Ajacieden in het buitenland
den in de echt, zodat Petronella en Hans voortaan, lief en leed
delende, samen door het leven zullen gaan. Een groot aantal
Ajacieden liet zich op de huwelijksdag niet onbetuigd en bood
de gebruikelijke hartelijke gelukwensen aan. Van deze plaats
sluiten wij ons daarbij gaarne aan en spreken tevens de wens
uit, dat het levenspad der jonggehuwden door heel weinig leed
en veel lief zal worden gekruist.
Ter gelegenheid van de jaarwisseling houdt het bestuur
1 Januari receptie in ons stadion. U hebt dit bericht kunnen
lezen in het „Ajax-Nieuws" van December j.l. Afgaande op de
opkomst, c.a. zestig dames en heren als U het misschien niet
v/eet, onze vereniging telt zo ongeveer 1200 leden zouden we
zeggen, dat er een paar leden zijn nou ja, een paar die ons
blad beslist niet inkijken (over lezen praten we niet eens). Dat
moet U in het vervolg toch eens doen. Dat inkijken, bedoelen
we. Er staan nog wel eens officiële mededelingen in. 't Is altijd
prettig als U daar iets van afweet. Als U ons Decembernummer
had gelezen, zou U wellicht ook naar de Meer zijn gekomen.
Het was er beslist niet ongezellig. De kern van onze club gaf
natuurlijk acte de présence, maar Uw aanwezigheid had de
kelk van plezier doen overlopen. Misschien wilt U het volgend
jaar 1 Januari de inhoud van de fles vormen, die genoem
de kelk doet vol- en overlopen. Zo'n goed gevuld glas is bevor
derlijk voor de clubgeest. Mogen we op U rekenen? Onze pen
ningmeester doet dat zonder twijfel.
We zijn een paar weken geleden naar Ajax 2D.W.S. 2 ge
weest. Er werd beslist aardig gevoetbald. Door een paar spelers
van D.W.S. Bij de blauw-zwarten liep een jong snuitertje rond,
van wie de polderclub nog veel plezier kan beleven. Hij maakte
een knap doelpunt, deelde met het gebaar van een oude rot een
serie passes uit, waarvan onze defensie hoe noem je dat ook
weer o ja, die haar dag niet had, raar stond te kijken. Doel
man Pieters Graafland kon er niets aan doen, dat door die
„slechte dag" D.W.S. aan drie doelpunten kwam. Dat, van die
„dag", schrijven we niet als „prop watten tegen het bloeden".
De jongens met het verticaal gestreepte shirt verdienden de
overwinning volkomen. Ze speelden met volle overgave voor de
zege en bij ons liepen wat boys, die er „iets-aan-deden" en een
paar, die in capaciteiten ver te kort schoten. Daarmee moet je
bij D.W.S. niet aankomen. Om de zaak zuiver te stellen; ons
team miste een paar prominenten. Dat scheelt altijd een slok
op een glas melk. Tijdens de match tegen Blauw Wit 2, een
elftal bestaande uit spelers wier namen heel vaak in de krant
stonden, viel dat sterk op. Maar daarvan vertelt collega Van
Tuyl. Dat leest U dus elders in dit blad.
We hebben in een dagblad „het verweer" gelezen. De zwane-
zang van de oude K.C. Het eerste couplet tenminste. Waarom
het geschreven moest worden, is ons niet erg duidelijk. Wat
kan je te reclameren hebben, als je meer dan vijf lange jaren
een succes van nul komma nul hebt gehad Wat gaat het ons
aan, of je vindt dat „men" de „uitjes" cadeau kan krijgen (het
heeft wel lang geduurd om tot die conclusie te komen), wat
gaat het ons nu nog aan, of het niet boterde tussen meneer A en
meneer B? Er had voor gezorgd moeten worden, dat het wel
boterde; daar is toch tijd genoeg voor geweest, dunkt ons zo.
Hoe het echter ook zij, wie interesseert „het verweer" nog? De
sportredactie van het blad? Vermoedelijk wel, want wie laat
een kluif, waarvan verwacht kan worden dat ze vet is en niets
kost, schieten? Achteraf blijkt het een kluif van een heel ma
gere viervoeter te zijn, die geen spatje vet opbrengt. We geloven
dan ook niet, dat de voetbalschare in de rij gaat staan om er een
paar brokken van machtig te worden. Het zal haar een zorg
zijn! Het enige wat haar interesseert is, wat zal de nieuwe K.C.
doen?
