't Is er dan toch eindelijk weer van gekomen. Na weken zonder voetbal te hebben gezeten is dat even wat? zijn we Zondag 25 Januari, met nog een paar zo'n dikke twaalf duizend vrienden van de bruine knikker, naar ons stadion getrokken. Als van ouds was het er lang niet ongezellig en daar V.S.V. op bezoek kwam (waarmede onze boys vanwege een 32 nederlaag nog iets te vereffenen hadden), lag een prettige voetbalmiddag in het verschiet. Door een Ajax-bril bekeken is het niet zo'n bijster prettige voetbalmiddag gewor den. Daar zorgde V.S.V. voor en tegen het einde van de match een stel „kussen-smijt-athleten". Het zal U bekend zijn, dat een Engelse geleerde, een zeke re heer Darwin, ontdekt moet hebben, dat alle levende wezens uit het planten- en dierenrijk dus ook U en wij zich trapsgewijs door de natuurlijke teeltkeus ontwikkeld hebben tot hun tegenwoordige staat. Doorbordurende op dit thema, moeten U en wij dan zeer naaste familie van de gorilla, de chimpansee etc. zijn. Het zal U vermoedelijk wel eens zijn op gevallen, dat die beesten de loffelijke gewoonte hebben elkaar na te doen. Vandaar het werkwoord naapen. Toen de heer Van Leeuwen, scheidsrechter en hoe! tijdens het voetbalduel waarover wij U straks gaan vertellen, een o.i. correcte, vol gens anderen een onjuiste beslissing nam, die niet in de smaak viel bij een deel van de „overdekte-tribune-zitters", voelde een heer zich geroepen de eigenaars van de „makkelijke zitjes" een financiële deuk te geven. Met een fors gebaar voldeed de brave man aan zijn verlangens en trachtte en passant z'n per soonlijk record „kussensmijten" te verbeteren. Of deze „sport man" in zijn opzet geslaagd is, zal wel te eeuwigen dage on bekend blijven. Hij heeft zich tenminste niet bij ons bestuur gemeld. Jammer dat hij niet met een van zijn schoenen heeft gegooid, wij hadden U dan vrij zeker iets over zijn record prestaties kunnen melden. Wat hij met zijn daad bereiken wil de, is ons niet erg duidelijk, maar dat hij ons nader tot de heer Darwin heeft gebracht, staat vast. Tientallen gelijkge stemde lieden gingen tenminste onmiddellijk bovengenoemd werkwoord vervoegen, waaruit we kunnen concluderen, dat het Darwinisme niet zo maar opzij» te zetten is. Neen, die En gelse geleerde moet, toen hij zijn theorie opbouwde, toch wel heel diep hebben nagedacht. Of de hierboven bedoelde athleten hun hersenen voor zover aanwezig wel eens gebruiken, tja, dat is weer iets anders, 't Zou bijzonder prettig zijn, als zij het tijdens hun bezoek aan een voetbalwedstrijd deden of het in ieder geval probeerden. Het peil hunner beschaving zou er beslist iets door opgeschroefd worden. Enonze club zou er erg dankbaar voor zijn. 't Geeft namelijk zo'n veilig gevoel, beschaafde lieden in je huis te hebben. Vooral als zij op de duurste stoelen zitten. Mochten de opgesomde bezwaren geen punt van overweging uitmaken, dan zouden we de heren be leefd willen verzoeken even te denken aan de firma, die de kussens verhuurt. De firmanten steken beslist de vlag niet uit, als zij hun eigendommen door de lucht zien zweven. Zij staan in ons en andere stadions om er „beter" van te worden en per se niet uit philanthropische overwegingen. Misschien zal dit laatste argument de doorslag geven. Bij voorbaat dan hun en onze dank! En nu de match. De V.S.V.-ers waren naar Amsterdam gekomen met het vaste voornemen, zo tegen klokke vier, ons team tegen een nederlaag te laten aankijken. Dat was binnen een kwartier zo helder als een brok kristal. Piet van der Kuil en z'n mak kers deden zulke prettige dingen met de bal voor hun sup porters dan dat ons elftal er raar van opkeek. In feite er eigenlijk zo'n beetje verloren bijliep. Wel werden schuchtere pogingen aangewend om ook eens aan bod te komen, maar alles ging zó ontstellend slow, zó zonder enig overleg, dat de V.S.V.-defensie niet de minste moeite had ons aanvalsquintet in bedwang te houden. Toen we het spel van onze shirtdragers voor deze gelegenheid in het blauw enige tijd hadden gadegeslagen, moesten we ineens aan ons teamcomité denken. Nou, hun baantje is toch werkelijk geen lolletje. Zitten de heren iedere Maandagavond te piekeren om 's Zondags iets goeds op de grasmat te leggen en krijgen dan tot dank even een partijtje voetbal voorgeschoteld, gewoonweg om van te rillen. De V.S.V.