4
Exclusieve
Herenmode - Confectie - Hoeden
Shirts - Pyama's - Onderkleding - Shirimaker
f A. A. de Ruiter, Overtoom 532, Tel. 89288, West
De K.N.V.B. en het gesloten seizoen
Enige jaren geleden heeft het bestuur van de K.N.V.B. het
gesloten seizoen ingesteld. Ik meen niet te overdrijven, als ik
zeg dat daarvan in de practijk weinig of niets is terechtge
komen. Interessant was dan ook het vraaggesprek, dat
ir Hopster als voorzitter van de K.N.V.B. onlangs met een
verslaggever van de Nieuwe Rotterdamse Courant over dit
onderwerp heeft gehad.
De bondspraeses vond het gewenst en belangrijk voor de be
oefenaars van de zomersporten en ook voor de voetballers
onder hen, wanneer de voetbalbond gedurende een redelijke
periode van de zomer geen beroep op de algemene belangstel
ling zou doen. Maar dat was dan ook werkelijk de enige reden
en hij zou het gesloten seizoen zeker niet willen laten gelden
voor alle plaatsen „buiten", waar men ook in het gesloten sei
zoen tot heden verlof kreeg om te voetballen, omdat daar toch
niets anders op sportgebied gebeurde of gebeuren kon.
Ir Hopster was overigens van mening, dat er niet het minste
bezwaar zou zijn tegen een vervroegd gesloten seizoen, wan
neer de competitie in de. periode SeptemberMei kon worden
afgewerkt. Maar ook dan wenste hij dit gesloten seizoen zo te
beschouwen, dat de K.N.V.B. zijn officiële programma zou heb
ben afgewerkt, zonder dat hij zijn clubs het spelen van vriend
schappelijke wedstrijden e.d. per se zou verbieden.
Oppervlakkig gezien is deze uitspraak van de heer Hopster
voor de zomersporten niet ongunstig. Bij nadere beschouwing
biedt ze echter weinig houvast.
Immers, de geachte voorzitter wil clubs in plaatsen waar
alleen voetbal in tel is, rustig toestaan het hele jaar te trap
pen. Hij heeft geen bezwaar tegen het gesloten seizoen, mits de
K.N.V.B. zijn officiële programma heeft afgewerkt. Dit houdt
dus in, dat, ook indien van bondswege het verloop der compe
titie onnodig wordt vertraagd, de zomersportorganisaties zich
daarbij maar hebben neer te leggen.
Ten slotte zou deze voorman de voetbalclubs het spelen van
vriendschappelijke en dergelijke wedstrijden niet per se willen
verbieden. Als een club dus zo'n wedstrijd wil organiseren
al is het in het hartje van de zomer dan kan het Bonds-
bestuur niet ingrijpen.
Conclusie: iedere voetbalvereniging kan gedurende twaalf
maanden ongestraft haar gang gaan.
Hoe ernstig men ook achter de tafel met het gesloten seizoen
rekening houdt, moge uit het volgende voorbeeld blijken.
Daar de A.V.B. in September 1954 60 jaar bestaat, zond een
daartoe gevormd jubileumcomité in Maart 1953 aan alle aan
gesloten verenigingen een circulaire. In een vergadering had
dit comité besloten zowel voor seniores als voor de jeugd tour-
nooien te organiseren en deze over twee jaar (1953 en 1954)
te verdelen.
Bedoelde tournooien dienden uiterlijk 20 Mei aan te vangen,
waarbij dan dispensatie zou worden gevraagd om in het ge
sloten seizoen tot 15 Juli te spelen.
Het is verre van mij de A.V.B.in welke organisatie ik vele
wedstrijden heb gespeeld, iets in de weg te leggen, maar het
gaat hier om het principe, of er aan het gesloten seizoen nu
werkelijk enige waarde wordt toegekend. In de hoofdstad wor
den, als ik het goed heb, toch wèl zomersporten beoefend.