En zo denken wij er ook over. De heer Hoolboom kennen wij
niet, de heer Van Es heel vaag, doch de heer Denis is bekend
bij iedereen die in ons sportwereldje rondloopt. Eens, als actief
voetballer, een sieraad van onze velden, een sportsmanmet
een serie „interlands" achter zijn naam, waarvan men opkijkt
die te allen tijde als voorbeeld gesteld kan worden en
iemand, die in het dagelijks leven iets betekent. Met personeel
omgaat en van wie men dus mag verwachten, dat hij iets, zo
niet veel, van psychologie afweet. Want dat is toch een zeer
belangrijke factor bij het samenstellen van elftallen.
Hierop zullen we misschien komen we er nog eens op
terug niet verder ingaan, maar eindigen met de wens, dat
genoemd trio met steun van de heren Kruyver en Pellikaan veel
succes zal hebben. Dat moet zonder enige twijfel mogelijk zijn,
want als er clubmensen gevonden kunnen worden die in staat
zijn, jaar in jaar uit, prima elftallen uit een reservoir van kleine
afmetingen te putten, moet het voor een teamcomité met onbe
grensde mogelijkheden een koud kunstje zijn, een meer dan
goed elftal het veld in te sturen. Als men rustig zijn eigen weg
gaat, zich niet door allerlei „radio- en krant-groen" laat storen,
zijn oor bij de enige mensen die het weten kunnen voorzitters
en/of leden van de elftalcommissies der verenigingen te luis
teren legt, de clubbladen der eerste- en tweede-klassers na
snuffelt, wel, dan kan een kind de was doen. Heren Hoolboom,
Van Es en Denis, nogmaals veel succes!
BROWN.
STILTE IN DE REGEN.
Een gesloten seizoen betekent voor de voetballers een, wel
licht welkome, adempauze. Voor een clubblad-redacteur impli
ceert het de noodzakelijkheid de reeds zo afgetobde hersenen
andermaal in werking te stellen, nabeschouwingen te geven
over het afgelopen seizoen (nakaarten) en verwachtingen te
uiten omtrent de komende competitie (gokken).
Voor mij, die slechts te hooi en te gras een bescheiden penne-
vrucht en dan nog uit het verre Bandjermasin opstuurt,
is een gesloten seizoen een periode, gedurende welke het hele
maal erg moeilijk is iets over de voetballerij op Borneo te mel
den. „Nakaarten" en „gokken" zijn voor U van geen belang; de
clubs, de spelers en hun capaciteiten zijn U volledig onbekend.
Welnu, het gesloten seizoen is in Bandjermasin thans aan
gebroken. Valt zo'n periode bij U samen met de warme
zomermaanden, hier onderbreken wij de competitie gedurende
de regentijd. Wanneer de regen in alle hevigheid dagen achter
een neerplenst, zoals thans hier, houdt een goed gedraineerd
veld in Nederland het zelfs niet uit, laat staan ons enige grind-
veld vol kuilen.
Het terrein waarop wij zo menigmaal acrobatische toeren
hebben verricht, ten einde een bal onder controle te krijgen en
tevens de rondspringende kiezelstenen te ontwijken, dient thans
als oefenterrein voor het Indonesische veldleger. Commando's
schallen van de staantribune, soldaten duiken weg in modderige
kuilen en greppels, kortom onze enige bron van sportief ver
maak is herschapen in een imitatie-Korea.
Ik ben geen oorlogs-correspondent; de regentijd in Bandjer
masin legt mij derhalve tijdelijk het zwijgen op. In Uw voetbal
wereldje wordt toch reeds zoveel geschreven en gesproken (en
zo dikwijls door leken), dat het wellicht weldadig aandoet, in
dien althans iemand eens een poosje zijn mond dicht houdt.
Zeker, wanneer het een grote leek is als
CEES DE VLIEGER.
Bandjermasin, 16 November 1952.
Waarde Cees,
Hartelijk dank voor de verschillende bijdragen. Als wij het
goed hebben opgevangen, is je vader van plan naar Borneo
(het kan echter ook Borneostraat geweest zijn) te komen voor
een interview ten behoeve van de rubriek „Oude glorie vraagt
Uw aandacht". Niet verklappen hoor! Maar hoe dan ook, bin
nen niet al te lange tijd hopen we weer een artikel van je te
mogen ontvangen. Namens de gehele Ajax-familie, good luck!
RED. A.N.