Een geslaagde Kienavond.
„Ga je mee, ga je mee, naar het Ajax-stadion"
zwaar te bespelen veld een aantrekkelijke partij voetbal en
bedwong na een hevig gevecht een bekwame tegenstander.
Jammer, dat ik hier moet spreken van een gevecht, want
het spel van D.W.V. was tè hard om de match een prettig
verloop te doen hebben. Hetgeen overigens de enige schaduw
was in deze interessante en spannende wedstrijd, opgeluisterd
met mooie doelpunten van weerskanten.
In de eerste helft had onze verdediging een zware dobber
aan het agressieve open aanvalsspel van de Nieuwendammers
en vooral onze kanthalves schoten in deze periode meermalen
te kort, hoewel Waldeck en Velder beiden eens een zeker schij
nend doelpunt voorkwamen. In onze voorhoede speelden de
binnenspelers Westers en v. d. Wel een grote rol, vooral in de
opbouw, die door de grote druk van D.W.V. op onze verdedi
ging grotendeels van hen moest komen.
In samenwerking brachten zij ons eerste doelpunt tot stand
en toen daarna door een StandaarWesters-combinatie no. 2
langs de D.W.V.-doelman ging, leek het of we een heel eind op
de goede weg waren.
D.W.V., dat na ons eerste doelpunt al met drie felle tegen
stoten had geantwoord, kwam overdonderend opzetten en 10
minuten later stonden onze jongens met 23 achter. Kort
voor de rust bracht een StandaarBrokmann-actie op de lin
kervleugel de gelijkmaker.
In de tweede helft was het al Ajax wat de klok sloeg;
v. d. Wel gaf ons met een listig doelpunt opnieuw de leiding.
Kort daarop kwam na een aanval over de hele linie Brokmann
in het bezit van de bal. Een niet ongestoord bezit en de scheids
rechter wees terecht naar de witte stip, waarvandaan even
later een schoen van v. d. Wel de bal in het D.W.V.-doel schoof.
Een zeer mooi flitsend doelpunt van Brokmann bracht de
eindstand op 63.
Ajax 3 kwam slechts éénmaal in actie en won van Spar
taan 2 met 40.
Ajax 4 zag ik met hangen en wurgen met 3—2 winnen van
Aalsmeer 2 en een week later gebeurde wat velen onzer vrees
den: een nederlaag. Met 23 werd van W.M.S. 2 verloren. Een
bof voor Boonstoppel c.s. was, dat ook Meteoor 2 verloor,
waardoor onze jongens de leiding behielden.
Tanden op elkaar, boys, in de eindstrijd! Het zou te gek
zijn als jullie elftal, dat zo fraai startte, het kampioenschap
zou laten glippen!
In ons vorig nummer, het laatste van 1951, sprak ik de hoop
uit, U in 1952 nog veel goeds van onze elftallen te kunnen
vertellen. Deze eerste aflevering mag er wezen, dunkt mij
ADÉ.
Dat een kleine aankondiging in ons clubblad haar doel niet
mist, bleek overduidelijk uit de zeer grote belangstelling die
er Vrijdag 21 December 1951 voor de jaarlijkse kienavond
bestond. Er was geen bank safe. Het volgende is in hoofd
zaak bestemd voor degenen, die thuis slachten.
Om een vlot verloop te bevorderen en de avond zijn aan
trekkelijkheid tot het einde te doen behouden, waren de ge
lukkigen (of slachtoffers?) ditmaal niet vrij in hun keuze.
Als conferencier trad op Arie de Wit, die een toepasselijke
verhandeling gaf over de Gelaarsde Kat, al had ik moeite hem
bij te sloffen. Je kon wel merken, dat hij! voorzitter van de
Elftallencommissie is. Ook hier was „tempo" zijn devies.
Voordat de glaasjes rinkelden, sprak voorzitter Koolhaas
de scheidende Gerrit Gischler toe, die im Venezuela duidelijk
zal maken dat het bier weer best is. De president schetste
Gischler als een sportman, die op en buiten het veld steeds
een sieraad van onze vereniging1 is geweest. Gerrit, bij zijn
medespelers zeer „getapt", ontving een stoffelijke herinnering
(zijn vrouw moest er voor kienen) en bedankte op de hem
eigen „droge" wijze.
Namens Ajax wens ik de emigrant met zijn gezin ook van
deze plaats het allerbeste in den vreemde. O ja, een buiten
landse correspondent kunnen wij nog wel gebruiken. Vergeet
Eté Niet En Zendt Uw Epistel Liefst Aldoor!
De Clubavondencommissie bleek er weer iets goeds van te
hebben gemaakt. De zaal was keurig ingericht en de prijzen
(met rugnummers) kon men zonder een programma in de
juiste opstelling zien.
