OUDE DOOS MAX SMEER Voor Dames- en Herenstoffen Dames- en Heren regenjassen Sint Antoniesbreestraat 98 - Telef. 43363 Grote sortering Ripfluweel DE MOOISTE JAREN VAN MIJN SUPPORTERSLEVEN. Omstreeks deze tijdmaar 40 jaar geleden, toen beleefde ik de mooiste tijd van mijn supportersleven. Dat lijkt en is misschien wel en beetje ondankbaar tegenover de ontegenzeggelijk „grotere" elftallen van 1916 1921, 19301931 en nog later het grote team uit het recente verleden, dat ons in 1946 en 1947 twee kampioenschappen bracht. Maar toch, de jaren 1910 en 1911, die voor het eerst de poort van de eerste klasse voor ons openden, de toegang tot het voetbal-Walhalla met Feith, de Kesslers, Bok de Korver, Cas Ruffelse, Dirk Lotsy, de Bouvy's, enfin, noem maar op, die tijd was toch wel de meest glorieuze. Natuurlijk hebben we later ook erupties meegemaakt van clubvreugde, na Ajax Sparta 41 in 1918 b.v, toen het eerste kampioenschap der le klasse behaald werd, of in Nijmegen N.E.C.Ajax 06 in 1947, toen onze oude club ook na de oorlog dè grote club bleek, maar dat weken lang naast je schoenen lopen van club-trots en club-vreugde, dat hebben we later niet meer gekend. Misschien zou die tijd geëvenaard zijn geworden als we in 1916 het in 1914 verloren gegane eerste klasserschap ,,in galop" hadden terugveroverd. Maar dat gebeurde niet en in plaats van in een stormachtig eindoffensief, moesten we de weg tot onze tweede eerste klasse-periode banen langs het slopende pad van een reglementen-guerilla. En hoe dubbel en dwars ook de promotie bij keuze in 1917 verdiend was, als clubman kon je je daar moeilijk in uitleven. De promotie-competitie van 1911 verenigde alle elementen om je als supporter via het leed van de eerste verloren wed strijd naar de opperste voetbalvreugde te brengen. Ja, dat leed van de eerste wedstrijd, HeculesAjax 21, op 23 April 1911, dat was niet gering. Zo'n eerste wedstrijd zei niet allesmaar toch wel veel in een competitie van vier wedstrijden. Hier heeft U het verslag van de wedstrijd, overgenomen uit ,,Het Sportblad": ,,De eerste eigenlijke wedstrijd der promotie- of degradatie competitie, waaraan Hercules en 't Zesde, als de twee laagst geplaatste Westelijke eerste klassers en Ajax als de Westelijke 2e klasse-kampioen, zijn aangewezen om deel te nemen, vond Zondag op het mooie Hercules-veld te Utrecht plaats. Men weet, dat wat de beide le klassers betreft, de in de gewone competitie behaalde resultaten ook in deze competitie mede- gerekend worden. Een systeem, waarover men het lang niet eens is, doch waartegen men veel te laat te keer is gegaan. Beide elftallen brachten de momenteel beschikbare beste krachten in het veld en stelden zich als volgt op: Hercules: Drijver (doel); Gratama en „Trapmans" (achter); Pinckers, Begeer en Reylingh (midden); Óttolander, De Pauw, Abeleven, „Koster" en Haak (voor). Ajax: Doodeweerd (doel); Fr. Schoevaart en K. v. d. Lee (achter); A. Pelser, J. Schoevaart en G. Fortgens (midden); J. Grootmeyer, L. Seylhouwer, P. v. d. Broeke, A. Kooy en G. H. Kammeyer (voor). Er waren plm. 4.000 toeschouwers aanwezig, w.o. tal van Amsterdammers en belangstellenden van elders, toen precies 2 uur werd afgetrapt. Er stond een felle wind pal op het veld, waartegen Ajax het eerst moest spelen. De blauw-witte Stich tenaren ontwikkelden een zeer fanatiek spel en slaagden er inderdaad in de Ajax-middenlinie aanvankelijk te overrom pelen. Vooral Fortgens werd nogal eens gepasseerd. Ook al doordat hij in moeilijkheden scheen met de bal, die door