Ik meen mij te herinneren, dat er een jaar of vier geleden in
de „Sportkroniek" van Amsterdamse voetbalzijde critiek werd
geleverd, omdat er in het Olympisch Stadion in de maand Sep
tember nog een speedwaywedstrijd was gehouden.
Voelde men dit toen als oneerlijke concurrentie?
Als er op vele Zondagen door slechte weersomstandigheden
niet kan worden gevoetbald of, zoals in Februari 1953 bij de
watersnood, de competitie enige tijd wordt stilgelegd, zal geen
enkele zomersportbeoefenaar de K.N.V.B. daarvan een verwijt
maken.
Met betrekking tot het eerste punt is er immers sprake van
overmacht en in het tweede geval heeft men volkomen terecht
getoond dat er nog wel iets belangrijkers dan sport is. Anders
wordt het echter, als het seizoen op een niet goed te praten
wijze wordt gerekt, waardoor niet alleen de zomersporten,
maar ook de voetballers zelf worden gedupeerd. Ik geloof niet
mij aan afbrekende critiek schuldig te maken als ik schrijf,
dat het er dit seizoen bij de samenstelling der programma's
wel heel eigenaardig toegaat.
Vele elftallen hebben ondanks het feit, dat de regen nog geen
enkele maal als spelbreker is opgetreden, al met enige rust
dagen „genoegen" moeten nemen. Dat dit de vorm van de be
trokkenen niet ten goede komt, behoeft wel geen betoog.
Op 1 November (Allerheiligen) stond de competitie nage
noeg stil. Waarschijnlijk is dit een der bepalingen die bij de
fusie der verschillende voetbalbonden zijn gemaakt.
Maar wat zagen wij nu op die dag? N.O.A.D. speelde wel,
Volendam 2 eveneens en in de plaatselijke afdeling werd er
door de R.K. clubs al evenzeer naar hartelust getrapt.
Om fit te blijven traden de vier Amsterdamse eerste klassers
toen maar voor een vriendschappelijke wedstrijd aan. Gezien
het bovenstaande hadden deze, en vele andere elftallen, eigen
lijk ook voor de competitie kunnen spelen.
Men heeft er altijd zoveel mogelijk naar gestreefd dat de
competities gelijkmatig verlopen. Maar hoe komt het dan, dat
er elftallen zijn (b.v. Ajax 2 en 3), die enige wedstrijden minder
hebben gespeeld dan de andere teams in hun afdeling?
Zondag 15 November kwam Zuid-Nederland tegen Luxem
burg uit en het Rotterdams elftal kampte met een bondsploeg
om de Gouden Onafhankelijkheidsbeker. Dit had ten gevolge,
dat er in de eerste klasse slechts twee wedstrijden werden ge
speeld. Maar ook het programma der lagere elftallen toonde
weer de nodige hiaten. Ik vraag mij andermaal af: waarom?
Het interlandprogramma wordt er intussen niet kleiner op.
De ontmoetingen met Noorwegen en de eerste met België
behoren tot het verleden, maar er volgen nog:
7 Maart: Engeland (amateurs)Nederland.
4 April: BelgiëNederland.
26 Mei: ZwedenNederland.
30 Mei:
ZwitserlandNederland.
Voorts een of meer semi-interlandwedstrijden.
Als men dan in aanmerking neemt, dat de afdelingskam
pioenen in de strijd om de hoogste titel zesmaal in het veld
verschijnen, zal er van het op tijd eindigen van de voetbal
competitie wel weer niet veel komen, om maar niet te spreken
van de Zondagen waarop wegens de slechte gesteldheid der
terreinen niet kan worden gespeeld?
Wanneer zal onze machtige bond nu ook eens met de daad
tonen een open oog te hebben voor de zomersportliefhebbers,
wie slechts enkele maanden ter beschikking staan? Met het
in het leven roepen van het gesloten seizoen heeft het Bonds-
bestuur afgezegd; laat het dan ook b zeggen. Anders is het
een phrase. Men stelt, als het in zijn kraam te pas komt. Enge-