de training
serieus opvatten vooral zij die in de hoogste elftallen een
plaats hebben gevonden maar het grootste deel gelooft het
wel. Er zijn er genoeg, die hoogstens eens in de maand of nog
minder komen studie, of een fantastisch drukke werkkring
(met de nadruk op fantastisch) zijn vaak geldige, maar nog
vaker ongeldige redenen, om de tocht naar de Meer niet te
ondernemen. Vooral midden in de winter niet. Vriend Arie blijft
echter optimist. U kunt het in dit blad lezen. Hij heeft ons zelfs
de vraag gesteld, of wij niet willen geloven, dat onze jonge,
veelbelovende spelers de moeilijkheden, die het huidige spel
oplevert, willen overwinnen. Nou, dat geloven wij direct,
weten het zelfs heel zeker, want die komen beslist wel naar de
training. Neem een Bob Haarms, een Eddy Pieters Graafland,
om bij de jongsten uit ons eerste elftal te blijven. Maar de rest
tjadat is iets om even onder je pet te krabben! We zullen
het er over hebben, want de heer Knijn vraagt ook „waar zijn
al die adspiranten en juniores gebleven, die in de jeugdelf tallen
zoveel successen boekten?" Dat willen wij hem haarfijn ver
tellen en daarmede duidelijk maken, „waar de rest gebleven is".
Een klein deel van de jeugd die overgaat naar de seniores,
wordt afgevoerd, sommigen houden met voetballen op, gaan
(vooral tegenwoordig) door het mooie systeem-voetbal andere
sporten beoefenen en wat er dan overblijft stapt vol verwach
ting de hogere voetbalwereld in. Voor velen wordt die nieuwe
wereld een zware desillusie. Waarom? Wel, een eerste en
tweede elftal kunnen ook zonder Bartjens samen maar
twee en twintig spelers bevatten. Een waarheid als een koeIn
die elftallen lopen spelers rond, met soms meer dan een tien
jarige staat van dienst. Goede krachten dus, die niet gemak
kelijk te verdringen zijn. Voorbeelden zullen we de heer Knijn
wel niet behoeven te geven. Wat ligt nu voor de hand? Ge
makkelijk te raden! Vele teleurgestelden geven er vlug of
langzaam de brui aan. Komen in het begin van het seizoen een
paar weken trainen en als ze dan zien, dat het weer Ajax vier
of vijf wordt, is de liefde over en de verloving met Ajax uit. In
de bijna twintig jaren, dat we deel uitmaakten van de jeugd
commissie van onze club, hebben we door deze gang van zaken
vele „toekomstdromen" zien vernietigen. Dat er uiteindelijk
voor „de verloren zonen" nog wel eens een oude illusie wer
kelijkheid wordt, komt natuurlijk, zij het sporadisch, ook voor.
Een goed voorbeeld hiervan is de opneming van vriend Huis in
het eerste elftal. Als we het wel hebben, is Wim nu 26 jaar,
heeft inderdaad meer kansen voor het eerste gehad, maar werd
steeds afgewezen. Nu, na vele jaren, is hij er dan in geslaagd
zich een vaste plaats te veroveren. Een kwestie van doorzetten
dus, zal Arie nu direct zeggen. Accoord, maar hoevelen kunnen
deze moed opbrengen? O.i. maar zeer weinigen, want de beste
jaren van hun voetballeven gaan voorbij en daar hebben zij
Grote Sortering ^uis vana^ Rembrandtsplein
(begrijpelijk) weinig of geen trek in. Gevolg: ophouden (ha, die
overschrijvingsbepalingen!) of doorsukkelen met weinig animo
voor de training onder het motto ,,'t geeft toch niets". Nog
maals, we wensen Arie, of beter de Elftallencommissie, want
die zal deze affaire wel van A tot Z hebben besproken, veel
succes, maarwe geloven het niet eerder dan dat we de
geselecteerde ploeg aan het werk hebben gezien. Een heel jaar
lang!
BROWN.
Enige weken geleden verscheen in de dagbladen het bericht,
dat Woodward een van de grootste middenvoors die Enge
land gekend heeft op 74-jarige leeftijd was overleden. Het
was in Nederland reeds bekend, dat hij ernstig ziek was. Onze
oud-international dr Hans Tetzner heeft tijdens zijn verblijf in
Londen de verlamde Woodward in het ziekenhuis bezocht en
bij zijn terugkomst medegedeeld, dat Vivian in zorglijke om
standigheden verkeerde.
Voor de ouderen onder ons was Woodward geen onbekende.
Deze amateur, die als zodanig ook voor beroepsclubs als Totten-
ham Hotspur en Chelsea uitkwam, was een voetballer van groot
formaat en stond bekend om zijn sportiviteit. Voor het Engelse
nationale elftal werd hij 66 keer uitverkoren. Meermalen speelde
hij met dit team tegen Nederland. In de wedstrijd op Houtrust,
die ons de eerste zege (21) op Albion opleverde, was hij aan
voerder. Een andere match tussen beide landen had op 17 April
1911 plaats op het R.A.P.-terrein, hetwelk zich bevond op Oud-
Roosenburgh, de tegenwoordige Nieuwe Oosterbegraafplaats.
De belangstelling voor deze ontmoeting was zo groot, dat het
R.A.P.-bestuur genoodzaakt was een extra-tribune te laten
bouwen. Wanneer wij de tegenwoordige accommodatie met die
van vroeger vergelijken, zal elkeen begrijpen, dat de toeschou
wers van toen de wedstrijd met moeite konden volgen. Ook
schrijver dezes had als jonge knaap met bescheiden middelen
een goedkope plaats achter een tamelijk hoog houten hek ge
nomen. Doordat hij klein van stuk was, kon hij niet veel zien.
Op een gegeven ogenblik een geweldig gekraakde nieuwe
tribune stortte in. Een chaos en enkele gewonden. Het publiek
moest langs de zijlijnen in het gras worden geplaatst en ook Uw
dienaar maakte van deze gelegenheid gebruik om daar te gaan
zitten. Vol van jongenstrots zat hij naast de toenmalige Engelse
trainer van het Nederlands elftal, Edgar Chadwick.
Onze ploeg bestond uit de volgende spelers:
J. Göbel
Vitesse
L. Otten J. C. Heyning
Quick H. H.V.V.
Arn. Hörburger J. M. de Korver L. Bosschart
V.O.C. Sparta Quick H.
J. Thomee C. W. Ruffelse
Concordia Sparta
Arn van Berckel H. J. M. Francken Mr J. H. Welcker
Quick N. H.F.C. Quick H.
Als scheidsrechter fungeerde Paul Marum uit Keulen en onze
grensrechter was de tegenwoordige hoofdredacteur van de
Sportkroniek, J. Moorman.
Het was een prachtige en spannende match, hetgeen ook uit
de uitslag (01 voor Engeland) blijkt. Onze verdediging was
uitstekend. Vooral L. Otten, die later professor is geworden,
speelde een sublieme wedstrijd. Na afloop trok de captain van
de Engelsen, Woodward, zijn shirt uit en overhandigde dit aan
Otten voor diens fraaie spel. Dit tekent het karakter van
Woodward.
Een fijn mens en een groot voetballer is heengegaan.