-ers vonden het wel best zo. Draafden als ren- paardjes over het veld en probeerden met wat vuurwerk iets aan de score te doen. Dat gelukte niet zo best, omdat schieten een onderdeel van het spel is, waarvan vele voetballers weinig of geen kaas hebben gegeten. Bovendien gebruikte Van Mou- rik letterlijk en figuurlijk een paar maal zijn hoofd, toen de man van het scoringbord al een hand uitstak naar de plankjes met de cijfers. In de 24ste minuut kon hij dat met het volste recht doen. Van der Kuil, in blakende vorm, sloeg met een rap sprintje onze rechtsback en doordat Visser niet snel genoeg reageerde, kreeg de V.S.V.-er gelegenheid naar een gat te zoe ken waarin de bal paste. Hij vond het (01). Onze voorhoede ging er toen over denken ook eens iets goeds te doen. Nieuwe ling Goedkoop vroeg even de aandacht. Het haalde niet veel uit, daar er zonder enige overtuiging tegen de bal werd ge trapt en omdat de Velsenaren hoe langer hoe meer de over tuiging kregen, dat van dit Ajax gemakkelijk gewonnen kon worden. Zij gooiden er nog een schepje op en onze verdediging bleef niets anders over dan alle zeilen bij te zetten om doel punten te voorkomen. Tot ieders verwondering slaagden Bos kamp, Visser en de zwak spelende Van Mourik er in met de hoognodige steun van de middenlinie de V.S.V.-ers het scoren te beletten. Als de rust met een 30 achterstand was ingegaan, zouden we werkelijk niets te reclameren hebben ge had. De knap voetbal spelende voorhoede der tegenpartij kon de juiste richting echter niet vinden. Zo begon de tweede helft met een altijd nog wel in te halen achterstand. Zes minuten later lag de figuur anders. Een voor zet van de rechtsbuiten der roodhemden zeilde langs ons doel, Visser bekeek de situatie verkeerd, kreeg de bal niet onder controle, waarvan linksbuiten De Graaf profiteerde en zonder bedenken hard inschoot. Aldus 0—2 voor V.S.V. en volgens velen Ajax reddeloos verloren. Die mening klopte aardig met het nu volgende spelbeeld. V.S.V. rustig verdedigend, loerend op een kans de score te verhogen en een Ajax dat maar heel slap bleef spelen. Veteraan Co Stijger voelde zich in zijn ele ment. Zelden zal hij het zo gemakkelijk hebben gehad als deze middag. Een door iedere Ajacied in de steek gelaten mid denveld was zijn onbestreden domein en dat Co en zijn blonde clubgenoot zich daar best vermaakten, is zo klaar als een klont. Met korte en lange passes best op maat werden hun rappe forwards steeds aan het werk gezet en hoe die knapen daarvan gebruik maakten, kunnen Boskamp en Visser U het beste vertellen. Hans moest eenmaal alles geven om de doorgebroken Van der Kuil nog te achterhalen en Visser kreeg gelegenheid enige meer dan knappe saves te verrichten om doelpunt nummer drie te voorkomen. Hij deed het glorieus. Voetbal is een wonderlijk spel. U weet het. En dat het altijd zo zal blijven, is aan geen twijfel onderhevig. De match AjaxV.S.V. werd er een duidelijk bewijs van. Vijf en zestig minuten waren de Velsenaren onbetwistbaar sterker geweest; de laatste vijf en twintig eveneens onbetwistbaar - niet meer. Als bij toverslag was onze ploeg wakker geworden. Alle loomheid ging de grond in en geestdrift kwam er voor in de plaats. Het tot nu toe oppermachtige V.S.V. werd in de hoek gedrukt, waar tenslotte de klappen vallen. Zo maar. De Vel- ser-verdediging -zeer zeker niet het sterkste deel van de ploeg begon te wankelen en toen Goedkoop een schot in zond, wist doelman Van der Wint niets beters te doen dan de bal voor de voeten van Bakker te slaan. „Dank U wel", moet Klaas gedacht hebben en deed de knikker precies onder de lat verdwijnen. Dat was dus 12 en nog een dik kwartier voor de boeg. De lieden van de tribunes begonnen er weer in te geloven, vooral toen Michels blijk ging geven er toch nog iets van te kunnen en te kennen. Enkele malen wandelde Rinus door de V.S.V.- verdediging om, spijtig genoeg, op het laatste ogenblik te falen. Toch kwamen we nog aan de gelijkmaker. Vijf minuten vóór het einde gingen Leeser en linksback Kunst op weg om een bal, die over de zijlijn dreigde te gaan, te achterhalen. Leeser won de sprint en kwam als overwinnaar uit de onver mijdelijke botsing te voorschijn. De kans op een doelpunt was vrijwel nihil en toch kreeg Rolf de stuiter in het net. Hoe hij het heeft geleverd, zal wel altijd een raadsel blijven, maar dat de stand gelijk was, viel niet te ontkennen. U voelt de teleur stelling bij V.S.V. en de vreugde bij onze ploeg, die nu nog wilde winnen ook. Eerlijk gezegd, zou dat te veel van het

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1953 | | pagina 2