De heer Quint had geen geduld om zijn naam eer aan te doen
en kwam als eerste naar voren om een toestel voor het ver
werken van grondstoffen in ontvangst te nemen.
Timp had bepaald geen zeper, want hij scheerde zich weg
met een „kapper". Sommigen gingen onder een laag stof naar
huis; anderen namen een halve Betuwe op hun nek.
Frits de Bruyn werd verrast met zijn lievelingsmelodieDaar
bij die molen(kade). Ik zag nog iemand met een molentje.
Wat een boffie, echter zonder koffie.
Cor de Vlieger leunde ditmaal niet op viermaal nel, doch
riep: „Beet". Vier pakjes shag van Nelle. Hij nam ze gretig
aan, waarop hij, in ruil voor cacao, droste.
Gupffert vond het kouwe bene, dat juist hem niet zijn
maat een paar handwarmers werden toegestopt.
De een won iets hols (b.v. hengels), de ander iets Bols. Deze
kienavond kenmerkte zich ook door zijn servies.
Een lid kon vanwege het feit dat hij electrisehe kaarsjes
won, thuis een boom opzetten. Trouwens, er waren er meer die
thuis een boekje konden opendoen. Een dame zit al ijverig in
„Best Voetbal" te studeren en heeft inmiddels overschrijving
aangevraagd. Verscheidene personen liepen tegen de lamp.
Greet Elzenga kon met haar vader weer de kachel aan
maken. Co Bouwens, pas getrouwd, bleef niet langer plakken
dan nodig was. Met zijn binnen- en buitenband ging hij ter
stond naar huis. Een clubgenoot, die uitsluitend voor de ge
zelligheid gekomen was, boerde niet slecht een worst. Het
mes sneed dus aan twee kanten. Iemand werd verrast met een
petit four. Of neen, laat ik niet bagatelliseren; het leek, veel
eerder op de Grote Vier.
Enkelen kregen vóór het afscheid nog een stamper. Enige
leden konden zich te goed doen aan een pot vis (twee woorden,
zetter!). Een dame stond sprakeloos, toen ze hoorde, dat ze
vijf pond tong gewonnen had. Het is boud gezegd, maar iemand
ging met een bout strijken, doch er waren er nog heel wat die
hun bout heet lieten worden, o.a. hazen, konijnen, dassen,
bevers, eenden en kalkoenen.
Over vogels gesproken. De heer Zwaan keek reikhalzend uit
naar zijn buit: een fijn pakje tabak. Dat kwam wel bijzonder
van pas. Een der bezoekers, naar ik meen een binnenhuis
architect, kon met een rol-lade pronken.
De ondergetekende kreeg op zijn staartnummer iets waaraan
een luchtje zat.
Een heer van middelbare leeftijd sleepte een doos postpapier
in de wacht en kan zijn meisje in Diemen nu weer geregeld
schrijven. Er was een vrouwelijke Ajacied, die zich voortaan
van de huilbuien van Pluvius niets meer behoeft aan te
trekken.
Uiteraard kan deze opsomming op volledigheid geen aan
spraak maken.
Naast de 120 milde gevers mag de Clubavondencommissie
een woord van hulde niet worden onthouden. A. de Wit, R. de
Wit, A. Zwang en F. Louwaard, trouw bijgestaan door de
dames De Wit en Zwang en de altijd klaar staande Henk
Schuring, hadden eer van hun veelomvattend werk.
ETÉ
N.B. Ofschoon de Clubavondencommissie uitdrukkelijk had
aangekondigd, dat haar zaak geen filialen heeft, zijn enige
kienkaarten niet te bestemder plaatse aangekomen. Willen de
betrokkenen hun voering nog eens ontleden en de „nieten"
terugzenden aan een der leden van genoemde commissie?
Dank U.
klonk het op Nieuwjaarsdag in de zaal van het restaurant
waar Behrens de piano bespeelde.
Wat er te doen was? Het bestuur recipieerde ter gelegen
heid van de jaarwisseling. Niet alle clubgenoten wisten het,
doordat zulks op de Kienavond was aangekondigd.
Marius, in Thomasvaer-costuum gestoken, onthulde wie de
initiatiefnemer van deze receptie was, n.l. onze secretaris
Elzenga. Het slechte weer en de bekendmaking in „kleine"
kring konden echter niet verhinderen, dat de opkomst groot
was. Dit zal het bestuur misschien noodzaken een dergelijke
bijeenkomst voortaan in de trainingszaal te houden.
De première van regisseur Elzenga deed het prima; er was
een gezellige, ongedwongen sfeer en alle medewerkenden
waren zeer rolvast.
Ons clubblad zal U t.z.t. ongetwijfeld van de tweede opvoe
ring op de hoogte stellen en ik weet zeker, dat U aan onze
oproep: „Ga je mee, ga je mee naar het Ajax-stadion" dan
gaarne gehoor zult geven.
C. E. d. V.