Oude glorie vraagt Uw aandacht! S. Tump Lid van Verdienste 6 Er is enige moed voor nodig om als ,,vlieggewicht"-clubblad- redacteur op bezoek te gaan bij een slachtoffer, dat ondanks een gewichtsvermindering van 44 pond toch nog altijd met 112 kg tot de zwaargewichtklasse moet worden gerekend, zult U misschien denken. Ik kan U echter geruststellen, want een avond bij Sam Tump (Sam alleen voor de oude garde) gaat zonder bloedvergieten gepaard. Met meer dan veertig dienst jaren behoort hij zeer zeker tot de oude garde, die Rinus Michels in onze jubileum-revue met heldere stem bezong. R.A.P., indertijd spelende op Oud-Rozenburg, was de eerste vereniging van onze gastheer. Het grootste gedeelte van haar leden bestond uit scholieren van de Handelsschool Hofland. In de tweede klasse van de K.N.V.B. was R.A.P. altijd een gevreesde tegenstander, wat zeker niet minder werd toen een fusie met Volharding tot stand kwam. De heren J. G. N. Bosch en P. Klik hebben op hun geweten, dat Ajax in 1911 weer een lid rijker werd en achteraf bekeken geen slecht lid. De prestaties van Simon op het groene veld konden in het eerste jaar bij de elftallencommissie geen hogere waardering vinden dan een plaats als rechtsback in het vierde elftal. Er waren blijkbaar diverse goede spelers in dit team, want na betrekkelijk korte tijd kwam het tot een massale verhuizing naar het tweede. Met mijn cliënt mochten de ge broeders Mars, Beuker, Laan, Ten Herckel en Gosen hun geluk in de hogere regionen beproeven. Vriend Tump heeft op verschillende plaatsen gespeeld, voor namelijk spil en rechtsbuiten, maar wanneer op bepaalde mo menten een sterke tank in het binnentrio nodig was, werd Simon tot middenvoor gebombardeerd. Dat tweede elftal veranderde natuurlijk wel eens en hij zal zelf wel nooit hebben gedacht dat, toen Jan Grootmeyer, Fons Pelser en André de Kruyff ook hierin uitkwamen, laatstgenoemd tweetal het oranje-shirt nog eens zou dragen. De oorlog van 19141918 maakte aan verdere illusies een einde. De competitie bracht de nodige moeilijkheden; verder dan een enkele gastvoorstelling in tournooivoetbal kwam Tump niet. Alles ging even gemoedelijk. Deze prettige ge woonte bracht hem geheel onverwachts in het Amsterdams elftal, toen Frans Schoevaart, die zelf verhinderd was, hem maar naar Dordrecht stuurde. Na de oorlog stelde hij zich alleen maar beschikbaar voor noodgevallen. Als de dag van gisteren herinnert hij zich nog een optreden in Den Helder als plaatsvervanger van Frans Couton. Het was weer eens een van die wedstrijden, waarin alles moest worden gegeven om een gunstig resultaat te be reiken. In de rust werd tot het zware kanon de noodkreet gericht, in de tweede helft linksbinnen te gaan spelen. Even als enkele vorige malen was het succes weer groot; twee doelpunten waren voldoende om de zege te behalen. Hij maakte nooit een extra gebruik van zijn lichaamskracht. Het was nog de tijd van de faire charge en je moest er maar voor zorgen stevig op je benen te staan. Ik weet nog heel goed in een trainingscampagne vóór de aanvang van een seizoen, dat Reynolds mij in een elftal als rechtshalf opstelde. De half- linie van de tegenpartij bestond uit: Jan Schoevaart, Manus ten Herckel en Simon Tump. Hun gemiddeld gewicht bedroeg 100 kg. Er was maar één oplossing: niet dat benauwde. Ik heb die avond dikwijls wat horen kraken, maar smaakte toch het genoegen om Sam, toen hij even op één been stond, met de grasmat te laten kennismaken. Onze toenmalige terreinknecht Dirk kostte het heel veel tijd de deuk in het veld te herstellen. Zelf moest ik op de avond van dit onderhoud nog de opmerking incasseren: ,,je was vroeger een klein krErg hè? Zijn activiteit op het grastapijt mocht dan na de oorlog beperkt blijven tot veteranenvoetbal, achter de groene tafel diende hij Ajax als bestuurslid van 19201931 en als elftal- lencommissielid 17J^ jaar, waarvan vele jaren als voorzitter. En passant werd daarbij nog de functie van clubavondcommis sielid waargenomen en de oer-gezellige tijd van deze club avonden in de Oude Karseboom, waar De Haas je tegen slui tingstijd je broodje half om of speciaal kwam brengen, zullen voor hem en vele lezers onvergetelijk blijven. Diverse jaren bestond de elftallencommissie uit het trio Th. Brokmann, J. Schoevaart en Tump en de prettige samen werking die hij van deze heren, evenals van andere commissie leden en collega's uit het bestuur heeft ondervonden, appre cieert hij ten zeerste. Het kwam in die jaren meer dan eens voor dat, wanneer je een wedstrijd voor een elftal had gespeeld en in de ,,oude Meer" op weg naar huis was, er plotseling een Harley David son naast je stopte en dat je dan door mijn cliënt bij de schou ders werd genomen en vervolgens te horen kreeg: „zeg pop, als je misschien dacht dat je klaar was, heb je het mis, want elftal zoveel staat met te weinig spelers". Motorrijden en sigarenroken waren zijn hobbies. Hoewel de Stadhouderskade in die jaren nog niet zo mooi geplaveid was als tegenwoordig, was het voor hem geen bezwaar om het stuur volkomen los te laten en op zijn gemak met beide handen naar zijn sigarenkoker te tasten. De motor draaide rustig door en wanneer het Churchill-model was gevonden, werd de sigaar door hem op z'n gemak behandeld en opgestoken. Dit mocht dan op de Stadhouderskade niet de minste angst voor een duo rijder behoeven te wekken, op de oude Middenweg in de prut ben ik bij deze manoeuvre ook tegenwoordig geweest. De tocht ging naar onze Kruislaanvelden, met een flinke gang het bruggetje over en dan door de modder naar de kleedkamer. Ondanks de hartverschuiving die je dan had opgedaan, moest je nog goed spelen ook. Ik stel mij voor dat er wel eens spe lers zullen zijn geweest, die vlekken in een bepaald deel van hun kleding hebben gevonden. Misschien kan Wim Volkers hierover meepraten. Hij zat na afloop van een wedstrijd net als een schaakmeester in tijdnood en verzocht Sam hem even op de motor naar huis te brengen. De tocht ging over de r S. Tump: „Laten zij maar hard trappen; ik ben pro motor" Foto Desmit

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1953 | | pagina 6