het harde terrein zeer veel effect kreeg en hoger dan gewoonlijk sprong. Met Begeer als pil, is Hercules steeds in actie; ge steund door de wind, werd merendeels op Ajax' helft ge speeld. Wel hadden Van der Lee en Fr. Schoevaart veel last om de bal weg te krijgen, hun verdediging viel overigens te roemen. Trouwens, hoe fanatiek de Stichtse voorhoede ook optrad, voor doel was zij volkomen ongevaarlijk. Doodeweerd kreeg dan, ook zeer tamme schoten te verwerken en deed dit aanvankelijk op veel rustiger wijze, dan wij vorige malen van hem gewend waren. Grootmeyer en Kammeyer kregen nogal eens de gelegen heid de bal langs de lijn op te brengen, doch in het midden werd weer veel te lang gepingeld. Drijver trad zeer actief op, doch was zeer gevaarlijk, door telkens zijn doel te verlaten. Van, de eerste minuut af, dat het spel een aanvang nam, werd er aan beide zijden bepaald op de man gespeeld, waarbij het soms zeer rauw toeging. De partijen stonden elkaar op dit gebied volkomen, doch het werd te bar en bij het geduw en gestomp werden er door enige Ajacieden woorden gebezigd, die op een voetbalveld niet te pas komen. Doordat een zeer partijdig publiek op kwetsende wijze voor de tegenpartij, de verschillende overtredingen nog toejuichte, werd het met de minuut erger. Daartegen trad de scheidsrechter absoluut niet op. Daar kwam nog bij, dat, toen 17 minuten na de aanvang een als voorzet bedoelde bal van Óttolander door Doode- weerd's handen glipte in het Ajax-net, de strijd vinniger dan ooit werd. De Amsterdammers zetten er alles op om deze blunder van de doelman goed te maken. Kammeyer ondernam twee mooie rennen en even kwam een periode, dat voor het Hercules-doel enige gevaarlijke ogenblikken aanbraken. Drij ver was uitgelopen, doch Gratema redde verdienstelijk en Trapmans was in conditie. Vooral Pinckers onderbrak menige ren op verdienstelijke wijze. Reeds zag het er naar uit, dat met 10 in het voordeel van Hercules gedraaid zou moeten wor den, toen plots Begeer op plm. 40 meter van het doel een schot loste, dat zowaar weer door Doodeweerd's vingertoppen in het net kwam. Het Amsterdamse contingent stond versteld, het Utrechtse juichte. Het hard tegen hard werd steeds erger en toen v. d. Lee een trap kreeg en eigen rechter werd, ont stond daarover zelfs op de tribune een tweegevecht, dat ge lukkig zonder ongelukken afliep. Alzo kwam de rust met 20 voor Hercules. Nadat Warbur- ton en Kirwan hun respectievelijke mannetjes weer hadden opgeknapt, kreeg Ajax thans het beste deel van het spel. Doch de Stichtenaren leefden op hun voorsprong en speelden met vier middenspelers. De Amsterdammers hadden deze tak- tiek blijkbaar niet in de gaten en drongen veel te veel op, zodat het een getrap tegen eikaars benen werd van jewelste. De scheidsrechter floot wel voor verkeerd ingooien of hands, doch zag geen buitenspel of andere veel ergere overtredingen. Zij erkend, dat hij in dat opzicht zeer neutraal was, zodat beide partijen er even erg onder leden. Het geram werd aldus voortgezet. Begeer stond zijn mannetjes, doch in het felle van de strijd werd Trapmans door zijn eigen doelverdediger on klaar gemaakt, zodat Hercules een tijd lang met tien man speelde. In die tijd slaagde v. d. Broecke er in een tegenpunt te maken. Drijver was zeer gelukkig met een paar schoten, die rakelings langs gingen of nog even de lat raakten. De Aiax-voorhoede werd door elkaar gegooid, de middenspelers Momenteel speciale aanbieding in

AJAX ARCHIEF

Clubnieuws Ajax (vanaf 1916) | 1951 | | pagina 2